GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

U krijgt uw reisbiljet op den dag van vertrek

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

U krijgt uw reisbiljet op den dag van vertrek

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Toen ik een kind was heb ik eens een gesprek aangehoord van twee oude mannetjes. Hannes heette de een. En de ander was Jan. Hannes „had er kennis aan" en Jan , , stond nog van verre". Het gesprek was begonnen met de vraag van Hannes aan Jan of deze laatste bereid was te sterven. Dat vond Hannes, geloof ik, de meest geestelijke vraag, die men iemand zoo stellen kon. Zooals voor vele menschen een , , mool" sterfbed het voornaamste stuk der dankbaarheid schijnt te zijn. Als je je de situatie indenkt was de vraag eer geestig dan geestelijk: zoo een oud baasje, dat nog maar wat 'n genot aan zijn pijpje had op het lijf te vallen met de vraag of hij bereid was om te sterven? Zooveel weet ik me er nog van te herinneren, dat de oude Jan, die toch wel den HEERE vreesde, niet zoo erg vlot met zijn antwoord voor den dag kwam. En dat die geringe vaardigheid van tong op dat oogenblik hem ook kennelijk drukte. Zóó kennelijk, dat het mij — zoo klein als ik nog was — aangreep: Jantje is er niet klaar voor! Overigens herinner ik mij van het gesprek niet veel meer. Alleen het antwoord, dat een Oom op Hénnes' vraag gaf. Die Oom was in zijn soort een wijs man. Een, die niet alles zei wat hij wist, maar die altijd wist wat hij zei. En hij troostte Jantje met te zeggen: „Die jongen van me moet over veertien dagen naar Amsterdam. Als hij vandaag om het reisgeld zeurde, kreeg-ie een draai om zijn ooren. Maar over veertien dagen ligt 's morgens zijn reisgeld bij zijn bordje klaar. Daar ben ik zijn vader voor. En nou hoop ik, Jantje, dat je me begrepen hebt."

Dat had Jantje.

En dat had ik ook.

Dat antwoord is me bijgebleven.

En ik moet er aan denken, zoo vaak ik menschen ontmoet, die bezorgd zijn tegen den dag van morgen, omdat ze vandaag niet geloof oefenen, dat zij een Vader in de hemelen hebben.

IJdele zorg!

Wat doet ze vaak van 't heilspoor dwalen!

God geeft alles op tijd.

Genade om te leven als we leven moeten.

Genade om te sterven als we sterven moeten.

En met iedere beproeving geeft Hij de uitkomst: opdat gij het kunt verdragen (1 Cor. 10).

Laat het maar aan Hem over.

Ge krijgt uw reisbiljet op den dag van vertrek. Om het even of de reis gaat naar de operatietafel of dat ge moet afreizen naar het land waar niemand meer zal zeggen: „Ik ben ziek".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 7 april 1951

De Reformatie | 8 Pagina's

U krijgt uw reisbiljet op den dag van vertrek

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 7 april 1951

De Reformatie | 8 Pagina's