GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De noodzakelijkheid eener christelijke logica - pagina 84

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De noodzakelijkheid eener christelijke logica - pagina 84

Rede ter gelegenheid van den 52sten Dies Natalis der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

74 totelische was. Het mocht dan in deze periode niet meer kunnen roemen op het bezit van coryphaeën als THOMAS en ScöTüS, beider aanhang was dan toch blijkbaar wel zeer groot, en vooral de orde der Dominicanen vormde een tamelijk gesloten geheel.

Dat konden ook de subjectivisten zich niet meer ontveinzen. Vooral hun rationalistische vleugel was door de kerkelijke uitspraak pijnlijk getroffen. Want, terwijl irrationalisten of personalisten als OGKHAM op grond van hun dialectische theologie met haar onderscheiding van „het Ik" en „de rede" het strenge vonnis over D'OLIEU nog konden beschouwen als een beslissing, die „slechts" het rationeele leven raakte, stond deze uitweg voor de rationalisten, die genoemde onderscheiding niet hadden overgenomen, niet open. De kerk had, dat was hun wel duidelijk, zich niet meer als vroeger bepaald tot een afwijzing van de consequenties hunner wijsbegeerte in de leer omtrent de Triniteit en den Middelaar, maar thans ook de anthropologie veroordeeld die daarachter lag. Aanvaardden ze deze beslissing niet, dan wachtte hun inquisitoriaal onderzoek; wilden ze dit lot ontgaan, dan hadden ze zich, hoe dan ook, naar deze kerkelijke uitspraak te voegen, wat intusschen indruischte tegen hun diepste overtuiging. Het pijnlijkst was de situatie uiteraard voor hen, die, als D'AURIOL, een kerkelijk ambt bekleedden. Maar de nood maakte ook thans vindingrijk. De kerk had, volgens D'AURIOL wel de nominalistische anthropologie veroordeeld, doch ze had zich daarbij in tegenspraken verstrikt: de anima rationalis was immers volgens het concilie de vorm van 't lichaam, en het had D'OLIEU veroordeeld omdat hij de saamhoorigheid van vorm en materiaal niet tot haar

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1932

Rectorale redes | 124 Pagina's

De noodzakelijkheid eener christelijke logica - pagina 84

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1932

Rectorale redes | 124 Pagina's