GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De noodzakelijkheid eener christelijke logica - pagina 63

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De noodzakelijkheid eener christelijke logica - pagina 63

Rede ter gelegenheid van den 52sten Dies Natalis der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

53 Veel grooter dan 't verschil tusschen de oude Stoa en de richting-PANAETius was dat tusschen deze groepen eenerzijds en de jonge Stoa aan den anderen kant. Laatstgenoemde school keerde immers terug naar het dualisme, zij 't ook tot een dat meer overeenkomst had met dat der Hippocratici dan met dat van ARISTOTELES. Laatstgenoemde beschouwde immers het hoogere, d.w.z. het gebeuren in de wereld van de sterren en hare goddelijke bewegers, als noodwendig, daarentegen het ondermaansche als toevallig. Van die tegenstelling bespeurt men bij de jonge Stoa niets: ze is door de oude- en midden-Stoa heengegaan en kent dan ook slechts één bewegingsleer. Wat hen weer tot het dualisme bracht was iets anders, nl. het feit, dat hun fanatieke prediking van de „somatische" activiteit vast was geloopen: noch de resultaten van de kenactie, noch het mathematische was nu eenmaal actief, en dus moest men beide onder het niet-actieve, het zgn. „asomatische" rangschikken i05). Geleidelijk verkreeg dit terrein al grooter omvang. Later achtte men het op kentheoretische gronden zelfs gewenscht naast en correlaat met het niet-actieve asomatische innerlijke object een subject aan te nemen, dat wél asomatisch, doch tevens actief was. Zoo maakte het subjectivistische en dynamistische monisme geleidelijk plaats voor een soortgelijk dualisme, dat de krachten onderscheidde in actieve en passieve. Zoo op 't oog heeft deze theorie met haar leer van rustende begrippen en getallen wel iets van Platonisme weg. Doch meer dan schijn is dit toch niet: ze kent immers noch ideeën noch iets van mathematisch karakter onafhankelijk van het menschelijk kennen, weet van het mathematische weinig meer te zeggen dan dat het niet actief is, aanvaardt geen andere dan willekeurig gestichte samenhangen, predikt de autarkie van den wijze en ziet in het positieve recht slechts iets

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1932

Rectorale redes | 124 Pagina's

De noodzakelijkheid eener christelijke logica - pagina 63

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1932

Rectorale redes | 124 Pagina's