GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

STEMMEN ONZE KERKEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

STEMMEN ONZE KERKEN

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

ONZE HOUDING TEGENOVER DE ANTI-REVOLUTIÓNAIRE PARTIJ.

Den laatsten tijd is de vraag op meer dan een plaats onder ons gesteld, hoe onze houding moet zijn tegenover de Christelijke politieke partijen, en met name tegenover de Anti-revolutionaire partij.

De antwoorden, die op deze vraag gegeven worden, zijn verschillend: Een breede groep onder ons ziet in de Anti-revolutionaire partij nog als voorheen de uiting, de openbaring van het schriftuurlijk Christelijk leven, voorzoover dit betrekking heeft op de staatkunde van ons land.

Doch naast deze groep is, sinds de vrijmaking onzer kerken een feit is geworden, ook een andere groep gekomen, die in dezen een ander standpunt inneemt. Zij zegt n.l.: De deformatie is in de kerk begonnen en moet zich ook onontkoombaar voortzetten in alle ChristeHjke levensverbanden, dus ook in de Anti-revolutionaire partij, waarom wij aan deze partij onze steun niet meer kunnen geven. Zegt men het heel duidelijk, dan hoort men: „kerkverraders zijn noodwendig ook landverraders" (in den zin van verraders van het Christelijk beginsel.)

Sinds kort is er ook een groepeering, al of niet instemmend met het hierboven aangegeven standpunt, die oordeelt, dat de jongste propaganda van de Anti-revolutionaire partij voor de verkiezingen van de 2e Kamer der Staten Generaal verschijnselen vertoont, welke wijzen op verdoezeling der beginselen, o.a. door het aanheffen van leuzen als „Voor gezag, tegen bureaucratie", etc.; althans zouden deze leuzen geen grond meer vinden in de schriftuurlijke normen, die de Anti-rev. partij als haar grondbeginselen belijdt.

Onder deze beide groepen zijn broeders, die met de jongste verkiezingen in het geheel niet gestemd hebben, of dat niet gedaan hebben op de Anti-rev. partij.

Wanneer ik een poging waag over deze zaak een paar opmerkingen te maken, wil ik eerst wel zeggen, wat ik zelf van de Ant-rev. partij denk en geloof.

Zelf leef ik in de vaste overtuiging dat de Antirev. partij tot nu toe, met al de haar aanklevende zonden er naar gestaan heeft, om in getrouwheid en gehoorzaamheid haar roeping als poUtieke partij in ons vaderland te vervullen. Dit zeg ik niet let^ tende op enkele personen, maar uitsluitend mij richtend naar het optreden van het orgaan der partij.

Onmiddellijk hierop aansluitend is het eveneens mijn vaste overtuiging, dat ook in deze partij de zonde woelt en werkt, en dat deze zonde ook in bepaalde gevallen aan den dag treedt als gevolg van het zich niet voortdurend reformeeren aan de Schrift. Enkele voorbeelden hiervan zouden te noemen zijn in de candidaatstelling, in de verkiezingspropaganda, in een streven naar de grootheid van eigen partij met verwaarloozing van de beginselen; en mogelijk is er nog wel meer.

Zoo komt de vraag naar voren: hoe moet onze levenshouding zijn naar en in overeenstemming met •de Schrift, tegenover deze politieke partij?

Wij kunnen deze het beste bepalen, als wij aandacht schenken aan de wijze, waarog^in onze kerken \ het conflict is ontstaan en wat deor ons daarin .sredaan is. U weet, zoo goed als ik, dat het conflict, dat in onze kerken in 1944 tot uitbarsting kwam, een groeiproces van een aantal jaren heeft gehad. Gedurende geruimen tijd is er door verschillenden onder ons op verschillende wijze en in allerlei toonaard gewaarschuwd voor gevaren, die het leven van Christus' kerk bedreigden. Er ziJn in den loop der .jaren concrete punten genoemd, die zoo zij niet werden losgelaten en een ander inzicht veld won, moesten leiden tot deformatie, tot breuk in de kerk des Heeren. Levende bij de Schrift, zich onderwerpende aan die Schrift, heeft men telkens weer gewezen óp de ongehoorzaamheid van de Generale Synoden jegens God den Heere. 'In dien weg is er door ons geen conflict opgeroepen, maar door de ongehoorzaamheid van anderen is ons dit conflict oogedröngen. In het OD concrete punten getrouw zijn aan Schrift en belijdenis is het conflict ontstaan en niemand van ons heeft een ount gezocht, waarop de strijd kon worden geopend.

