GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1914-1915 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 10

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

2 De motorische asymbolie van MEYNERT komt nu overeen met het nauwer begrensde begrip der apraxie, zooals dit door LIEPMANN gebruikt werd. De reden, waarom de opvatting van MEYNERT weinig belangstelling ondervonden heeft, is daaraan toe te schrijven, dat in zijn geval 3 oorzaken voor ongeschiktheid van het gebruik van den arm aanwezig waren, die met de motorische asymbolie niets te maken hebben, nl. zielsblindheid, verlamming en ataxie. Verwant aan het begrip der apraxie in engeren zin was de „Seelenlahmung" van NOTHNAGEL, waarmede hij wilde aangeven het gevolg van de verwoesting van het schorsveld voor de motorische herinneringbeelden in den Lobus pariëtalis. De arm van den patient is onder bepaalde voorwaarden, bij gesloten oogen, voor hem tot]onbruikbaar instrument geworden. Hij kan de bewegingen van den arm niet beheerschen, omdat hij de herinneringbeelden voor de maat en den aard der afzonderlijke bewegingen heeft verloren. Het onderscheid met de apraxie van LIEPMANN komt nog duidelijker voor den dag, wanneer men nagaat de gevallen, die tot steun van de opvatting der „Seelenlahmung" moesten dienen. (BLEULER, BRUNS). In het geval van BLEULER was er een wegvallen der beweeglijkheid in 't algemeen, dus een werkelijke verlamming. Bij de gevallen van BRUNS was ook de spontane beweeglijkheid niet verkeerd, maar verminderd. De studie van de apraxie heeft de meeste belangstelling getrokken na de bekende onderzoekingen van LIEPMANN. Het klassiek geworden geval van den Regierungsrat kan naast die gesteld worden, welke de aanleiding waren tot de ontdekkingen van BROCA en WERNICKE. Volgens LIEPMANN hadden deze laatste bewezen, dat bepaalde „vermogens" der ziel, die de populaire psychologie aanneemt, verloren gaan door aandoening van bepaalde omschreven deelen van de hersenen. Hij voegt daaraan toe een nieuw bewijs, dat de ziel ten deele ziek kan zijn door een omschreven haard. Bij de apraxie wordt door ziekte van een bepaald deel van de hersenen datgene vernietigd, wat de populaire psychologie de heerschappij der ziel over de ledematen noemt, waarbij deze niet verlamd zijn, maar vrij bewogen kunnen worden. Bovendien zou de heerschappij der ziel voor de rechts- en linkszijdige lichaamshelft afzonderlijk kunnen opgeheven zijn. Steunend op de beschouwingen van MEYNERT en WERNICKE

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1915

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 198 Pagina's

1914-1915 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 10

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1915

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 198 Pagina's