GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Staat en Maatschaspij.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Staat en Maatschaspij.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

III.

De groote fout, die vooral de Booiaal-democraten maifcen, is deze^, dat zij' hun oog sluiten voor de groote waarde, die de maatschappelijke kraxiten hebben, indiien zie op; eigen initiatief werken.

Zeker valt het niet te ontkennen, dat de vrijheid ook hier haar gevaren medebrengt, en dat tegen die gevaren maatregelen dienen getroffen te wordem, .

Maar dat is wel zeker, dat in bet vrij'e maatschappelijke leven het kwaad met weinig, ook door de vrijheid, wondt beteugeM. Daardoor toch worden de machten op economisch en sociaal gebied geduld, en is de kans op oniderdrukking veel minder groot dan wanneer al die machten in enkele handen zijn geoonoentreerd.

De overheid behoort nu in die maatschappij het recht te besilellien. Zijl moet zorgen, dat niet de brute macht overheerscht, maar dat er zooveel mogelijfc recht en gerechti^eid geschiedt.

Haar taak: bestaat 'daarom niet alleen in de rechtspraak. Zij reikt verder. In de groote worsteling], die op sociaal en economisch terrein tusschen arbeider, werkgever en consument gevoerd wordt, kan de overheid door ingrijpiende maatregelen te treffen voor de bevordering van recht en gerechtig'beid werkziaam zijn.

Met deze 'opvaiting hangt sam'cn het streven, dat zich onder ons siteeds heeft geopenbaard, om te breken met de O'ud-liberale Staatkunde, volgens welk'e 'de overheid ten aanzien der sociale en economische problem'en ©en louter passief standpunt be'hoorde in te mem'en.

De ervaring heeft maar al te zeer geleerd, dat deze liberale vrijheid ten slotte tocb weer op verregaande onderdrukking uitloopt.

Daarom moet de overheid er zich rekenschapi van geven, hoe zij het eco-nomisch zwakke, dat worstelt om een m'eer vaste positie in de wereld in te ne'm'en, helpen kan.

Vandaar 'dat er een sociale wetgeving moet zijn, die evenwel nooit meer dan een helpend karakter mag dragen.

Neemt 'de 'overbeid 'de taak der maalischappij zelve over, 'dan zullen zich op den duur twee booze gevolgen opienba^en.

In de eetó'te plaats zal de' kracht van het maatschappelijk leven ïazinken, en in 'de tweede plaats komt er een concentratie van macht, die de burgervrijheid belaagt.

Indien 'de overheid de taak der maatschappelijke krachten overneemt, zinkt bet volk in. Een tijd lang kan de schijta. anders zijn en juist daardoor la, ten niet weinigen zich op een dwaalspoor leiden.

Wanneer een lichaam gezond is, kan het gebruik van opweldsende middelen tijdelijk het lichaam schijnen nog kracbtiiger en beter te maken. Maar heel lang duurt idat nie't. Al spoedig gaat bet blijken dat het lichaam .zijn oude veerkracht verliest, en 'dat voortaan het gebruik dier opwiekkelnide midde-len noodig wordt, om de krachten weer voor een korte poos op peil te houden.

Zoo is bet ook met het maatscbappelijk lichaam. Zoodra 'de overbeid fun'Otiies gaat O'Vernemen, die vroeger alleen en Mtlsluifcenid aan bet maatschappelijk initiatief behoorden, dan kan bet den S'chijn hebben, dat de maatschap'pij daar stérker door wordt. Maar in we'rfcelijkbeid is het zoo niet. Integend-eel. Al Spoedig ko'mt bet oo'genbllk, dat de maatschappij de uitoiefening van heel zulk een functie eenvoudig aan de overheid overlaat.

Gaat dit proces door, dan neem't de Staatsmacht hoe langer hoe moer terrein in, zoodat er ten slotte voor het vrije maatschappelijke leven heel weinig overblijft.

Dat 'Op die wij'ze op den langen duur de burgervrij'heid belaagd wordt, behoeft geen betoog.

Onze geastielijfce vrijheden hangen inet onze economische ten nauwisite samen.

