GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 301

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 301

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dialoog VU-PU Potchefstroom nodigt vu-delegatie uit De Universiteit van Potchefstroom heeft de Vrije Universiteit 19 april een antwoord gezonden op de brief, w a a r m e e de V U 5 m a a r t een begin m a a k t e met een dialoog over de apartheidspolitiek om na te gaan of het omstreden uitwisselingsverdrag met de Zuidafrikaanse universiteit kan worden gecontinueerd. (Zie VU-magazine maart '74). Het komt erop neer dat Potchefstroom de V U uitnodigt een delegatie te zenden om over de problematiek te praten. Het College van Bestuur van de V U vindt echter dat de brief van Potchefstroom te weinig ingaat op wat de V U geschreven heeft, om te kunnen beoordelen of mondeling overleg zinvol is. Voordat men de Universiteitsraad voorstellen wil doen hoe op de uitnodiging van Potchefstroom te reageren, wil men eerst nog wat meer weten. V a n d a a r dat de V U 13 juni een tweede brief naar Potchefstroom heeft gestuurd. D e Universiteitsraad is op de hoogte gesteld van de correspondentie.

PU-reactie Rector H. J. J. Bingle van d e universiteit van Potchefstroom schreef de V U op 19 april: 'So het die lang verwagte skrywe met u besware i.v.m. die huidige ooreenkoms tussen die VU en die PU vir C.H.O. ons endelik bereik. Hiervoor my hartlike dank. Wees ook verseker daarvan dat ons met groot waardering kennis geneem het van die besluit van u Raad om die diskussie met ons oor die ooreenkoms voort te sit. Ons twyfel nie daaraan dat uit hierdie beslissing veel goeds kan spruit nie.' Niet goed begrijpen kan d e PU-rector hoe bij de V U de vraag gerezen kan zijn of men zich daar met docentenruil niet laat inschakelen in het systeem van apartheid, en aldus medeplichtig wordt aan onrecht. Indien dit so moet wees soos wat u suggereer dan sou dit van ons kant beteken dat ons nie met u kan associeer nie omdat ons nie die integrasiebeleid van u aanhang nie. Hierdie redenasie kan dan uiteindelik tot die absurde deurgetrek word sodat u ook nie met die Verenigde State van Amerika of Australië sal kan kommunikeer nie omdat hulle reservate vir sekere van hulle boorlinge het waarin daar niks anders as apartheid toegepas word nie, of les bes u sou nie kon asso-

sieer met die kommuniste en ander ongelowiges op akademiese vlak nie.' Bezwaar heeft de P U tegen een dia:ioog met als uitgangspunt dat apartheid een systeem van 'raciale ongerechtigheid' is. 'As basiese beweegrede waarom u die ooreenkoms in heroorweging wil neem stel u ons volkerebeleid wat u verkieslik nog apartheid noem alhoewel ons reeds lankal hierdie term oor boord gegooi het vir die beter beskrywende afsonderlike of eiesoortige of parallelle ontwikkeling. En dan het u geen enkele goei woord daarvoor nie. Inteendeel, u het klaar besluit 'de apartheid wordt, zowel uit ethische als uit politieke overwegingen, volstrekt afgewezen.' En in die sin wat daarop volg gee u dan inhoud aan apartheid soos u dit sien. Uit u hele skrywe kan ons nie anders as die afleiding maak dat u wel teoretiese kennis van apartheid het maar dat u nog nooit begryp het wat in ons volkerebeleid geld nie. Indien dit anders was, sou u nie ons onderwysstelsel verdoem as 'discriminerend' nie, of u vereenselwig met wat prof. dr. G. C. Berkhouwer in sy toespraak i.v.m. de heer Beyers Naude kwyt geraak het nie waar gepraat word van de 'toenemende spanning tussen de Zuid-Afrikaanse bevolkingsgroepen.' Ons het niks daarop teë om die sisteem en die ideologie van apartheid aan diskussie te onderwerp nie maar dan nie met uitgangspunt dat dit 'n sisteem van 'raciale ongerechtigheid' is nie, terwyl ons geen vrees het om dit •aan die strengste toets te onderwerp nie, maar dan sal dit ook oor die toepassinge daarvan en die voordele daarvan moet gaan. Kommunikasie oor apartheid met u is noodsaaklik omdat daar inderdaad veel newels opgeklaar sal moet word. En hiertoe is ons meer as bereid.' Over de doelstelling van het uitwisselingsverdrag zal de P U graag discussiëren, m a a r men wil dat niet beperken tot de rassenproblematiek doCh 'alle afwykinge in die universitêre lewe sowel as in die maatskappy onder die loepe neem.' D e P U is zich bewust dat de culturele banden van de twee landen niet meer zo hoog worden aangeslagen. 'Wat ons egter nie mooi begryp nie is wat u in hierdie verband bedoel met die beklemtoning van die 'solidariteit met de gekleurde bevolking'. Bedoel u dat u u meer tot hulle kultureel aangetrokken voel as tot ons omdat ons reeds 25 jaar van apartheid beleef? Dit kan tog nie, want apartheid onder ander name is reeds so oud soos die blankedom hier te lande'. Het verbaasde de P U enigszins dat de V U zich afvroeg of uitwisseling van docenten nog wel de moeite loont.

