GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

KERKNIEUWS

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KERKNIEUWS

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Beroepen te: Berkum, H. Scholten te Nijkerk.

Harderwijk, P. Rulmann te Drlesum. '

Aangenomen naar: Hardenberg, S. de Waard te Maassluis.

— 'S-GRAVENHAGE—WEST. Adres Kerkeraad: H. A. Rouw, Valkenboschkade 397.

— 's-HERTOGENBOSCH. Zondag 20 Nov. was 't voor de kerk van 's-Hertogenbosch een blijde dag. Reeds vier weken na het vertrek van Ds H. Veltman naar Zeist werd de ledige plaats weer vervuld door Ds W. Vreugdenhl!, die van Hardenberg gekomen was.

In den morgendienst had de bevestiging plaats door zijn broeder, Ds D. Vreugdenhil van Zwolle, die als tekst voor deze gelegenheid had gekozen Efeze 6 : 10—17. Hij sprak over: e oproep des Heeren tot den grooten strijd, en liet zien:1. Tegen wie de geloovige strijden moet; 2. in welke wapenrusting hij het kan.

Na de bevestiging zong de gemeente haar nieuwen Dienaar des Woords toe Gezang 29 (eénlgszins gewijzigd) en sprak de beveiliger nog een kort persoonlijk woord.

In den avonddienst deed Ds W. Vreugdenhil zijn intrede met een predlKatle over Openbaring 22 : 10—12. Hoofdgedachte van de preek was: ec werkprogram van den komenden Christus. Dit werkprogram bevat:1. de opdracht tot de verkondiging van het Woord; 2. den wil om te komen t0t de uiterste crisis; 3. de belofte van rechtvaardige vergelding.

Na de prediking richtte Ds W. Vreugdenhil zich nog met een enkel woord tot den Kerkeraad, tot den afgevaardigde van de classis Noord-Brabant—Limburg, tot zijn bevestlger en ten slotte tot de gemeente, waarbij hij zich nog in het bijzonder richtte tot zijn a.s. catechisanten, de jeugdvereening, de militairen en de beide organisten.

Ds W. Vreugdenhil werd namens kerkeraad en gemeente toegesproken door den oudsten ouderling, br F. van Berge, die hem liet toezingen Psalm 20 : 1, en door Ds H. J. de Vries van Eindhoven namens de classis en de genabuurde kerk van Eindhoven.

In heide diensten was het kerkgebouw geheel bezet.

— AFSCHEID Ds T. DE H^AAN. Wegens vertrek naar Indonesië, nam Ds. T. de Haan j.l. Zondagmiddag afscheid van zijn gemeente te Oldehove. Als tekst was gekozen Ps. 122 : 9. Ds. de Haan ontvouwde de bedoelingen van den dichter van dezen Psalm en dit vers, n.l. om voor Jeruzalem het goede te zoeken. Evenals de dichter van Ps. 122 uit liefde tot de woonstede des Heeren het goede voor Jeruzalem wilde zoeken, moeten ook wij in de nieuwe bedeeling voor de Kerk des Heeren, dat is het nieuwe Jeruzalem, het goede zoeken. Het is deze liefde, welke den scheldenden predikant bewoog, om naar Semarang te gaan. Ds. de Haan wekte de gemeente op, in deze liefde het gescheiden zijn te dragen.

Namens den Kerkeraad sprak br. Eiztnga een afscheidswoord, waarna de gemeente stïiande zong Psalm 121 : 1 en 2. Door een lid van de commissie tot uitzending van leenpredlkanten en een broeder uit de gemeente werden hierna nog eenige woorden ten afscheid gesproken. '

— ZENDING. De classis Stadskanaal besloot: a) de eerstkomende Generale Synode te berichten, van meening te zijn, dat de kerken van Drente in de eerste plaats geroepen zijn de kerk van Zwolle in haar arbeid op Soemba en Savoe bij te staan en daarom haar arbeid op Soemba en Savoe willen continueeren, tenzij de ontwikl^eling van het zendingswerk een andere regeling noodzakelijk maakt; b) van deze uitspraak kennis te geven aan de kerk van Zwolle, aan alle classes en aan alle particuliere synoden.

— DE GEMEENSCHAP DER HEILIGEN. Ds G. Visée heeft op een vergadering te Kampen volgende stellingen verdedigd:

1. In de apostolische geloofsbelijdenis vormen de woorden „ik geloof eene heilige algemeene Christelijke kerk, de gemeenschap der heiligen" een geloofsartikel.

2. De toevoeging , , de gemeenschap der heiligen" is in dit artikel een nadere omschrijving van de heilige algemeene Christelijke Kerk. Door deze toevoeging wordt in het licht gesteld, dat de kerk een gemeenschap is en dat deze gemeenschap alle heiligen omvat en deze alleen.

