125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 110

een nieuw contract

Daarna volgden vijftien artikelen. Het ging daarin om wat er moest gebeuren als hoogleraren onder censuur kwamen te staan; om de benoemings- en ontslagprocedures; om het aantal hoogleraren; om hun instructie en de vereiste instemming met de belijdenis; om het toezicht op hun onderwijs; om het toezicht op hun leer en leven, en om het toezicht op de studenten. Op al deze punten was de invloed van de synode groter dan tevoren. Van hun kant verbonden de kerken zich de hoogleraren als preadviseur van de synode te aanvaarden. Vergelijken we het contract van 1891 met dit ontwerp, dan vallen onder meer de volgende zaken op: 1. de hoogleraren van de theologische faculteit worden geacht lid te zijn van de Gereformeerde Kerken in Nederland70; 2. de kerk heeft een grotere bevoegdheid bij de benoeming van hoogleraren in geval van verschil van inzicht; het laatste woord is aan de Generale Synode; 3. de kerk heeft meer zeggenschap over wat er moet gebeuren in geval van kerkelijke tucht over de hoogleraren; het laatste woord is aan de Generale Synode; 4. de hoogleraren moeten instemming betuigen met de belijdenis der kerk. Bij de bespreking van dit nieuwe contract in De Heraut nam H. H. Kuyper een voorzichtig kritische houding aan.71 Gaarne had hij iets meer vernomen over de motieven van deputaten. Overigens was hij niet afwijzend, maar gezien de band tussen het genoemde blad en de faculteit wilde hij er verder niet op ingaan. Het woord was eerst aan de kerken. Bavinck echter sprak ter synode waarderende woorden, en later bleek ook Kuypers instemming.72 Daarmee was in feite het pleit beslecht. De bezwaren van Rutgers en deputaat Fernhout, die meenden dat de kerk te veel invloed op de wetenschap zou krijgen, mochten niet baten.73 De synode ging op 2 september 1908 akkoord en legde het contract voor aan directeuren, die op grond van adviezen van de senaat en van curatoren voor 6 november een bijzondere Algemene Ledenvergadering uitschreven.74 Die moest hier ten slotte over beslissen. Kuyper voerde een pleidooi dat de leden gunstig moest stemmen. De ledenvergadering ging inderdaad akkoord, zij het niet zonder kritiek.75 Net als in de andere gremia van de vu leefden er onder de leden vragen over de verregaande bevoegdheid die aan de synode werd toe-

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 109

109

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen