GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

MUZIKALE KRONIEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

MUZIKALE KRONIEK

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Orgelist Jan Zwart.

Hij is niet meer!

De rouwdragers zijn door de straten gegaan en met ontsteltenis heeft orgellievend Nederland hun droeve mare vernomen. Groote smart is allerwegen over dit zoo zware verlies tot uiting gekomen, en ook in de pers is hij naar zijn oude beeldspraak „met de groote klok beluid".

We hebben den zwaren gang naar zijn laatsitte rustplaats gemaakt en met een treurend hart hebben we gestaan aan zijn geopende groeve.

Het leven van den orgehst Jan Zwart is allereerst geweest een strijden voor de popiüariseering van de orgelkunsl.

Als kenner der historie had het orgeHeven van den reformatietijd in hem den drang opgewekt naar herstel van de schoone, oude traditie van open kerken en spelende orgels, en in rusteloozen ijver beeft hij steeds getracht om, waar mogelijk, deze gewoonte in ^ere te hersbellen.

Negentien jaren achtereen gaf hij op zijn prachtige orgel in de Hersteld Ev. Luth. Kerk te Amsterdam reeksen van niet minder dan dertig orgelconcerten. In Alkmaar gaf hij vele jaren lang een serie orgelavonden op het klassieke instrument der Groote Kerk. In zijn woonplaats Zaandam organiseerde hij bijna ieder jaar, gedurende enkele maanden, wekelijks orgelbespeltngen in de historische Westzijderkerk, en zelfs toen hij bij de Ned. Chr. Radio-Vereeniguig de eervolle taak had om wekelijiks zijn orgelklanken over geheel Nederland' uit te strooien, ontzag hij zich de moeite niet om in verre plaatsen als Groningen vasüe series concerten te ondernemen.

Jan Zwart zocht in al zijn honderden concerten contact met het volk. Niet om roem of ©elc voor zichzelf te winnen, maar om belangstelling te wekken voor het instrument, dat zoo de liefde van zijn hart had.

Het bleek telkens weer uit zijn proglramma's, dat hij ook de muzikaal minder ontwikkelden wildle bereiken, degenen voor wie de groote werken der orgelUteratuur ten deele nog onverstaanbare klanken waren. Hij heeft zijn publiek opgevoed, zijn toehoorders ingeleid in de schoonheid van wat niet dadelijk aanspreekt, en de middelen, waarmee hij dit deed, ze hebben nooit den aestheticus van hem doen vervreemden.

Jan Zwart heeft zijn kimst aan het voilk gesdhonken.

Het leven van Jan Zwart is ook geweest een streven naar een eigen protestantsche koraal'kunst.

Ook hiertoe door het verleden van de orgelkunst geprikkeld, vormde het protestantsche koraal de glrondslag voor bijna zijn geheelen compositorischen arbeid. En zooals een Sweehnek en van Noort in hun openbaar orgelspelen de inspiratie voor hun psalmbewerkingen en koraalvariaties vonden, zoo waren zijn improvisaties over een koraal in den kerkdienst, tijdens een Woensdagmiddag- of Dinsdagavondbespeling het uitgangspunt voor zijn composities.

Jan Zwart schreef ze „ten gebruike vóór, tijdens en na den ©eredienst in Protestantsche godsdienstoefeningen; bij orgelconcerten, kerkelijke muziekuitvoeringen en voor zelfstudie in kerk ©n huis", en hij gaf ze uit om ook anderen aan het werk te zetten, om* te leeren denken over onze schoone koralen, om: medebouwers te verkrijgen aan het gebouw eener nieuwe protestantsche koraalkunst.

Het leven van Jan Zwart is geweest een geheel en al toegewijd-zijn aan de Protestantsche Orgelcultuur. Daartoe gaf hij niet alleen zijn vele orgelconcerten, en becomponeerde hij onze kerkmieiodieën, maar daartoe gebruikte hij ook zijn vaardige pen en stichtte hij het instituut „Orgeldagen".

Hij bevorderde in woord en geschrift de kennis der historie, en gaf zich ia bewondering afdwingende werkkracht en werklust aan het verzamelen van weer nieuwe gegevens. Geen terrein, hoe ver ook oogenschijnlijk van , het onderwerp gelegen, ontsnapte aan zijn grooten speurzin, als het toch maar eenigszins verband hield met een of ander detail. Stapels aanteekemngen verrieden vaak, dat vele nachtelijke uren , met zijn arbeid gemoeid waren geweest. En hoewel, steeds nog maar ontevreden met de ^-esultaten zijner nasporingen, kende hij dan ook als geen ander de historie van zijn vak. Naar zijn vaste overtuiging was deze kennis trouwens een voorwaarde voor eiken orgelist. Hoe kon hij scherp zijn in zijn artikelen tegen hen, die door gemis hiervan, en door het critiekloos huldigen van verouderde opvattingen, zich lieten verleiden tot onjuiste conclusies en het geven van verkeerde voorstellingen. Hoe heeft hij de legende bijvoorbeeld weerlegd, als zou het Calvinisme eenmaal de Kunst vijandig gezind zijn geweest. Hoe kende hij Sweelinck en hoe was hij nog steeds bezig zijn talrijke gegevens verder te completeeren.

Jan Zwart was een orgelhistoricus bij uitnemendheidL Hij was een man, die met al de energie en talenten die hem sierden, gezwoegd heeft voor de verwerkelijking van zijn schoone idealen.

En ergerde hem aan den eenen kant bijvoorbeeld het ge-„collega" uit sommigen kring van menschen, die alleen op enkele uren van den Zondag eenzelfde taak verrichtten, aan den anderen kant was hij de eenvoudige, die wist al zijn gaven van God te hebben ontvangen.

Met „aUe roem is uitgesloten, onverdiende zalighêen heb ik van mijn God genoten" begon hij zijn dankwoord na de grootsche huldiging bij zijn 40-jarig jubileum, nu bijna vier jaar geleden. En ziende op zijn leven en sterven, beeft hij ons ook als troost, naast .al zijn idealen, dit nagelaten, dat hij thans de eeuwige getuige is van dat, waarover hij ons meermalen sprak en waarover Jan Luyken eenmaal zong:

„Het maatgezang en , spel der miensen Zoo lieflijk als men ooit kon wensen Is maar een staaltje van. 'tgeluit Dat opgaat uit der eng'len kooren. Voor de eeuwige oorsprong van het hoorea Daar nooit een eind de Vreugde sluit".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 juli 1937

De Reformatie | 8 Pagina's

MUZIKALE KRONIEK

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 juli 1937

De Reformatie | 8 Pagina's