GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Uit de Pers.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Pers.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onlangs-brachten we in verband met de iJ/alogenqiiaestie de taak en roeping van onze Jongelingsvereenigingen ter sprake.

Als ten vervolge hierop zij ditmaal gewezen op wat Dr. H. H. Kuyper in zijn lezing: Het Socialisme en de C/iristelijke jongeliitg {Gronmgm, bij Jan de Haan) hiervan zegt.

Op blz. II schrijft hij:

De Christenjoageling in onze dagen voelt zijn roeping niet, wanneer hij niet verstaat, dat God ook hem een taak tegenover dut Socialisme gegeven heeft.

En vraagt ge mij dan, hoe de Christenjongeling die taak kan volbrengen, laat me u dan op drie dingen mogen wijzen.

Vooreerst moeten en kunnen de beginselen van het Socialisme op de Jongeling5vereenigingen besproken worden, liefst onder leiding van een spreker, die daartoe uitgenoodigd wordt en der zake kundig is. Het Is jammer dat tot op dit oogenblik geen eenvoudig werk bestaat; dat de ware beginselen van hot Socialisme kort en duidelijk uiteenzet en van Christelijk standpunt uit weerlegt. Jammer ook, omdat op den jongsten partijdag der Socialisten in Duitschland gehouden, besloten is bij de propagandatochten de huik naar den wind te hangen en wat den fabrieksarbeiders in de steden werd gepredikt, niet mee te deelen aan de boeren op ' het land, ten einde niet af te stooten, waar strijd van belangen bestaat.

Maar de hoofdbeginselen van het Socialisme zijn aan de' meesten onzer althans niet onbekend. Het huwelijk afgeschaft en door vrije liefde vervangen, of de Staat keurmeester, die de krachtigste vrouw voor den sterksten man uitkiest, opdat als in een paardenstoeterij het menschelijk ras worde verbeterd. Het tweekinderstelsel regel om overbevolking te voorkomen en de «moord aan het ongeboren kroost" eisch. Het huisgezin, de rijkste schepping Gods op aarde, vernietigd en de kinderen in groote Rijksinstituten opgevoed door den Staat. Alle gezag van eenige overheid verworpen en de willekeur der meerderheid wet. De arbeid verplicht gesteld, maar van eigendom geen sprake meer. Waarlijk men behoeft slechts even het Woord Gods op te slaan om daar schier op elke bladzijde de veroordeeUng dezer beginselen te vinden en te verstaan, dat Christen en Socialist nooit saam kunnen gaan.

En indien ge dan daarnaast de leiding Gods legt in den loop der historie, ook der historie van ons vaderland, dan zult ge ook daarin een schat van onderwijs vinden. Het Socialisme is niet een fonkelnieuwe gedachte, nu pas uit het brein der denkers gesproten. Reeds de oude heidensche wijsgeer Plato heeft ongeveer hetzelfde gewild en zelfs zij, die zich Christenen noemden, hebben in vroeger eeuw dien weg wel bewandeld. In Munster, het Sion der Wederdoopers, is een tijdlang ver-' '••' • - • t do Sorirlist als een hemel op iiiij wcLtciijK gezag en heerschte de wil der meerderheid; daar waren allen gelijk als broeders en zusters; daar werd de gemeenschap der goederen gevonden, straks ook de gemeenschap der vrouwen. En de toekomst heeft maar te droef geleerd, met welken ontzettenden vloek God de Heere dat Christelijk Socialisme geslagen heeft, toen dat «Jeruzalem uit den hemel op aarde neergedaald" in erger poel van ongerechtigheid dan Sodom en Gomorrha verzonk.

Zoo kan in eigen kring principieel de strijd tegen het Socialisme worden aangebonden; maar dat is niet de eenige taak waartoe God u riep. Het Socialisme heeft gelijk, wanneer het wijst op de schrijnende tegenstelling in onze dagen tusschen heer en knecht, arbeider en boer. Die scherpe ongelijkheid, wat men ook zegge moge, is door God niet gewild en behoeft niet te bestaan. Bij den arbeider bestaat wantrouwen tegen zijn meester, bij den meester minachting tegenover zijn volk. Een rijke schaamt zich om een arme bij zich aan huis toe te laten, anders dan om hem te bedeelen. Van omgang op vriendschappelijken voet tusschen hen die ongelijk zijn in de maatschappelijke positie is geen sprake. Het vooroordeel verbiedt dit. Het geldt als niet fatsoenlijk, niet net.

