GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Joh. C. Francken, Veel vragen, één antwoord, nieuwe bundel. Kampen, J. H. Kok, N.V.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Joh. C. Francken, Veel vragen, één antwoord, nieuwe bundel. Kampen, J. H. Kok, N.V.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bokbespreking

Joh. C. Francken, Veel vragen, één antwoord, nieuwe bundel. Kampen, J. H. Kok, N.V.

We hebben destijds den eersten bundel aangekondigd van de antwoorden, die in de goeie ouwe dagen, vóór dat door zeloten de boel uiteengejaagd was, de heer Francken, destijds bekend uit de „Knapenvergaderingen", en vaak sprekende voor de N.C.R.V., thans overleden, op gestelde vragen gaf voor de microfoon van de Ned. Chr. Radio Ver.; hij leidde daar een „vragenuurtje". Allerlei „kwesties" worden lederen man, - die zich voor zulk een waagstuk geeft, gesteld; en antwoorden móet hij; evenals een kommentator over een tekst tenslotte altijd iets zeggen móet. Den heer Francken is meermalen verweten, en dat verwijt kwam juist van den kant dergenen, die vandaag de synodo-

cratische gemeenschap probeeren te doen zwenken naar links of te infiltreeren, dat hij veel te veel „wist"; hetzelfde verwijt kreieg uit denzelfden hoek ondergeteekende, toen hij over den hemel dacht te „weten" wat de b ij b e 1 ervan zegt. Tegenwoordig denken velen, dat je, als je den bijbel naspreekt, en dan zegt: ik „weet" dit, daarmee verklaart, dat je het zelf bedacht hebt. De heer Francken heeft zich niet gestoord aan de critiek, die destijds ook de N.C.R.V. probeerde te uitimideeren: hij was den critici natuurlijk te positief-gereformeerd, en dan gooien ze het over dien anderen boeg; dat is nog altijd zoo, ook inzake de pogingen om de N.C.R.V. te ontdoen van werkelijk gereformeerde sprekers.

Dat de heer F. niet wel eens te veel „wist", d.w.z. antwoorden gaf, waarvan een gereformeerd voorganger zou zeggen: ja maar, nu vergeet u dit of dat — och, wie zal het ontkennen? Doe het maar eens na, zoo'n vragenuurtje, en krijg maar eens al die briefjes. Toch mocht ik hem: ik zie hem nog zitten in zijn stoel vóór de microfoon, bezig te spreken: destijds kón dat in de oude studio van de N.C.R.V.: de heer Francken was bezig; ik zelf moest na hem in het kamertje, en door de matglazendeur zag ik hem zitten: gesticuJeerend voor het stomme ding: geen bewijs voor de noodzaak van een testproof, doch alleen maar een teeken daarvan, dat hij blijkbaar improviseerde, en nu zich zóó concentreerde, dat hij, met de oogen dicht (vermoed ik, ik keek hem op den rug) door het onderwerp zelf gegrepen werd; dan komen die gebaartjes vanzelf, óók voor een microfoon. Ik kreeg respect voor den man-met-het-groote-geduld; en ik weet, dat zulke typen de N.C.R.V. op gang gebracht hebben, en dat ze haar „C." pas behouden kan, als ze dergelijke typen in eere houdt, en al die twijfelbibberstemmen of orakelsprekers van barthlaansche niet-weters van dialectische professie laat waar ze zijn.

Deze 2e bundel is uitgegeven door den zoon. T? recht verdedigt hij zijn vader tegen het verwijt van „alles weten". Alles en nog wat komt in dezen bundel ter sprake, eenige orde is aangebracht door de onderwerpen te rubriceeren.

Als men rekening houdt met de omstandigheden, waaronder schrijver werkte, en de capaciteit van zijn biblotheek, en verder waardeering kan hebben, zooals dat moet, voor een mentaliteit als die van de goedbedoelende werkers in zijn tijd, die maar al te snel aan 't verdwijnen is, en voorts exegetische moeilijkheden niet opgelost acht — wat schr. ook volstrekt niet praetendeert, dan kan een eenvoudige-van-hart er nog veel goeds in vinden.

„Eenvoudig van hart" is hier niet bedoeld in armoedigen zin; de lezer zal bemerkt hebben dat er een beetje heimwee in deze aankondiging zit. K. S.

Ds M. E. Voila, Peper en Zout. J. H. Kok. N.V., Kampen.

Een boek van een dominee. Over de — volgens handomslag — „wankele schreden op het ambtelijke pad". Met het aroma van wat dezelfde tekst noemt: „sprankelende humor". Herdrukken uit een weekblad, dat blijkbaar zonder eenigen humor, maar in doodelijken ernst, mogen we de zoutende artikelen gelooven, verdedigt, dat wij allemaal groote zonde doen, als wij niet de belofte afleggen, die in 1944 geëischt is, en toch ouderling, diaken, dominee durven wezen,

i Wie bij zoo'n blad betrokken is, neemt zoo iets als vacantie, wanneer hij peper en zout strooit over alles en nog wat. Zout over de oogen, waar peper in ge-Worpen is; peper over de klacht, dat het zout smakeloos gewerden was. De auteur heeft zijn zóó begrepen vacantie-nemen dan ook merkbaar gemaakt, door — zoover ik naging — elke zinspeling op 1944 te vermijden.

. U vindt dat werken, hierboven, met het peper-eiizout-motief niet humoristisch genoeg? Ik ook niet. Maar ik begrijp niet de teekening, op den bandomglag. Ik dacht, dat „peper en zout" bedoeld waren 3.1s Ingrediënten bij een m a a 11 ij d. Bij de hand, als je, zonder toga, zit aan een tafel. Maar de teekenaar laat ons een dominee-in-toga zien, niet zittende, doch Staande, en peper en zout strooiende op de denkbeeldige plaats waar de bijbel, op zijn lessenaar moet liggen. Of strooit hij soms peper en zout zoo maar op iien grond? Allicht heeft hij dan nog gelijk ook; — iaie teekenaar, bedoel ik natuurUjk.

i Men kan den auteur de gemoedelijkheid aanzien. Desondanks ook de wézenlijke ongenaakbaarheid. Die combinatie komt vaker voor dan men denkt: getempereerde ivarmte bij innerlijke kou. Je weet nooit heelemaal wat de menschen, die a 11 ij d vroolijk spreken, nu eigen-J ij k willen. Zoo weet je niet, of deze auteur, bl. 111, het „evangelisatie-centrum" nu in de maling neemt, of niet. Vermoedelijk niet; evenmin als zijn opmerking, ^at het in den term „gemeene gratie" er maar aan Ugt wat je onder „gemeen" verstaat, iets zal willen Zéggen over het „probleem" der gemeene gratie. Op een vraagstuk ziet men den auteur nooit pet)er en zout werpen; dat doet hij, geloof ik, alleen maar over de debatten.

: Overigens: er zijn mooie stukjes bij. Sela. Het laatste.

Maar mijn bezwaar is, dat je niet den humor proeft van een profeet in smarten. Ik mis hier de nabijheid van den lijder; niet die van den jonker.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 september 1950

De Reformatie | 8 Pagina's

Joh. C. Francken, Veel vragen, één antwoord, nieuwe bundel. Kampen, J. H. Kok, N.V.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 september 1950

De Reformatie | 8 Pagina's