GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 398

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 398

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

• Een andere consequentie van het accent op de promotorrol is dat van een wisselwerking tussen bestuur en bestuurden op gemeentelijk niveau weinig terechtkomt. De democratie staat er op een laag pitje want beide 'partijen' zijn het er over eens dat de gemeente moet worden opgestoten in de vaart der volkeren. Wat zul je dan nog meepraten. 'Het is daarom wel verklaarbaar dat de gemeentenaren, raadsleden en wethouders in 'normale' omstandigheden vrede hebben met het (...) eenrichtingsverkeer tussen 'top' en 'basis'. Het illustreert de bescheiden betekenis van de gemeentelijke democratie'. VU-magazine vroeg dr. Faber of de wens naar een burgemeester die zich meer als eerste burger zou opstellen en het gesignaleerde gebrek aan gemeentelijke democratie niet wees in de richting van een gekozen

burgemeester. Dr. Faber vroeg zich af, of de massa's burgers die van het bestuur zijn vervreemd geraakt, die onbekend zijn met het 'officiële, bureaucratische dieventaaltje', er nu wel mee zouden zijn gediend.wanneer ze hun burgemeester in het vervolg rechtstreeks zouden gaan kiezen. 'Je kunt de burgers wel allerlei werktuigen in handen geven door bijvoorbeeld een ombudsman in te stellen, door openbaarheid te betrachten, door middel van sociale raadslieden of wijkraden. Ze hebben echter naar mijn mening tevens recht op een bestuurder die macht heeft en dan niet alleen lokaal, maar ook in de bureaucratie. Een door de burgers gekozen burgemeester loopt alle kans door de bureaucratie te worden 'kalt gestellt', wanneer hij niet tot die wereld behoort, is hij zijn invloed daar kwijt'. Overigens deed dr. Faber wel de suggestie de gemeenteraad in de toekomst een beslissende stem te geven

bij benoemingen en ontslagen van burgemeesters (een door de raad ontslagen burgemeester zou, volgens deze suggestie, recht moeten hebben op een passende rijksfunctie). Hij hoopte dat door zo'n procedure het type van de carrière-burgemeester zou kunnen worden ingeperkt. Immers, zo luidde zijn redenering, de carrière-burgemeester begint in een kleine gemeente en streeft naar een steeds grotere. Hij zal bij het bewandelen van die loopbaan geneigd zijn zich vooral te laten leiden door de in de bureaucratie aanvaarde normen. Krijgt de raad een belangrijke stem, dan zal dit mechanisme veel minder werkzaam zijn of geheel verdwijnen. De door dr. Faber gewenst geachte accentverschuiving naar het 'eerste-burgerschap' zou pas ten volle kunnen worden gerealiseerd wanneer gewestvorming tot stand zal zijn gekomen. Deze voorziet immers in een splitsing van taken, waarbij 'ordenende' VAktVi bij het gewest zouden toevallen en taken van 'klein bestuur' bij de gemeenten zouden blijven. Aan de promotor in de burgemeester zou dan enigermate de wind uit de zeilen worden genomen. Dr. Faber zag bovendien dat tussen bestuur en bestuurden een wisselwerking op gang zou kunnen komen op gewestelijk niveau. Vraag: waarom verwacht dr. Faber dat er op gewestelijk niveau wel een wisselwerking zal ontstaan, terwijl die in de gemeente, dus 'dichter bij huis', op een laag pitje staat?

Zwembad Bij het beantwoorden van de vraag legde dr. Faber allereerst nog eens uit dat de democratie in de gemeente vooral wordt tegengewerkt door het feit dat tussen burgemeester en gemeentenaren overeenstemming bestaat over wat goed is voor de gemeente. ''Nu zeg ik: breng die democratische besluitvorming naar de gewesten. Want daar worden de prioriteiten gesteld. Daar wordt uitgemaakt in welke plaatsen een overdekt zwembad - ik noem maar wat - zal komen. Aan het hoofd van het gewest staat een rechtstreeks gekozen gewestraad waar over de vestiging van zo'n zwembad kan worden beraadslaagd; moet hij in A komen of in B. Op die manier komen de zaken in de publieke kijker, terwijl het er nu op neer komt dat er op een gegeven moment een loket opengaat en dat wie aan de beurt is, zijn zin krijgt. Het komt er op neer dat het demqcratisch gebeuren wordt aangepast aan de schaalvergroting die we hebben gehad. Bovendien zal de doelmatigheid ermee worden bevorderd: ik heb geen relatie kunnen ontdekken tussen de mate waarin een burgemeester zich uitslooft om zaken voor zijn gemeente gedaan te krijgen en wat er tenslotte uit de bus komt. In feite wordt in de boven-gemeentelijke bureaucratie uitgemaakt wat er in de gemeenten gebeurt. Dan vind ik, dat daar ook de democratische controle moet liggen.' 12

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 398

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's