GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1971 - pagina 71

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1971 - pagina 71

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

MIJ ZIT OP KAMER tb Hij zit op kamer 16, dat had de bezoeker goed onthouden. Hij moest de heer H. Rudolphi, het hoofd van de afdeling Landelijke Organisatie, hebben. Kamer 16 in het nieuwe hoofdgebouw van de VU, hij had het nummer voor de zekerheid opgeschreven. Maar hij had niét onthouden en ook niet opgeschreven het cijfer en de letter die vóór de 16 van die kamer horen te staan. Het échte kamernummer is namelijk: 1 D-16. Die 1 slaat op de eerste verdieping en die D op vleugel D van het gebouw. Anders raak je in de war met de zestien maal zestien en nog eens drie maal zestien kamers die nummer 16 hebben: op elk van de zestien verdiepingen van het 65 meter hoge hoofdgebouw vind je er een, en dan nog een op elk van de drie verdiepingen van de drie vleugels . . . Je had natuurlijk ook kunnen doornummeren, maar dan kreeg je zulke astronomische kamernummers, — en dit gebouw is tóch al niet vrij van astronomische getallen (aan het slot van dit verhaal komen er een paar van). Hoe 'het met die meneer, op zoek naar de heer Rudolphi, is afgelopen? Hij heeft er, gerekend van het moment af dat hij zijn auto bij de VU parkeerde, een vol uur over gedaan

Hoofdgebouw

om zijn gastheer te bereiken, maar had hij ook een zware mist tegen en is op het bouwterrein een paar maal tegen een verkeerd gebouw aangelopen. Ik kende deze geschiedenis en voordat ik koers zette naar het nieuwe hoofdgebouw, had ik me nauwkeurig laten voorlichten over kamernummers en vleugels. Niettemin dwaalde ook ik, zij het beduidend korter, want ik vergat de aanwijzingen toen ik opeens een bordje zag: ingang hoofdgebouw. Tot dusver had ik nauwkeurig de onduidelijke straatjes die tussen allerlei bouwketen doorlopen, gevonden en gevolgd en me niet laten afleiden door welke indrukwekkende hijskraan ook, maar dat bord deed opeens erg vertrouwd aan, vooral omdat daarnaast een paar affiches aangeplakt waren: een oude, van een uitvoering van de Johannes Passion, en een nieuwere die opriep tot bevrijding van onderdrukten. Nu kon 't niet meer missen, religieuze inspiratie en maatschappelijk engagement . . . Dapper beklom ik de stoep, waarvan het beton nog maar net droog was, de plank over de treden was nog niet weggehaald. Direct achter de onaffe entree trof ik twee kant en klare draaideuren aan en daarachter een hal, compleet met portiersloge. Waar vind ik de heer Rudolphi? Er

ging een indrukwekkend boekwerk open . . . k a m e r . . . Ja, ja, dat wist ik, maar waar was nou die kamer? Ik wachtte gespannen af, omdat volgens een hardnekkig verhaal, daterend uit de periode dat de hoofdgebouwin-aanbouw nog maar net betrokken was, men je prima kon vertellen welk kamernummer die of deze had, maar dat je dan vooral niet verder moest vragen en informeren hoe je daar kwam, want zover reikten de instructies niet. . .! Kennelijk was de pionierstijd achter de rug, ik kreeg tenminst prompt te horen dat ik de draaideuren weer uit moest, de stoep weer af en dan zus en dan zo . . . Opwindend Even later ben ik dan in kamer 1 D16: een vertrek van prettige afmetingen, uitgevoerd in wat je zou kunnen aanduiden als volstrekt bescheiden, niet opdringerige grijzige en bruinige tinten. Het plafond is nog niet af, je ziet buizen van de verwarming en de luchtverversing. Wat dit laatste betreft, ramen open doen is er hier niet bij, dat kan niet. Alles is airconditioned. En wat de ruiten betreft, er zijn drie lagen glas, je hoort als 't goed is geen vliegtuig en geen auto. De ramen vormen trouwens helemaal een opwindende zaak, want later, als ik met de heer Rudolphi op weg ben uit de D-vleugel naar het hoge gebouw, doen we de heer B. van Kaam (man van het aanstaande VU-magazine) aan. Hij demonstreert meteen dat als je op een knopje in de omgeving van het raam drukt, er plechtig een gordijn naar boven komt. Helemaal adembenemend moet de gordijnentoestand voor de portier zijn, want als zijn machtige arm dat wil, gaan overal in het gebouw de gordijnen omhoog. Of in een deel van het gebouw, — en als 't straks zomer is zal de dienstdoende portier voor dag en dauw de gordijnen in de oostelijke vleugel neerlaten, zodat de daar arbeidende VU-mensen bij hun komst een koel vertrek aantreffen. En de geraniumpotten gebroken op de grond, vult Ben van Kaam somber aan. Maar dat risico blijkt slechts in enkele kamers te bestaan. Later lees ik in een ernstig geschrift: de zonwering is aangebracht tussen de dubbele ramen en is VU-BLAD

19

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1971

VU-Blad | 101 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1971 - pagina 71

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1971

VU-Blad | 101 Pagina's