Ik geloof dan ook. dat wij eiken dag voor God en menschen, onder belijdenis van eigen zwakheid en zonde, voor onze rekening kunnen nemen onze trouw jegens den Heere en de ontrouw staande kunnen houden van hen die ons uitwierpen.

Deze houding onzerziids in dèn kerkelijken strijd ingenomen, is een levenshouding, die vrucht is van een geloofsinzicht naar en in overeenstemming met de Schrift. Deze levenshouding moet ons dan ook leiden bij ons werk, bij het vervullen van onze roeping in andere christelijke levensverbanden. God beware ons voor hoogmoed: wij zijn vrijgemaakt van menschelijke bindingen; wij zijn het ge- Vaar van deformatie ontkomen; wij kunnen met hen die onze broeders en zusters waren en die nu dwalen, niet meer samenwerken. Uw zonden op een concreet punt in de kerk verhinderen ons met u daar een te zijn; deze zelfde zonde is oorzaak, dat ook in . die andere levensverbanden de deformatie zich openbaart; wij snijden de band met u door.

Neen, wij hebben de taak, de roeping om in al die levensverbanden, waarin wij een plaats hebben op den grondslag van Gods Woord, dat Woord te hanteeren, den strijd des geloofs te strijden, trouwe getuigen te zijn van den Heere Jezus Christus. Hoe wij dit moeten doen, geeft geen moeiHjkheid, als wij loslaten eigen grootheid, eigen positie, eigen eer. In elk vraagstuk van staatkundig beleid of van partijleiding, ' moeten ' wij teruggaan tot de schriftuurlijke gegevens, die voor het leven moeten gelden.

On nu de reeds eerder genoemde punten nader te concretiseeren: Gaat het over de samenstelling van de candidatenMjst en blijkt daamit zonneklaar, dat al handhaaft men het interkerkelijk karakter van de partij, toch daarin op de meest ontstellende wijze kerkistische politiek wordt gevoerd, stelt dan het vraagstuk als vraagstuk in uw kiesvereeniging aan de orde, maar laat u nooit verleiden een stap te doen om te komen tot erkenning van een eigen groep of voor erkenning van een bepaalde persoon als vertegenwoordigende een - groep binnen het partijverband. Daarmee spant gij het paard achter den wagen en valt ge zelf in de zonde, die gij meent te bestrijden.

Neemt gij daartegenover de eenig schriftuurlijke methode ter hand en stelt gij de zaak van de interkerkelijkheid vah de partij aan de orde, dan is dat voor U en voor mij een geloofszaak, waarin het gaat om de erkenning van de belijdenis van de goddelijke macht over alle leven. Komt er dan een conflict, dan is het een geloofsconflict, dat U en mij opgedrongen wordt; en dan kunnen wij dat aanvaarden om Gods wil.

Gaat het naar uw oordeel over een verkeerde en zondige propaganda, stelt ook dat punt aan de orde, laat u door de Schrift leiden en toont aan, dat een leuze tegen de bureaucratie zinloos en leeg is, wanneer die leuze niet wordt gedragen door de belijdenis, dat alle gezag van God afdaalt, dat de mensch daarmede wordt bekleed en dat deze leuze mitsdien alleen maar mag, en met zegen voor ons volk, kan worden gehanteerd, wanneer zijn werkingsfeer bUjft binnen de door God gestelde normen. Dan wordt het een beginselleuze, dan staat of valt ons Christen-zijn met zoo'n leuze; dan gaa, t het

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 22 juni 1946

De Reformatie | 8 Pagina's

STEMMEN ONZE KERKEN

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 22 juni 1946

De Reformatie | 8 Pagina's