'Die hande van die medestanders in Christus Jezus moet op die pad vorentoe stewiger vas gevat word.' M e t d e V U is P U het eens dat schriftelijke communicatie gemakkelijk op misverstanden kan uitlopen. 'Daar word feite gegee, stellinge neergelê, afleidingen gemaak en daarop volg verdere redenasies wat in mondelinge gesprek sodanig gerig kan word dat dit veel kwaad bloed kan verhoed — om nie te praat van al die tyd en energie wat daardeur bespaar kan word nie."

Brief terug V a n de zijde van de V U (College van Bestuur) is 13 juni o.a. teruggeschreven: 'Uw vriendelijke uitnodiging in dit verband waarderen wij zeer, maar wij achten - het zij in onze gemeenschappelijke geest van openhartigheid gezegd - nog geen voldoende helderheid aanwezig voor onze Universiteitsraad om te besluiten of hij deze uitnodiging wel of niet zal aanvaarden en welk mandaat eventueel aan een afvaardiging van de Vrije Universiteit zou moeten worden gegeven. Wij verzoeken u daarom de schriftelijke gedachtenwisseling, met alle risico's van dien ook als zij tussen universiteiten wordt gevoerd, verder te voeren en ons een scherper inzicht te geven in de opvattingen van uw universiteit met betrekking tot wat in onze brief van 5 maart jl. werd uiteengezet.' Gevraagd wordt o.a. aan de P U of het een juiste interpretatie van de antwoordbrief is wanneer eruit wordt geconcludeerd dat ook de P U aandacht wil geven 'aan de samenwerking met onze nietblanke naasten, op basis van gelijkwaardigheid en in dienst van de gerechtigheid.' Voorts of de P U instemt met de gedachte 'of de van ons allen door het evangelie gevraagde dienst aan de naaste' waarin wij zusteruniversiteiten zijn, er niet toe moet leiden 'elke vorm van raciale ongerechtigheid . . . te bestrijden'. Het VU-schrijven vervolgt: 'In de brief van 5 m a a r t werd onder 2 . 1 . bovendien uiteengezet wat n a a r hef oordeel van de Vrije Universiteit als 'raciale ongerechtigheid' en 'in strijd met de gerechtigheid' werd beschouwd, nl. een situatie waarin het recht van keuze van woonplaats, arbeid, echtgenoot, school etc. beperkt wordt op grond van het 'toebehoren tot een bepaald ras of het bezitten van een bepaalde huidskleur'. D a t wordt in de brief 'apartheid' genoemd en principieel afgewezen. Het zal onze universiteit bijzonder moeilijk vallen deze opvatting niet als een zaak van 'beginsel', m a a r als een kwestie van 'ideologie, politieke opvattingen en dergelijke' te zien. Over dit p u n t in het bijzonder zou een 3

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 301

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's