3. Naar bijbelsch en dus ook naar schriftuurlijk spraakgebruik zijn onder „de heiligen" te verstaan de tot de kerk vergaderde geloovlgen met hun zaad-.

4. Deze gemeenschap der heiligen is er als resultaat van Christus' Geest en Woord alvorens deze heiligen ook van hun kant deze gemeenschap oefenen en onderhouden.

5. Zij omvat zoowel de geloovlgen, die reeds in den Heere ontslapen zijn en bij den Heere inwonen als de geloovlgen, die nog op aarde zijn en zij wordt nog voortdurend uitgebreid, overal, waar Christus zijn kerk vermeerdert.

6. Deze gemeenschap der heiligen bestaat hierin, dat Christus aan de geloovlgen allen en een iegelijk aan Zich en al Zijn schatten en gaven gemeenschap geeft en zij door het geloof aan Christus en al Zijn schatten en gaven deel nemen en gemeenschap hebben.

7. De oefening van deze gemeenschap, de communie, bestaat hierin, dat de geloovlgen hun gaven —• een iegelijk de zijne — gewillig en met vreugde ten nutte en ter zaligheid der andere lidmaten aanwenden, de communicatie.

8. De oefening van deze gemeenschap is historisch bepaald: ze is voorloopig beperkt tot de medegeloovigen op aarde en Is daar begrensd door den stand en den voortgang van Christus' vergaderlngswerk.

9. Zij is primair geboden als oefening van de gemeenschap in de plaatselijke kerk, de gemeenschap in den Dienst des Woords, der sacramenten en der gebeden, voorts in onverbrekelijken samenhang daarmede als de schriftuurlijke gemeenschap van goederen (het diaconaat) en het betoon der broederlijke liefde in woord en daad, waardoor ieder zich geeft tot den opbouw der broe-• deren.

• 10. De oefening van de gemeenschap der heiligen heeftallereerst kerkvergaderende en kerkbewarende beteekenis.

11. Door deze primaire gemeenschapsoefening Is in grootere kerken kerksplitslng noodzakelijk. •

12. Verval van de kerkgemeenschap behoeft lang niet altoos te beginnen met ketterij of nlet-rechte bedlening VELn de sacramenten, maar vangt vaak aan met ontrouw In de oefening der gemeenschap, het „verkouden" van de (broederlijke) liefde. Aldus ingetreden kerkbederf openbaart zich in de nalatigheid van het acht geven op elkander, In het nalaten van de broederlijke bestraffing en zet zich voort in de oefening van de ambtelijke tucht met schennis van het recht (, , ethisch conflict").

13. Dwaalleer omtrent de kerk (bijv. de leer van de pluriformiteit der kerk als een van God gewilde pluraliteit van vergaderingen van geloovlgen) en verkeerd — wijl niet op werkelijke verschillen berustend — onderschelden t.a.v. de kerk (b.v. de onderscheiding van de onzichtbare en de zichtbare kerk; de kerk als organisme en de kerk als instituut) belemmeren het rechte inzicht in de gemeenschap der heiligen en verstoren haar schriftgetrouwe beoefening.

14. De sedert het midden van de 19de eeuw (ten deele in de deformatie der kerk) opgekomen en ten onrechte zich als interkerkelijk aandienende christelijke organisaties voor de vervulling van gemeenschappelijke taken t.a.v. de stichting van scholen, het politieke, sociale en oeconomlsche leven hebben ten onrechte een buitenkerkelijke of bovenkerkelijke gemeenschap der heiligen gesuggereerd en daardoor de beoefening van de ware gemeenschap der heiligen (avondmaalsgemeenschap) gerelativeerd, belemmerd en verhinderd.

15. Waar de geloovlgen voor de vervulling van gemeenschappelijke taken — afgezien van het onderhouden van den kerkedlenst — op samenwerking zijn aangewezen, (schoolstichting, enz.) dient die samenwerking uit te gaan en gefundeerd te zijn in de avondmaalsgemeenschap.

16. Samenwerking van hen, tusschen wie de avondmaalsgemeenschap ontbreekt of opgebroken is, mag nooit aan den elsch tot avondmaalsgemeenschap voorbijgaan en waar ze zonder deze tot stand komt, behoort ze eiken, schijn van een boven-of buitenkerkelijke gemeenschap der heiligen te vermijden.

17. Voor „verkerkelijklng" van het christelijk gemeenschapsleven bestaat nooit gevaar als de ambtsbediening in de kerk zich houdt aan de grenzen van haar opdracht.

18. Inzake de beoefening van de gemeenschap der heiligen hebben de Gereformeerde Kerken dringend behoefte aan doorgaanden wederkeer tot den HEERE. In dezen wederkeer zelve moet zij beoefend worden doordat de , , sterken" de zwakheden der , , onsterken" dragen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 3 december 1949

De Reformatie | 8 Pagina's

KERKNIEUWS

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 3 december 1949

De Reformatie | 8 Pagina's