GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De eenheid der Nieuwtestamentische Godsopenbaring - pagina 44

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De eenheid der Nieuwtestamentische Godsopenbaring - pagina 44

Rede gehouden bij de overdracht van het rektoraat aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

42

/

\^

op een bepaald punt te wijzen. Er is de laatste jaren ra. n. doorZAHN en HARNACK ontzettend veel gearbeid aan de geschiedenis van den kanon van het Nieuwe Testament. En al is veel nieuws ontdekt, zoo is er toch bijna geen terrein, waarop zooveel verschil van meening aan den dag is gekomen. Daar zijn ook wel redenen voor. De geschiedenis van den kanon moet ook als materiaal gebruiken allerlei terloopsche uitlatingen van kerkvaders. Wij gaan die uitlatingen behandelen, alsof ze opzettelijk met het oog op het ontstaan van den kanon waren gedaan, we leggen ze op de goudschaal en stellen ze (althans praktisch) op één lijn met onderzoekingen van mannen als Origenes en busebius, geleerden, die bepaald bedoelden zich uit te spreken over den kanon. Buitendien moeten we telkens werken met het argumentum e silentio. Natuurlijk ontstaan door een en ander moeilijkheden. Ieder heeft onwillekeurig zijn eigen ideeën en meent die te vinden, ook waar ze niet zijn. Vandaar dat voor mijn onderwerp eerste eisch was te arbeiden met algemeen erkende feiten en te laten liggen, wat twijfelachtig was, of eerst aan te toonen, dat het mag worden aanvaard. Daar komt nog iets bij. Niemand heeft zooveel verdiensten voor de geschiedenis van den kanon als ZAHN. Toch heeft juist zijn veelomvattende arbeid dit stuk van de Nieuwtestamentische wetenschap ten deele in verkeerde banen geleid. ZAHN heeft materiaal verzameld en van de kleinste aanwijzigingen gebruik weten te maken als geen tweede. Maar HARNACK heeft gelijk, als hij beweert (a. w., bl. 145), dat ZAHN meer gegeven heeft een geschiedenis van het gebruik in de godsdienstoefeningen en tot eigen stichting van die boeken, die later in het Nieuwe Testament vereenigd zijn, dan een geschiedenis van den kanon van het Nieuwe Testament. Nog daargelaten, dat ZAHN wel wat al te veel gelet heeft op het voorlezen in de openbare godsdienstoefeningen, is het zeker niet te ontkennen, dat hij te weinig aan de eenheid, te veel aan de deelen heeft gedacht. Ons doel voor heden is juist op die eenheid te letten, het geheele Nieuwe Testament in het oog te houden. Maar daarom is het zoo noodig het probleem scherp te stellen. In de vraag, zooals ze thans is vooropgezet, en die het Nieuwe Testament als gezaghebbende eenheid beschouwt, liggen vooral twee elementen, die we ook bij Irenaeus, Tertullianus en Clemens Alexandrinus aan den dag zullen zien komen: 1) het bundelelement, ƒ anders gezegd, wanneer en hoe ontstond één Nieuw Testament uit de verschillende boeken, maar ook 2) het gezagselement, hoe staat het f met het gezag van dat ééne Nieuwe Testament; heeft het hetzelfde' gezag, dat het Oude Testament reeds lang bezat? In abstracto is het immers zeer wel mogelijk, dat er een volledig Nieuw Testament bestaat, maar dat daaraan niet, doch aan iets geheel anders wel Goddelijk gezag wordt toegekend, iets geheel anders gebruikt als maatstaf in de zaken des geloofs. (Vgl. J. LEIPOLDT, Gesch. d. neatest. Kanons, l, Leipzig, 1907, bl. 265, HARNACK, a.w., bl. 15). Eerst door deze twee inderdaad verschillende punten uiteen te houden, leert men verstaan, hoe geleerden, die zich toch in hoofdzaak van hetzelfde feitenmateriaal bedienen, tot zoo verschillend oordeel kunnen komen. Zeer zeker wordt van verschillende zijden overdreven. Wie de voorstelling geeft, dat pas pl.m. 200 Christelijke geschriften gezag kregen, vergeet, dat de

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1918

Rectorale redes | 66 Pagina's

De eenheid der Nieuwtestamentische Godsopenbaring - pagina 44

Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1918

Rectorale redes | 66 Pagina's