GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 30

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 30

Rede gehouden bij de aanvaarding van het ambt van hoogleeraar in de Semietische Talen en Letteren aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

31 zijn heele en halve sikkelen, terwijl in den Perzischen tijd de sikkel in drieën werd gedeeld. Zie Neh. 10:33 (St. Vert. vers 32). 36) Het komt hier

voornamelijk aan op de quaestie, welke

aera bedoeld is met de bovenvermelde aanduidingen

2Vi

enz. Plaatst men de sikkelen onder Simon Maccabaeus (gelijk de meesten doen, o. a. F r e d e r i c W . M a d d e n in zijn standaardwerk: Coins of the Jews,

with 279 woodcuts and a plate of

alphabeths. London, Trübner & Co., 1881), zoo is 't verder de vraag of de aera begint 143—142 v. C. of 139-138 v. C , waarvoor men I

zich successievelijk

Macc. 15 : 1—9.

uiteengezet Zeitalter

beroept

De stand van

op I Macc. 13:41 en

't vraagstuk werd in 1901

door E m i l S c h ü r e r , (Gesch. des Jüd. Volkes im 3

Jesu Christi l , bl. 761 — 765, Lpzg., Hinrichs) die de

ingewikkelde quaestie met groote omzichtigheid en terughoudingbehandelt, maar overigens meent dat het gevoelen, als zouden de sikkelen Sedert

tot

den opstand onder Nero behooren, veld wint.

echter heeft dit gevoelen weer veld verloren, doordien

T h é o d o r e R e i n a c h (Jewish Coins, translated by M a r y H i l l , with an appendix by G. F. Hill, London, LawTence and Bullen. Ltd., 1903. bl. 12) het

opgaf en met beslistheid de zilveren

heele en halve sikkelen aan Simon Maccabaeus toeschreef op de volgende gronden:

l o . het archaïsch uitzicht der munten;

2o. hun Tyrische standaard, die in 56 n. C. werd opgeheven en dus in 70 n. C. verouderd w a s ; 3o. het feit, dat men nooit een'

sikkel

heeft

gevonden,

die

overgeslagen

is

op

eene

Romeinsche munt; 4o. het voorkomen van een' sikkel met het jaartal 5, terwijl de opstand, die in September 66 triumfeerde, in September

70 werd onderdrukt, zoodat hier voor een vijfde

jaar geene plaats is. Misschien kan, afgezien van R e i n a c h s argumenten, bij het beoordeelen der quaestie ook de volgende overweging eenig gewicht in de schaal leggen. De munten, die omnium consensu hetzij in den

eersten, hetzij in den tweeden opstand moeten

worden geplaatst (Schürer, opschriften Lechêrüth

als Ligullath Jisrael,

t. a. p. bl. 765 — 772) dragen alle

Sion, Chêruth Sion, Ligullath

LecJtcrüth Jeruzalem,

waarom

Jisrael,

men ze ge-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 mei 1905

Inaugurele redes | 48 Pagina's

Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 30

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 mei 1905

Inaugurele redes | 48 Pagina's