Dat gaaÉ reeds op iii het leven van eiken particulier. Wie economisch onafhanktelijk is, kan ook zijn geelst het meest ontwikkelen en heeft het meeste vrijheid om zich te uiten.

Maar precies hetzelfde geldt van ©en volk. 'Een volk met een vrij O'pblo'eiend maatschappelijk leven, staat O'Ok zeer vrij: tegenover de macht van zijn overbeid. Het is in de voornaamste deelen van zijn bestaan van die O'verbei'd O'nafhankelijk. Wel moet bet aan ifiie O'verheid gehoorzam'sn, maar die gehoorzaam'beid yvordt slechts op een beperkt gebied gevorderd.

Heel het gezins-, school-, kerkelijk-en zakenleven komt bij zulk een volk in vrijheid tot openbaring.

Zoodra echter de overheid stap voor stap het economisch leven beeft ingenomen en den loop van allerlei tot zich heeft getrokken, wordt bet volk van die overbeid steeds m'eer afhankelij'k. En dat wreekt zich op elk levenlsgebied.

Het is daarom zoo in hooge mate gevaarlijk, wanneer Staalt en Maatschappij wo-rden dooreen geward.

En het allergevaarlij'klst is bet voor ons, die op. den bodem der Christelijke beginselen staan.

Waarom ?

Hierom, 'omidaï de overheid in een land als het onze uit den aard der zaak steeds een z.g. neutfaal standpunt in moet nemen. '

Bouwt en onderhoudt de overheid scholen, ze worden neutraal. Subsidieert de overheid allerlei instellingen, zij mag geen onderscheid makc'n, .maar moet allen over één kam scheren.

De neutraliteit ider overheid ontaardt maar al te veel in anti-Tgodsidi'enstig'beid. Dat beeft bet verleden geleerd.

Graat nu ide love-rbeid helt beele burgierleven beheerscb'en; verliesit zij baan eigenaardige taak' uit het 'Oog; wordit zij! 'de alge^meene verzorgster Ider burgerij; strekt zij baar directe zorgen uit over heel het leven des burgers van bun wieg tot hun g'raf; dan k'an bet niet an'ders, of de overbeid'i krijigt een maeht, die geheel onevenredig i& aan haar tegenwO'Omdige macht.

Het volk kan dan gieen weerstand meer bieden. Het zit aan alle kanten gevangen.

Decreteert de overbe'id, dat in de Kerken Slechts een bepaalde, door baar geij'kte leer verkondigd mag worden, de burgers missen 'de kracht, om daar tegen in te gaan. Trouwens, ook' de stoffelijke middelen ontbreken dan.

Wenscht de overheid aan het onderwijs alleen een door haar go-edgekeurde richting te geven, de burgerij staat er machteloos tegenover.

En zoo zouden we kunncin voortgaan.

Het is daarom, nu het nog niet te laat is, zoo noodig, 'dat wij' er niet aan mede wetricen om staat en maatschappij dooreen te warren.

De verleiding daartoe is vaak groot.

Het valt niet te ontkennen, dat de staat met zijln hulpbronnen soms in korfcen tij-d misstan-den kan opruimen, waar de vrije maatschappij tientallen van jaren over doen moet. Andererzij'ds kan hij dingen tot stand brengen, waar de ig-ije burgers niet zoo heel gemakkelijk in kunnen slagen.

Toch moeten wij den moed hebben, tegen üe 'dooreenmenging van staat en maatschappij' krachtig te wak'cn.

De overbeid kan helpend tussoben beiden komen. De staatsmacht kan steun bieden.

Maar ide maatschappij draagt haar e'igenfcarakljer.

Daar is een souvereiniteit in eigen kring, die het bolwerk is der ware burgervrijbeden.

En we hebben ons te waohten, dat wij' die vrijheden niet, door den schijn verleid, prij'Sgeven, om onder de staaifcsmacbt, die niet zelden een antigodsdienstig© macht is, verdrukt en acbteruitgezet te worden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 februari 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

Staat en Maatschaspij.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 februari 1921

De Reformatie | 8 Pagina's