KERKNIEUWS

Bedanktvoor: Zwolle, E. T. v. d. Born te Amersfoort.

— DE BILT. Adres Kerkeraad, J. N. Bremmer, WUhelralnalaan 17.

— DS J. W. VERHEIJ is voornemens op 16 Jan. a.s. afscheid te nemen van Den Haag-Oost, om 23 Januari zijn intrede te - doen te Middelburg.

— ROTTERDAM-C. De kerkeraad besloot een getuigenis op te stellen en te doen uitgasm. aan de leden der Geref. kerken. Een commissie van redactie, bestaande uit vier personen, zal het ontwerp concipiëeren.

— ZWOLLE. Teneinde daarop een kerkgebouw te stichten is een perceel grond aangekocht tusschen Molenweg en Assendorperdijk. De sóhuur, die op dit stuk grond staat, zal tot vereenigingsgebouw worden ingericht en In de toekomst door een kerkgebouw worden vervangen. Het ligt in het voornemen in dit stadsdeel een zelfstandige gemeente te stichten, waar dan de te beroepen predikant zijn arbeidsveld zal vinden.

—’S-GRAVENHAGE-OOST. De kerkeraad besloot de tweede plaats van samenkomst in de Beatrlxschool op te heffen. Bij de huidige situatie Ser financiën achtte de kerkeraad het niet langer verantwoord om twee plaatsen van samenkomst te houden, temeer waar na het a.s. vertrek van Ds Verhey naar Middelburg dan steeds zou moeten worden omgezien naar een tweeden predikant van buiten. De vacature van Ds Verhey zal dan ook niet worden vervuld.

— PETITIE SPAANSCHE CHRISTENVERVOLGING. Bij den Kerkeraad te Baarn kwam een oproep binnen van het '„Protestants Centrum" te Utrecht tot teekening van een petitie aan het hoofd van den Spaanschen Staat, waarin tegen de ernstige vervolgingen in Spanje van Evangelische christenen wordt geprotesteerd. De Kerkeraad besloot aan dit „Protestants Centrum" te antwoorden, dat onderteekening van de petitie onmogelijk Is, gezien den geest van het stuk, hetwelk om verschillende redenen door den Kerkeraad niet aanvaardbaar werd geacht. Voorts werd besloten in een brief aan onze „Depu-. taten Hoge Overheid" de vraag voor te leggen of het op den weg der Kerken ligt met het oog op die christen-.vervolging iets te doen.

Ook de kerkeraad, van Nieuw-Lekkerland wees deze petitie af, omdat ze te veel een smeekbede is en te weinig een stellen voor den eisch Gods. Getracht zal worden, zoo mogelijk in combinatie met de kerk van Alblasserdam, een Geloofsbelijdenis in het Spaansch of Pransch aan te schaffen en deze als een getuigenis van belde kerken aan het hoofd van den Spaanschen staat te zenden, met begeleidend schrijven in het Spaansch.

— DR H. W. V. d. VAART SMIT VOOR DB RECHT­ BANK. Zaterdag j.l. stond voor de rechtbaiik te Amsterdam terecht Dr v. d. Vaart Smit, waarbij de vraag ter «prake kwam In hoeverre hij betrokken is geweest bij de arrestatie van Prof. Dr K. Schilder hi Aug. 1940.

In de middagzitting werd prof. dr K. Schilder, hoogleeraar te Kampen, als getuige gehoord. Hij deelde mede, dat na zijn arrestatie door de Dultschers In Augustus 1940 hem als grond voor zijn gevangenneming voorgehouden Is een artikel In „De Reformatie", waarin o.m. de zin voorkwam: , , De Heere des oogstes kome met het zwaard des gerichts over het Kanaal, over Malta, over den Brenner.... ”.

Toen hem dit bekend WEIS gemaakt, heeft hij zijn familie en vrienden daarover kunnen Inlichten. Voordat zij echter zijn brief hadden ontvangen, heeft verd. ds P. K. Keizer, toen predikant te Voorburg, over den grond der arrestatie ingelicht, met de — overigens onjuiste — mededeellng, dat prof. Schilder reeds schuld bekend zou hebben. Voor get. Is nu altijd de vraag geweest: hoe was verd. op de hoogte? Dit In antwoord op de vraag van den president of prof. Schilder meende, dat verd. in zijn arrestatie de hand heeft gehad.

