125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 230

nieuwe benoemingen

kelijk openhield.57 Toen de faculteit in 1952 inderdaad met de voordracht van Schippers als opvolger van Grosheide kwam, gingen curatoren echter niet zonder meer akkoord en nodigden de faculteit uit voor nader overleg. Zij dachten aan Koole, mede omdat Schippers zich net in de ethiek had ingewerkt.58 Grosheide – met Nauta, Berkouwer en Ridderbos aanwezig – meende echter dat Schippers meer analyticus dan systematicus was en dus meer een man voor Nieuwe Testament dan voor ethiek. De nieuwtestamentische vakken lagen nader aan zijn hart. Bovendien had Koole zich meer rondom de bijbel bewogen dan in de bijbel. Anderen wezen er daarentegen op dat als Schippers voor Nieuwe Testament werd benoemd, de faculteit bleef zitten met ethiek. De faculteit achtte echter een combinatie van ethiek en Nieuwe Testament te zwaar. Daarmee zat de zaak muurvast, want curatoren wilden alleen maar een besluit over de vacature Grosheide nemen indien er een ‘gecombineerd’ voorstel zou worden ingediend. Er moest ook een oplossing voor ethiek gevonden worden. Het resultaat van hernieuwd overleg in de kring van de faculteit was dat aan de curatoren werd voorgesteld Schippers naast het vak ethiek met ingang van 1953/54 de exegese en de canoniek van het Nieuwe Testament op te dragen, het vak hermeneutiek toe te vertrouwen aan Ridderbos en het vak encyclopedie aan Berkouwer. De studentenpredikant ds. S. J. Popma had men op het oog voor ondersteunende colleges in de praktische ethiek.59 Na opnieuw een gesprek gingen curatoren onder protest akkoord.60 Ook deputaten waren niet gelukkig met de combinatie ethiek/Nieuwe Testament. Naar hun oordeel diende er voor ethiek een aparte leerstoel te komen.61

een veranderend klimaat Met dit alles was de personele bezetting van de faculteit aan het begin van de jaren vijftig grondig gewijzigd. Een en ander werkte door in het klimaat, in het bijzonder ook waar het ging om de vragen rond het gezag van de Schrift. Gispen bleef trouw aan de traditie zoals deze hem door zijn leermeester Aalders was aangereikt. Zijn bedoeling was, aldus zijn opvolger

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 229

229

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen