Behoort een christen in de komedie? - pagina 5
drie pleidooien
I.
DE LIEFDE TOT DEN NAASTE. * 1
Aangaande nu de dingen, allen
maar de
liefde sticht.'
lijk
die
den afgoden geofferd
De
zamen kennis hebben.
dat wij
En
Cor. VIII.
te
zoo iemand meent iets te weten, die heeft
men
zijn,
wij weten,
kennis maakt opgeblazen,
nog
liefheeft, die is
van
Hem
Aangaande dan het eten der dingen,
die
den afgoden geofferd
Maar
wij
zoo iemand
God
weten, dat een afgod niets
G-od
dan
is
Want
is in
gekend.
een.
hoewel
er
ook
goden genaamd worden,
zijn, die
Nogtans hebben wij maar eenen God, den Vader, zijn,
en wij
tot
Hem;
hetzij in
des
in
afgods
allen tot
is
nog
hun geweten, zwak
De
spijze
eten, wij
welken
alle
Hem.
de kennis niet; maar sommigen, met een geweten toe,
zijnde,
eten als iets dat den afgoden geofferd
is;
en
wordt bevlekt.
nu maakt ons Gode
niet
hebben geenen overvloed; en
ben geen gebrek.
uit
den
zijn.)
en maar eenen Heere, Jezus Christus,
door welken alle dingen zijn en wij door
Doch
zijn,
de wereld, en dat er geen ander
hemel, hetzij op de aarde, (gelijk er vele goden en vele heeren
dingen
ge-
niets gekend,
behoort te kennen;
aangenaam; want
hetzij dat wij
hetzij dat wij niet eten, wij
heb-
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1881
Abraham Kuyper Collection | 61 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1881
Abraham Kuyper Collection | 61 Pagina's