En dat nu druischt in tegen heel het Evangelie Gods. De Heere Jezus heeft, door niet de rijke patricierszonen uit Jeruzalem, maar de arme visschersknapen uit Galiléa tot Zijn boezemvrienden te maken, voor goed veroordeeld het hooghartig neerzien op onze »minderen", waardoor het onmogelijk wordt dat broeders in het geloof waarlijk als broeders saamleven. In Amerika, het land der Christelijke vrijheid, is dat scherpe onderscheid tusschen de verschillende rangen dan ook bijna weggevallen. Wie daar overdag werkt met een blauwen werkmanskiel, wordt des avonds ontvangen als gast in de beste huizen. Daar verstaat men het, dat arbeid niet verlaagt maar adelt.

Die toestand kon ook in ons land gevonden worden en zou voor beide klassen tot een zegen kunnen zijn. Als Dienaar van het Woord, vergun mij ü op mijn eigen voorbeeld te wijzen, rustte op mij de plicht niet alleen in de woning der deftigen binnen te gaan, maar ook de stulpen der armsten te bezoeken. En wel verre dat ik die kennismaking met de lagere standen betreurd heb, heb ik juist bij die armen naar de w ereld vaak een liefde en trouw, een kieschheid eii adel van zielj gevonden, ciie bij de rijken maar al te veel wordt gemist, en mij geleerd hebben den parel te waardeeren, ook waar deze schuilt in een ruwe schelp.

Dat maatschappelijk vooroordeel waarop ik wees, wordt niet met één dag overwonnen. Maar juist daarom begroet ik de jongelingsvereenigingen als welkome bondgenooten, omdat daar althans vrijelijk elkaar ontmoeten en als gelijken leeren omgaan, wie later door standsverschillen gescheiden blijven en toch menschen zijn door God uit éénen bloede geschapen.

En eindelijk met aldus in eigen kring te werken zijt gij er nog niet. De Kaïn's-vraag: »ben ik mijns broeders hoeder? " past op onze Tippen niet. We hebben ook een taak tegenover de wereld die ons omringt.

En al ligt het nu geenszins op den weg derjongelingsvereeniging om publieke debatten met socialisten te gaan houden; al zou ik zelfs geen uwer durven aanraden om in een meeting der Socialisten uw kracht te meten met hun sprekers van naam, omdat de jongelingsleeftijd het optreden op het terrein des publieken levens niet gedoogt; is er een andere propaganda, die de jongeling wel drijven kan, en die, al is zij minder luidruchtig, daarom toch niet minder zegen afwerpen zal.

Een propaganda hierin bestaande, dat ge den zwakkeren onder uwe vrienden opzoekt, dat ge met hen spreekt, als zij gevaar loopen door het Socialisme te worden meegesleept, dat ge weer voor hun oog het Evangelie van den Christus schitteren laat.

De zonde van heel onze maatschappij, die als een kankergif alle vezelen doortrokken heeft, is de zelfzucht. De zelfzucht voornamelijk van de rijkeren. Die zelfzucht heeft door weeromstuit, geleid tot dat demonische lied, dat uit de diepte der hel schijnt opgerezen: Wij hebben lang genoeg bemind, o laat ons eindelijk haten; de wraakkreet van het volk, dat naar liefde vroeg en niet dan zelfzucht vond.

Zoo is tegenover het Evangelie der Liefde, dat Christus' kerk gebracht heeft, het Evangehe gesteld van den Haat.

Stelt tegenover de propaganda van den Haat de propaganda der Liefde. Niet alleen in uw woord, dat is niet genoeg, ook in uw leven. Doodt in uw eigen hart die zondige zelfzucht, die, terwijl zij meent voor zich zelf te leven, juist alle ware geluk derven moet, omdat zij in de Icille eenzaamheid verstijft. Leert lief te hebben, u zelf aan anderen geheel te geven, omdat die Liefde het cement der natiën, de band der volkeren is, en alleen in die Liefde het reinste genot wordt gekend.

Dit is niet te veel gezegd.

Naast Patrimonium heeft ook de Christelijke Jongelingsvereenigijig te midden van de gisting en woeling onzer eeuw een heilige roeping.

Een roeping, die tot veel stiller en hooger ernst dringt dan in de Dialogenv^'& .& s.'im u kwam.

Satan is bezig weer in breeden kring de harten te veroveren.

Om geen minder buit dan het menschelijk hart is de strijd aangebonden.

Voor Christus en voor hem alleen het hart ook van onze jonge mannen! moet bij dien strijd de ons allen bezielende leuze zijn,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 maart 1895

De Heraut | 4 Pagina's

Uit de Pers.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 maart 1895

De Heraut | 4 Pagina's