GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1994 - pagina 29

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1994 - pagina 29

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

DENKER IN DE GROTE STAD N

iet het minst opvallend aan Waker Benjamin was zijn dood. In september 1940 was de toestand in Frankrijk onhoudbaar geworden voor de joodse intellectueel Benjamin. De Duitsers hadden stormenderhand het land m bezit genomen en talloze mensen sloegen op de vlucht. Benjamin trok van zijn woonplaats Parijs naar Marseille met de bedoeling van daaruit het land te verlaten. Dat lukte niet, de Fransen hadden al besloten het met de nazi's op een akkoordje te gooien; alle emigranten zouden aan Duitsland uitgeleverd worden. Slechts één vluchtweg resteerde: te voet door de Pyreneeën reizen en via het grensstation Port Bou de Spaanse grens overschrijden. Dat moest mogelijk zijn; het was immers bekend dat bij die grensovergang geen Franse politie stond. Het werd een tocht vol ontberingen, zeker voor de hartpatiënt Benjamin die maar een paar honderd in.eter achter elkaar kon wandelen en dan weer eventjes moest rusten. Toen ze eindelijk de grens bereikten, wachtte Benjamin en zijn reisgenoten een grote teleurstelling: de Spaanse douane was niet bereid hen het land in te laten. Terug naar Frankrijk, luidde het bevel. Eén nachtje kregen ze respijt; konden ze even herstellen van de vermoeienissen. Voor Benjamin was het vooruitzicht terug te moeten onverdraaglijk; dan zou hij zich moeten laten oppakken door de Duitsers. Hij droeg al een poosje morfmetabletten bij zich, en aan de schrijver Arthur Koestier had hij toevertrouwd dat de hoeveelheid genoeg was om een paard te doden. 's Nachts nam hij de tabletten in en de volgende ochtend overleed hij. Diezelfde dag werd de reisgenoten van Walter Benjamin geen strobreed

meer in de weg gelegd. Ze mochten Spanje in. Mensenoffer Het levenseinde van Waker Benjamin kan gezien worden als een Grieks noodlotsdrama. Het verhaal leent zich perfect voor mythologisering: de barre tocht door de onderwereld en daarbij het noodzakelijke mensenoffer. Er is over gespeculeerd dat de Spaanse douaniers zo onder de indruk waren van de zelfmoord van Benjamin, dat ze onmiddellijk van gedachten veranderden en besloten de vluchtelingen door te laten. Het mensenoffer moest gebracht worden opdat andere levens gered konden worden. Of die interpretatie klopt, is onzeker. Het verhaal van de geschokte douaniers is misschien iets te dramatisch om aannemelijk te zijn. Het verlangen naar een mooie mythe kan de werkelijke gebeurtenissen van kleur hebben doen verschieten. Toch heeft het verhaal van het levenseinde van Benjamin een zekere betekenis. Het vertelt iets over de hoofdpersoon. Alleen is die vertelling er niet een van heldendom en martelaarschap. Zoals wel vaker, zijn de gebeurtenissen in het echte leven banaler. Hij was te laat. De banale betekenis van het dramatische einde was dat Waker Benjamin niet op tijd uit Frankrijk was vertrokken. Hij had eerder moeten vluchten. Voor een kritische, joodse intellectueel was het volstrekt onverantwoord om tot september 1940 in Parijs te blijven. Al zijn vrienden (in het bijzonder Theodor W. Adorno en Max Horkheimer, de oprichters van de zogeheten 'Frankfurter Schule') zaten al lang in Amerika. Zelf was hij ook van plan daarheen te gaan, maar aldoor kwam er iets tussen. Toen hij eindelijk ver-

trok, begon het net om hem heen zich al te sluiten. Te laat vertrekken, te laat aankomen. Het is iets wat Walter Benjamin vaker in zijn leven parten heeft gespeeld. In het autobiografische boek 'Berlijnse jeugd' staat een stukje met als titel 'te laat'. "De klok op het schoolplein zag er gekrenkt uit door mijn schuld. Hij stond op 'te laat'. En op de gang drong door de deuren van de klaslokalen waar ik langsschuifelde, een geroezemoes van geheime beraadslagingen. Onderwijzers en leerlingen daarachter waren vrienden. Of alles zweeg stil alsof er iemand werd verwacht. Onhoorbaar pakte ik de deurknop beet. De zon overgoot de plek waar ik stond met licht. Zo ontheiligde ik de prille dag en deed de deur open. Niemand scheen me te kennen. Net zoals de duivel dat met de schaduw van Peter Schlemiehl had gedaan, had de onderwijzer aan het begin van de les mijn naam niet teruggegeven. Ik zou met meer aan de beurt komen. Stil deed ik mee tot de bel ging. Maar er rustte geen zegen op." Walter Benjamin, geboren in 1892 als zoon van een rijke joodse antiquair, is altijd een langzaam iemand geweest. Zijn vrienden vonden hem de meest geduldige persoon die ze ooit gezien hadden. Zelf opperde hij dat die houding iets te maken had met zijn jeugd. Hij was nooit een erg gezond jongetje geweest. Vele uren en dagen bracht hij door met wachten in bed; wachten op beterschap. In zijn ziekbed zag hij de uren langzaam op zich afkomen. " Z o komt het dat ik het grootste genoegen aan een reis mis als ik niet lang van tevoren op het station op de trein kan wachten, en eveneens is daarvan af-

27 v u MAGAZINE JANUARI 1994

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1994 - pagina 29

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's