GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PERSSCHOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PERSSCHOUW

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tranen verboden.

Uit de „Groene Amsterdammer":

Luidens een mededeeling in 'de „Manchester Guardian" (wiens objectiviteit tot dusverre niet door den oorlog is aangetast), is kort geleden een ooriogsmonument te Hamburg gewijzigd op last van de Nazi-autoriteiten. Het stelde namelijk een huilende moeder voor met een kind op de armen. Tranen waren een Duitsohe vrouw onwaardig....

Er werd niet gemeld of zij vervangen zijn door kuiltjes in 'de wangen van het lachen.

„Sabbath honden".

De heer T. v. Popta schrijft in „IJmuider Kb.":

Een geliefkoosd woord bij die geestdrijvers was: de geloovige moet Sabbath 'houden. Dat wil zeggen, hij moet geen gebruik maken van vleeschelijke hulpmiddelen als een bijbelverklaring of iets dergelijks. De geloovige moet afwachten, totdat God tot hem 'komt. Dat stil afwachten is dan Sabbath'houden.

Marnix schrijft er van :

„Want dewijl zij alle veel geestelijiker zijn dan Davld en alle heiligen van het Oude Testament, zoo willen zij ook alle schepselen laten varen en alleen inwendig gadeslaan wat ide geest Gods 'hun in 't harte leert, niet door aanmerking van uitwendige schepselen of werken van 'God, want zulks noemen •zij' alles stoelen en banken en hinderlijke ding'en.

Ook onder ons komen dergelijke opvattingen voor. Niet als weergave van wat aan het begin van den kennisweg, doch als beschrijving van wat aan het einde er van geschiedt, als de mystieke verrukking komt. Ds Buffinga eindigt een pas verschenen boekje met een typisch-ongereformeerd en mystisch vers van Jan Luiken, en — helaas heeft hij zijn voorgangers. Toch is het verkeerd. We komen er op terug.

„Opleiding drie jaar".

Onder het opschrift „Vestigingseischen" schreef, naar ik van de hand van dr D. Terlaak Poot lees, het blaadje „De Oogst", een en ander over

e'eni besluit, door zekeren kerkeraadi (welken en waar, dat doet er nu niet toe) genomen ten opzichte van hen, die door den Evangelisatie-arbeid worden toegebracht tot de Keork. Zij moeten zich eerst wenden tot den leider der Evangelisatie, die zich heeft te overtuigen van hun genoegzamen ernst, Vervolg-ens moet deze den naam doorgeven aan den kerkeraad, die dan beslist of en wanneer een proeftijd zal worden begonnen van minstens twee jaar. Twee zaken komen dan aan de orde: onderwijs en toezicht. Het eerste jaar wordt onderwezen de bijbelsche geso'hiedenis; het tweed© jaar gaat 'het om de hoofdzaken der belijdenis; alles onder toezicht van wijkpredikant, wijkouderlingen en Evangelisatieleider, die dan samen een rapport uitbrengen aan den 89 kerkeraad. Daarna komt de 'betrokkene op de „gewone" belijdenisoateohisatie. Het blad nu voelt vragen opkomen: moet alle evangelisatie-arbeid de Kerk als achtergrond (hebben? Is ^e methode voor dit werk: onderwijs en tucht? Moeten degenen, die buiten zijn, worden klaargemaakt als voor een examen?

De redactie zegt dan: „Ieder, die evangeliseert, kan zijn medemensch brengen tot Christus. Isi dit ver genoeg? Neen, zegt de Kerk, deze mensch moet kerkmensch worden; opleiding drie jaar."

„Hier wringt iets", zegt de redactie dan.

Ook dr Terlaak Poot, schrijvende in „Haagsche Kb." (hervormd), oordeelt, dat hier iets wringt. Hij denkt daarbij o.m. aan kerkisme. Ik denk daaraan niet. Ik geloof, dat de schoen wringt in betrekking tot de leer des heils: men denkt zich het werk van den Geest anders, dan het is en zich toonen kan.

Orthodox en vrijzinnig in de Hervormde Kerk.

Het vrijzinnig orgaan „Kerk en Wereld" schrijft onder het hoofd: „een onbeschaamd Rapport":

De KerkeraaJd der Ned. Herv. Gemeente te Amsterdam stelde enige tijd geleden een commissie in ter bestudering van 'het vraagstuk der vrijzinnigen in de gemeente. Veel verwachting omtrent het resultaat van de arbeid dezer commissie hebbea wij nimmer gehad. Daarvoor 'heeft de Amsterdamse Kerkeraad zich al te vaak doen (kennen als een college, dat overtuigd is van de onfeilbaar'heid van eigen inzicht, en heeft hij blijk gegeven anders geaard Christendom ter nauwernood te kennen en zeker niet te kunnen verstaan. Maar bet rapiport, waarvan een gedeelte gepubliceerd werd, overtreft toch in eenzijdigheid en zelfingenomenheid de stoutste verwachtingen.

Velerlei „grond" wordt dan voor dit oordeel aangevoerd; één argument volgt hier:

Het luidt in het rapport: „De Commissie ad hoc was eenstemmig van mening, dat de vrijzinnigen zich gedragen als een groep, die zich opzettelijk aan de wettige leiding in deze gemeente onttrekt, 'haar sam'enkomsten mijdt, en de sacramenten niet begeert of op voorwaaifdc, dat zij zullen worden toegediend door een voorg'anger van „haar richting" ".

Hierop wordt door het vrijzinnige orgaan aldus gereageerd:

Wat een orLbehoorlijke vrijzinnigen! Difficile est satiram non soribere.

Even onlbehoorlijk als de leden der evangelisatie in 'b.v. Naarden, die „zich opzettelijk aan de weittige leiding dezer gemeente onttrekken, 'haar samenkomsten mijden.... enz. enz."

Even onbehoorlijk als de geestverwanten, 'van Ds Hoek (een der commissieleden) in Ermelo, die zich opzettelijk aan de wettige leiding dezer gemeente.. enz. enz.

Even onbehoorlijk als de geestverwanten van meergemelde ethische collega zoriden zijn, wanneer in Amsterdam geen voorganger van „haar richting" zou zijn en zij zich opzettelijk.... enz. enz."

Men zou 'het geschrei der rechterzijde eens moeten 'horen, wanneer in de honderden vrijzinnige gemeenten, waar de rechtzinnigen „zich gedragen als een groep, die zich opzettelijk aan de wettige leiding in deze gemeenten onttrekt, 'haar samenkomsten mijdt, en de sacramenten niet begeert of op voorwaarde, dat zij 'zullen worden toegedien'd door een voorganger van „haar richting", de kerkeraden dezer gemeenten dezelfde 'houding aannam'en, als die te Amsterdam. Toch is dit de logische consequentie van deze 'zinsnede. Dus kerkeraden in Hoorn, Den Helder, Naarden e.t.g. U hebt bij voorbaat de zegen van 'de AmsterdaJmse kerkeraad, wanneer U niet langer sanctioneert de stoutigheden der zich aan uw wettige leiding onttrekkende rechtzinnigen in uw gemeente.

Wij oordeelen natuurlijk niet over gelijk en ongelijk. We wijzen slechts op de moeilijkheden, die ontstaan, als het kerkelijk instituut verbindt wat de Schrift en daarna ten deele óók de eigen overtuiging van de leden scheidt.

Ned. Chr. Persbureau.

Onze reeks van aanhalingen vervolgende, geven we hier door, wat de directeur van het N.C.P., dr v. d, Vaart Smit zelf, geschreven heeft, ter verdediging, let wel, tegen de klacht, dat het wat wonderlijk geloopen was met bepaalde geruchten omtrent zijn bemiddeling (!) tusschen de nationaal-socialistische „rijkskerk", die van de „duitsche christenen", en de belijdeniskerk. Dr v. d. V. S. dan schreef:

„Mijn taak in Duitsohland was het om gegevens te verzamelen betreffende den Duitschen kerkstrijd, mede ook voor den oecumenischen ipers- en berichtendienst te Geneve, die mij verzocht berichten en artikelen hierover ter publicatie in de werel'dpers hem te zenden (een tweetal brieven die mij dit verzoeken zijn in mijn bezit). In den loop van de besprekingen, tot dit doel gevoerd, in welke ik o.a. aan het kerkbestuur te Berlijn de hezwaren kenbaar maakte, die in 'het buitenland bestonden inzake onvrijheid der belijdenis 'en 'de strafmaatregelen tegen predikanten en in welke 'het kerkbestuur verklaarde op beide punten de bestaande hezwaren te kunnen wegnemen, kwam 'het er toe, dat het kerkbestuur (de „kerkregeering") mij; op mijn aanbod om dan bij mijn besprekingen ten behoeve van den vrede werkzaam te zijn, deze bemiddeling opdroeg.

Deze werd 'door mij ook aanvaard, nadat mij gebleken was, idat voorstellen tot wegneming der bestaande ernstige bezwaren, 'bij de kerkregeering principieel toestemming vonden (ik heb dit schriftelijk).

Deze voorstellen, door mij in overleg met de kerkregeering geformuleerd, hadden en hebben tot inhoud, ten eerste dat de belijdenisbeweging in een kerkelijke wet alle waarborgen, die zij wenscht voor de vrijheid der belijdenis belio'hame en dit bij het kerkbestuur iriddene, dat dan tielooft een zoodanig wetsontwerp

met volle sYmpat'hie te ontvangen en te zullen behandelen, en ten tvsreede, dat indien de behandeling 'van dit terkelijik vretsontwerp tot afdoening voert, daarna zonder eenige kleinzieligheid de strafmaatregelen over do predikanten te niet zullen v7orden gedaan...."

„Beide voorstellen heb ik, 'met bewijs van goedkeuring door 'de kerkregeering in bezit."

„Ik meen, dat deze voorstellen mogelijkheden genoeg boden voor de bemiddelingstaak, om principieel en practisch deze taak te kunn'en vervullen."

Even verder:

„Al heb ik vriendelijke brieven van rijksautoriteiten over de bemiddeling ontvangen, het is natuurlijk onjuist, wanneer men schrijft, dat de rijksregeering een „opdracht" gaf, of bemiddelingsbenoeming deed. Het „zetfoutenduiveltje" maakt soms zeer ongelegen van „rijksker'kregeering" „rijksregeering". Maar daartusschen is groot onderscheid. Of ik mijn standpunt als predikant eener belijdende Kerk voldoende in deze bemiddeling tot uiting kon brengen? Ik voor mij kan verklaren, dat ik dat ten volle heb kunnen doen. Te Berlijn is men over mijn standpunt als predikant eener belijdende Kert in geen enkele onzekerheid gebleven...."

Het „Handelsblad" toekende hierbij aan:

Of dr V. d. V. S. zijn standpunt als predikant eener belijdende kerk heeft verzaakt of niet, is een vraag die ons niet in de eerste plaats regardeert. Voor den naam van Nederland achten wij het echter wel heel bedenkelijk, dat een dilettant-journalist, die zich met den titel van „'directeur van het Nederlandsche Ghr. Persbureau" een schijn geeft voor de Nederlandsche journalistiek min of meer representatief te zijn, zich op een dergelijke verwarde en van elk behoorlijk inzicht omtrent eigen positie gespeende wijze in de zaken van een buitenlandsch kerkgenootschap mengt, en zich dus niet tot publicaties in de „wereldpers" ( ? ? ) bepaalt, maar een soort van actief aandeel in het verloop van zaken tracht te verkrijgen.

In elk geval bedanken wij voor een berichtgeving die kennelijk langs allerlei ironlelwegen van bijbedoelingen gaat. Met zulk optreden wordt 'de journalistiek evenmin gediend als eenige Kerk.

De feiten hebben inmiddels wel uitgewezen, hoé het in Duitschland geloopen is met de belofte van wegneming der bezwaren „op beide punten"... We hopen verder te gaan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 december 1939

De Reformatie | 8 Pagina's

PERSSCHOUW

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 december 1939

De Reformatie | 8 Pagina's