Johannes Maccovius - pagina 320

308 is van hem die nog gerechtvaardigd worden moet, dan wordt er alleen gesproken van geloof, anderszins staat hem niets dan veroordeeling te wachten. Maar het geloof drijft uit tot berouw, en dat berouw gaat gepaard met een gevoel van Gods liefde en dringt tot een wederkeerige liefde naar God. ^,Scriptura aliter loquitur de iustificando

sprake

et reconciliando, aliter de iustihcato et reconciliato.

Quum

de iustificando loquitur, meminit tantum

si

minisset operum,

nemo non

fidei,

quia

me-

terreretur ob ingentia sua pec-

cata: At fides erigit conscientiara iacentem, et ad poenitentiam invitat, imo nuUa est vera poenitentia, nisi praecesserit persuasio de amore Dei erga nos; amamus enim eum, quia ille nos amavit prior, et flamma amoris divini erga nos excitat flammam rautuae charitatis erga Deum, in corde nostro egelido."

Maar gansch anders

^)

wanneer

in de H. Schrift

over een reeds verzoende gesproken wordt.

Dan wordt hem

staat het,

het gelukzalige leven voorgehouden, als een loon zijner goede

werken. Echter niet zoo, alsof hij steunen mocht op de goede werken, als een oorzaak des eeuwigen levens, maar alzoO; dat hij wel wete dat zijne zonden hem niet vergeven zijn om alsnu wederom vrijelijk in de zonden te kunnen leven, maar opdat hij des te naarstiger gedreven worde tot het leiden

van een godzalig leven, „übi vero scriptura

tanquam bonorum operum mercedem, non ut nitatur operibus, tanquam loquitur de reconciliato, proponit

illi

causa vitae, sed ut statu at, non

sibi esse

vitam,

remissa peccata,

ut iterum vivat in peccatis, neque

fide aperiri fenestram ad otium, sed, contra solamen fidei proponi, ut alacrius capessat studium iustitiae ex pietatis, iuxta illud Davidis: Est apud te misericordia, ut te revereamur." {Psal. 130 4). En nu zegt Maccovius, na deze schoone en hoogst interessante uiteenzetting, dat schijnbaar teksten als Rom. 2:5 en 2 Tim. 4: 1 hiertegen ingebracht kunnen worden, en deze spreken alleen van een veroordeeling. Misschien werd dit dan wel door Lubbertus gedaan. :

')

Loei Comm.,

p.

885.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen