GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vereenigingsleven.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vereenigingsleven.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

STATISTIEKEN?

Bekend is het woord der Heilige Schrift, volgens hetwelk ons geven van aalmoezen zóó behoort te geschieden, dat de éé& e hand niet weet wat de andere band doet, en dat we ons loon verliezen, indien we, bij het doen van weldaden, voor ons laten trompetten en bazuinen.

Als men aan dat woord denkt, dan wordt dubbele weerzin opgewekt bij het lezen van de krantenberichten over de gaven, die voor goede doeleinden gegeven worden doormannen als Carnegie, Rockefeller e. a.

Het schijnt, dat men in Amerika van dergelijke giften of schenkingen statistieken opmaakt, want nog onlangs, toen de beide genoemde kapitalisten groote sommen wegschonken, kon men in de bladen lezen, tot welke bedragen de totalen hunner schenkingen reeds waren gestegen.

Nu zal men zeggen, dat er een verschil is tusschen schenkingen van groote sommen voor allerlei nuttige stichtingen van onderwijs en wetenschap en wat dies meer zij en het geven van aalmoezen; en dat is ook volkomen juist; maar veel tegenspraak zal wel niet behoeven te worden geducht, als gezegd wordt, dat hetgeen de Heere Jezus over het geven van aalmoezen zeide, een regel bevat, die bij analogie op ander terrein, waarop de milddadigheid beoefend wordt, kan worden toegepast.

Het „geeft zonder iets weder te hopen, " langen tijd ten onrechte zóó uitgelegd, dat men geen geld op interest mocht uitzetten, mag zeker wel óók in dien zin worden uitgelegd, dat men bij zijne giften niet geleid moet wórden door de gedachte, dat men met bijzondere eere zal worden vermeld, maar dat men zooveel mogelijk moet geven in zulk een vorm, dat het weder ontvangen van eer of aanzien of wat dan ook, is buitengesloten.

Van uit du standpunt bezien, vervullen de groote schenkingen van de Amerikaansche grootkapitalisten, welke op zoo weinig sympathieke wijze worden aangekondigd, eer met weerzin, dan dat ze verheffend werken.

Toch meene men niet, dat hetgeen hier gebrandmerkt wordt, alleen in Amerika en andere vreemde lantjen, maar niet ten onzent voorkomt, want de Amerikaansche methode is ook bij ons inheemsch. Met dit verschil echter, dat de grootste schenkingen die bij ons gedaan worden, van weinig of geen beteekenis zijn tegenover de giften, die ginds gegeven worden.

Wie mocht twijfelen aan de juistheid dezer bewering, moet maar eens nagaan, wat bij verkiezingen voor openbare lichamen zoo al plaats vindt. Hij zal dan bemerken, dat menig candidaat aanbevolen wordt met het argument, dat hij zóó-of zooveel gegeven heeft voor deze of gene zaak van algemeen belang.

Onlangs nog werd in een groote stad een zeker candidaat aanbevolen door middel van een verkiezingsblad, dat een fotmeele statistiek bevatte van al de weldaden die de betrokkene verricht had.

Dit systeem moet ten eenenmale afgekeurd worden, omdat het den goeden geest bederft, die het geven beheerschen moet.

Onze tijd is echter nu eenmaal een tijd van statistieken. Men heeft van alle mogelijke massaverschijnselen statistische overzichten, die zeker, indien ze met kennis van zaken worden gelezen, eenig inzicht ktinnen geven in de numerieke waarde en beteekenis van bepaalde gebeurlijkheden en die ongetwijfeld in menig geval kunnen aanwijzen, in welken zin maatregelen moeten worden genomen om eenige goede zaak te bevorderen of eenig kwaad te bestrijden.

En nu zal men wellicht vragen, of het niet goed zou zijn, ook van den arbeid der weldadigheid eens statistieken te gaan maken, om te zien hoe het met die weldadigheid ten onzent staat. Die vraag zou wellicht eenigszins bevestigend beantwoord behooren te worden, indien zoodanige statistieken eenig nut konden uitoefenen.

Het is echter niet wel in te zien, welk nut men er mede zou kunnen verrichten. Zijn zoodanige statistieken bedoeld om, heelemaal op zichzelf, eens te laten zien, hoeveel toch wel gegeven wordt, dan zijn ze reeds daarom veroordeeld, en oorzaak, dat het loon verloren gaat; wat nog in veel ernstiger mate doorgaat indien de bedoeling is, te doen uitkomen, dat het eene deel des volks zooveel meer doet dan het andere deel. Hetzelfde zou ook van kracht zijn, indiai men wilde gaan aantoonen, dat in ons land per hoofd der bevolking meer gegeven wordt dan in andere landen.

Weldadlgheidsstatistieken hebben trouwens natuurlijk slechts zeer geringe waarde voor de kennis der oeconomische toestanden, omdat het geven eerst in de tweede of derde plaats bebeerscht wordt door oeconomische omstandigheden en veelmeer door zekere gezindheid des harten, die voor de kennis der oeconomische verschijnselen niet veel waarde heeft.

De Jcennis van statistische cijfers in zake het geven voor allerlei Christelijken en anderen philantropischen arbeid zou dus alleen eenige waarde kunnen hebben, indien men de bedoeling had, dat in ons land veel te weinig gegeven wordt, althans veel minder dan in andere landen.

Maar ook zoo bedoeld is de waarde van zulke statistieken zeer gering, want ten eerste is het haast ondenkbaar, dat men in andere landen statistieken zou hebben, die met de onze waren te vergelijken, en ten tweede mag wel in zeer sterke mate betwijfeld worden, of men de milddadigheid in een land op kan voeren door aan te toonen, dat zij elders ons vooruit is. Ten deze moge concurrentie tusschen twee of meer personen en ook nog tusschen verschillende groepen van een volk iets uitrichten, de concurrentie tusschen de volken onderling zal wel geheel werkloos kunnen worden geacht.

Neen, voor een zeer speciaal doel mogen statistieken over de geldelijke deelname aan philantropischen arbeid, aan den arbeid dus o. a. van het vereenigingsleven, nut en beteekenis hebben, generale statistieken kunnen geen nut hebben en zouden licht nadeelig werken.

De milddadigheid moet door twee heel andere vragen bepaald worden. Ten eerste door de vraag, hoeveel arbeid er is, die niet aangevat kan worden, die stil moet liggen of met halve kracht verricht worden, omdat er niet genoeg geld is. En ten tweede door de vraag, of ieder voor zich wel zooveel afzondert van hetgeen hem de Heere heeft toebetrouwd, als hij mag afzonderen.

Wat het eerste aangaat, mag wel gevraagd, of het noodig is, aan te toonen, dat er werk te over is. Ziet niet ieder om zich heen Christelijken arbeid wachtende, die gedaan of béter gedaan zou kunnen en moeten worden, indien er maar geld was. Is het niet, om nu maar iets zeer ergs te noemen, verschrikkelijk, dat in plaatsen, waar het geld toch wel is, juen gewerkt moet worden om het geld bijeen te brengen, noodig voor den bouw eener Christelijke lagere school, waarop de kinderen onzes volks zitten te wachten; om maar niet te spreken van het verder voortgezette onderwijs, dat in onze steden van Christelijken kant over het geheel nog vrijwel verwaarloosd wordt?

Eu nu zegt men wel, dat uit dezelfde portemonnaie's telkens en telkens weer zooveel gevraagd wordt en voor telkens meer en telkens nieuwe zaken; maar als die klacht geuit wordt, mag toch gevraagd^ of we reeds zoover zijn, dat we geven boven of zelfs ook maar caar vermogen.

Zeker, als men vraagt, wat gegeven moet wotd; n, dan is men spoedig aan een grens toegekomen; maar als men, heel anders, vraagt, hoeveel pmg gegeven worden, zonder dat men voor God onverantwoordelijk handelt, dan is bet haast, alsof er geen grens te bekennen is en alsof gaandeweg hooger gegaan kon worden, zonder dat men schade ondervindt.

De arme weduwe in den tempel gaf, naar menschelijk inzicht, boven haar vermogen, op onverantwoordelijke wijze. Als we allen eens zoo deden, zou er dan zooveel noodige arbeid moeten blijven wachten?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 29 januari 1911

De Heraut | 4 Pagina's

Vereenigingsleven.

Bekijk de hele uitgave van zondag 29 januari 1911

De Heraut | 4 Pagina's