Verd. deelde mede, dat hij In deze arrestatie niet de hand heeft gehad. De Dultsche perschef Hushahn heeft hem over de arrestatie gesproken en hem advies gevraagd over het bewuste artikel van prof. Schilder. Nadien heeft verd. in „Evangelie en Volk" over het artikel geschreven en stelling genomen tegen de opvatting alsof hier van geloofsvervolging sprake was.

Getuige ds P. K. Keizer, thans predikant te Groningen, heeft den Zondag na de arrestatie van prof. Schilder voor hem, als voor een die om het geloof werd vervolgd, gebeden. Den volgenden dag vroeg verd. hem. bij hem te komen. Toen get. vroeg, waarom hrj bij verd. zou moeten komen, zelde deze, dat hij adviseur was voor de Dult­ schers voor de kerkelijke aangelegenheden. Get. heeft echter alleen als collega (dr Van der Vaart Smit was toen nog Geref. predikant) een gesprek willen voeren. In dit gesprek heeft verd. o.m. gezegd, dat als prof. Schilder en de hem volgende predikanten aldus door zouden gaan, hun in Sachsenhausen en Oranienburg wel de oogen zouden opengaan. Verd. zelde hiervan, dat geen kwade bedoelingen hadden voorgezeten, maar dat hij de Geref. predikanten heeft willen beschermen. Pres. tot get.: Hebt u dien Indruk?

Gat.: Niet direct.

Nadat enkele artikelen zijn geciteerd van verd. uit „Evanaelie en Volk" vraagt de raadsheer prof. mr dr G. V. d. Irergh: Verd., .hebt u nooit het gevoel gehad, dat u landverraad pleegde in den meest emstigen zin? Verd.: Het spijt mij, neen.

Raadsheer: En dat u den vijand hielp? Verd.: Integendeel, Ik heb hqp bestreden.

Raadsheer: Dan bent u van een zeer beperkten gezichtskring.

Nadat afgezien was van het hooren van de getuigen prof. dr K. Dijk en A. P. Bongers, die verklaard hadden geen bizonderheden te weten, werd de zitting verdaagd voor het hooren van een getuige, die door ziekte ver-^ hinderd was.

- HEEMSTEDE. De kerkeraad besloot voortaan bij de vermelding van de predikbeurten in de bladen de aanduiding „artikel 31 K.O." weg te laten.

— THEODOGISCHE HOOGESCHOOL. Iets over de Collecten en Contributies.

Wij verzoeken den kerkeraden en correspondenten vriendelijk aandacht te schenken aan het navolgende:

A. Inzake sde collecten.

Tal van kerken hebben tot heden de 4 collecten die in 1948 voor de Opleiding tot den Dienst des Woords zijn gehouden, nog niet gestort.

Aangezien het boekjaar van de Stichting Opleiding' samenvalt met het kalenderjaar, verzoeken wij den kerkeraden (en 'den boekhouders) dringend de nog niet afgedragen collecten omgaand aan de classical© correspondenten toe te zenden.

Laatstgenoemden zijn dan in staat vóór 31 Dec. a.s. de gelden aan ons over te maken. Dit is om verschillende redenen noodzakelijk en wij vertrouwen dat elke kerk, die tot heden in gebreke is gebleven, aan dezen dringenden oproep zal gevolg geven.

B. Inzake de contributies van 1948.

Er zijn nog enkele plaatselijke correspondenten die de opbrengsten der contributies en/of de incassolijsten nog niét aan den classicalen correspondent hebben opgezon-, den.

Wij verzoeken hun met klem dit thans omgaand te doen.

Wanneer de Kerken en Correspondenten aan bovenstaanden oproep gevolg geven, bevorderen zij niet alleen dat onze administratie zonder hinderlijke vertragingen kan worden afgewerkt, maar zullen ook onze classicale correspondenten hen dankbaar zijn omdat zoo onnoodlge correspondentie wordt voorkomen.

Namens het Bestuur van de

„Stichting voor de Financleele Verzorging van de Opleiding tot den Dienst des Woord» in dfe Gereformeerde Kerken in Nederland”

C. LETTINGA, Penningmeester.

Groningen, 20 December 1948. Herman Collenlusstraat 13.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen