Zions roem en sterkte ofte verklaaring van de zeevenendertig artikelen der Nederlandsche Geloofsbelydenis - pagina 384
Vooraf gaat een historisch berigt, nopens de belydenis en geloofshervorming in de Nederlanden door Arnoldus Rotterdam, bedienaar des Goddelyken Woords te Zuylen. Op nieuw uitgegeven, en bij ons kerkelijk publiek ingeleid door Dr. A. Kuyper
XXXIV.
382
Artikel,
Hoe veel te zwaarder, meint gy, zal hij waerdig geagt worden, die den Zone Gods vertreden heeft, ende het bloed des Nieuwen Testaments onrein geagt heeft, daardoor hy geheiligt was, ende den Greest der genade heeft smaadheid aangedaan? Hebr. lö 29. :
Wat
Vrag.
nieer?
al
Antw.
Dat de Ouders verpligt zijn, hunne kinderen 2. tyds te leeren, de verborgenheden van den Doop, en waar toe dat zij, uit kragt van hunnen Doop, alle den tyd hunnes levens verbonden zijn: Ephez. 6 4. Ende gy vaders verwekt uwe kinderen niet tot toorne, maar voedze
By
a.
:
op
in de leeringe,
ende vermaninge des Heeren.
Al
vroeg te brengen tot de gemeinte Gods en van de waereld af te zonderen, dewyl zy Gode door den Doop zijn opgedragen; gelyk Hanna, welke haren zone Samuël al vroeg den Heere heiligde, ende tot zijn huis bragt: h.
1
Sam.
,
1
24.
:
Hen
dagelyks Gode in den gebede voor te dragen, godvrugtig voorbeeld, tot den weg der godzaligheid te gewennen op dat zo het gelove der Ouderen kome te wonen in de kinderen 2 Tim. 1 5. c.
en
met een
:
:
Vrag.
Hoe
al
:
verder?
Antw. 3. Dat wy ons zelven ondervragen of wy in waarheid gedoopt zijn, en zo wel de beteekende genade, als het uiterlyk teeken zijn deelagtig geworden. .•.
Hoe kan men
Vrag.
Antw. deelagtig
Al
wie
de
dat weeten ? beteekende genade van den Doop
is.
Die is over de onreinheid zijner zonden, met kommer en verlegentheid aangedaan. Geen melaatsche kan over zijne besmettelyke onreinigheid zo zeer verlegen zijn, als de waare gedoopte over zijne zondigheid. Hier over is zijne ziele bedroeft, en heeft een walge aan zig zelven. Johannes Dopelingen beleden hunne zonden, Matth. 3 6. De Verbonds-belofte zegt, van de genen die met rein 31. Dan zult gy gewater besprengt zijn, Ezech. 36 denken aan uwe booze wegen, ende uwe handelingen die niet goed waren, Ende gy zult eene walginge aan u zelven hebben, over uwe ongeregtigheden, ende over uwe grouwelen. Die is 't genoeg, dat hy van zyne Ouders en Doop2. 1.
:
:
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 468 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 468 Pagina's