GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

UIT DE BUITENLANDSCHEKERKEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

UIT DE BUITENLANDSCHEKERKEN

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Vrijheid".

I.

Is de Kerk in Duitschland nog vrij ? Kunt ge nog volkomen vrij des Zondags Gods Woord verkondigen, zooals dat behoort?

Dat is bijna steeds weer de vraag, die ons wordt gesteld, als w€ hier met meelevendie leden onzelr Kerken in aanraking komen, die graag iets meer willen weten van de Duitsche toestanden op kerkelijk gebied, dan ze daarvan in de Nederlaindische bladen kunnen gewaar worden.

Wanneer we trachten, daarvan iets te zeggen, beginnen we met de 0; pmerking, dat het niet gemakkelijk gaat oan iets'gewaar te worden van datgene, dat zich in het groote Duitsche rijk afspeelt, als men geheel aan den buitenkant leeft, en daarenboven ook nog zeer geïsoleeï-d is door allerlei natuurlijke en niet-natuurlijke omstandigheden.

Iemand, die aan de periferie woont en meestal niet verderop komt, heeft in den regel weinig kennis van hetgeen zich meer naar het midden en in het centrum zelf of nog verder verwijderd, afspeelt; het kringetje, dat men van een bepaalde plaats kan overzien, is betrekkelijk klein.

Daar komt nog iets bij.

Het is immers toch mogelijk, wanneeir men zich aan den buitenkant bevindt, in ooiz© dagen zonder veel moeite kennis te krijgen van de gebeurtenislsen in het centrum en in de verst verwijderldle streken: De pers en de dl-aadlooze berichtendienst zorgen wel, dat men tot in de finesses over die voorvallen van den dag wordt ingelicht!

Inderdaad!

Zoo is het bij ons. Ons landje is wel niet izoo groot, maar toch nog wel van zulk een omvang, dat er best hier of daar iets van beteekenis kaini plaats hebben, waarvan men zonder meer op het grootste gedeelte van Neerlandsch oppervlakte onkundig blijft en ook blijven zon: , , indien pers en radio er niet waren. Maar als (om dat maar eens te noemen) vandaag in Kampen de jaarlijksche samenkomst voor de Theologische Hoogeschool wordt gehouden, dan lezen we hier in Coevordeu vanavond in De Standaard reeds ©en uitvoerig verslag van een groot deel van Jietgeen daar isi verhandeld, en aan het eind van de week komen de kerkelijke bladen hetzelfde geven met of zonder nadere aanvullingen van persoonlijke impressies.

Zoo is het in Duitschland niet.

Het mag, naar we mee, nen, algemieen als bekend worden verondersteld, dat in Duitschland geen persvrijheid bestaat in onzen zin van het woord. Wel wordt daar veel over het woord „vrijheid" gesproken en geschreven mot veel ophef, maar wij Nederlanders zeggen wiel eens: „Wlat is een woord? ", en dat geldt daar met name. W^ant wij zijn gewoon, het begrip, dat men in Duitschland! weergeeft met het woord „vrijheid", anders uit te ^drukken. Men heeft in Duitschland een gel ij kg e schakel de (hier praatten sommigen ook al wel eens van ^jingeschabelde") vrijheid'. Dat wil zeggen: de zaak, die men met het woord „vrijheid" aanduidt, is nu aangepast aan de daar heerschende beginselen, en daardoor is de inhoud van dat woord zoo^ totaal anders geworden, dat men het vroeger bedoelde er heelemaal niet meer in herkent en ook niet een restje zelfs er van weervindt. Het oude woord wordt nog altijd gebruikt (waarschijnlijk voor de onwennigheid van de menschen), maar het duidt zeer beslist een andere zaak aan.

Het is ons niet geheel duidelijk, of we voor die nieuwe zaak in ons oude spraalcgebruik ook een woord hebben, dat haar volkomen zuivelr weergeeft: in elk geval is het een woord, dat in de Dwangbuurt woont.

In verband daarmee is het nu b.v. ook veirboden, dat in de bladen berichten worden opgenomen over hetgeen er voorvalt op Kerkelijk en Christelijk terrein. Men mag over de dingen, die voor het Kerkelijk leven vaak van zeer groot gewicht zijn, en die men in bepaalde kringen gaai-ne zou weten, eenvoudig niets meer schrijven, met uitzonderingen van enkele algemieenheden.

Dal geldt niet alleen voor de dagbladen en voor die periodieken, die een meer algemeen karakter dragen: ook de zuiver kerkelijke organen, voorzoover ze nog niet zijn verboden, vallen onder dien regel. En vele er van hebben door de ovewtreding van dat gebod op niet zooi erg minzame wijze de gevolgen ondervonden: ze werden eerst voor enkele weken, en later voor altijd of „bis auf weiteres" verboden. Menige Kerkbode is daarvan reeds het slachtoffer geworden; van de onder oais bekende noem ik als voorbeeld „Unter dem Wort" en de nu nog pas verboden „Reformiert'e lörchen-

zeitung". Opmerkelijk is daarbij, dat de redenen van zulk een verbod Ijeel vaak niet eens worden opgegeven, of, indien dat wel het geval is, verboden wordt die te publiceeren of zelfs aan de lezers van het blad mee te deelen.

Wc willen met die opmerkingen dit maar zeggen: Wamieer iemand meer wil weten van de toestanden in Duitschland, dan 'daarover voorkomt in de bladen in Nederland, we moeilijk door middel van gegevens uit de Duitsche kerkelijke pers aan dien wensch kunnen voldoen, omdat die pers voor het grootste deel (wat de orthoidoxe rich tuig betreft!) is opgeheven door de autoriteiten, en voorzoover ze nog bestaat toch over de dingen die men weten wil niets mag publiceeren. Het is dan in den regel ook zoo, dat de be'richt\geving over de toestanden op kerkelijk gebied in Duitschland in de Nederlandsche pers méér feitenmateriaal biedt, dan in de Duitsche.

Nu wil dat nog niet zeggen, dat die berichtr geving altijd geheel juist is. Af en toe zijn over de Duitsche toestanden ook wel eens mededeelinglen gedaan, die öf bepaald onjuist waren, of zeer eenzijdig; en met name het laatste is herhaaldelijk voorgekomen. Er is een tijd geweest, dat we den indruk hadden, dat er achter de berichlJgeving over de Duitsche toestanden een bepaalde tendenz zat; dat men opzettelijk voor een zekere richting flatleerende berichten doorgaf. Gelukkig is de laatste paar jaar dit kwaad, voorzoover we kunnen beoordeelen, heel wat minder geworden, om niet te zeggen: geweken.

Kunnen we dns door die omstandigjheid, dat de Kerkelijke pers in Duitschland öf niet meer bestaat, öf (zoo ze nog bestaat) geen berichten mag opnemen en zoo doorgeven, weinig meer meedeelen, dan men door de Nederlandsche bladen reeds w^eet, we vleien er ons mee ook reedis zoo iets te hebben gezegd over dat begrijp, door onsi boven dit artikel afgedrukt: „Vrijheid", en hoie landsgrenzien zulk een begrip op eenmaal een anderen irthoud kunnen geven: Als ik vandaag in Coevorden zit, en ik hoor iemand over vrijheid spreken, en ik ga morgen de grens over en hoor daar ook iemand dat woord noemen (misschien wel met heel veel ophef!), dan weet ik zeker, dat de laatste iets anders bedoelt, daq de eerste; en ook even zeker, dat ik bij dat laatste een heel onvrij gevoel krijg en zeg: Geef mij dan die andere

VAN RAALTE.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 juni 1937

De Reformatie | 8 Pagina's

UIT DE BUITENLANDSCHEKERKEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 juni 1937

De Reformatie | 8 Pagina's