Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 21
21 De aangehaalde voorbeelden mogen volstaan om de wederzijdsche afhankelijkheid v a n Israëlietische oudheidkunde en archaeologia beidevoorgrootste datsacra toe te lichten. dentheoloog enbelang.hijdenDeze afhankelijkheidvoorde ...
Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 22
22 samenwerking stellingalsU w e r colleges w e r d verblijd m e t eene aanlectorinhetHebreeuwschen de bijbelschearchaeologie. I k waardeerde dat voorrecht temeer, w a a r ik voor U een onbekende w a s , w i e n s wetenschappelijkwer ...
Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 23
23 mij doen terugschrikken. degulheid,waarmedeMaar tegelijkertijd bemoedigt mij G e mij in U w e n kring hebt opgenomen, de ingenomenheid, w a a r m e d e G e mijne benoeming hebt begroet. schonkenMogemijnuen steeds kracht worden ge ...
Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 24
24 willen arbeiden, zes jaren, die tot de allergewichtigste van mijn leven behooren. En toen mijn studietijd aan de Theo logische School ten einde spoedde, hebt Ge mij onvermoeid het Excelsior toegeroepen, m e t raad en daad mij steunende. MogeonzeGod het U g e v e n tot in lengte ...
Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 25
25 wetenschap bloeienenmeenop t e merken.wortelenenvruchtDie liefde bij U te zien dragenzal mij steeds degrootste voldoening schenken. Doch ook w a a r u w e weten schappelijkesympathienuitstrekken,zalstel ...
Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 26
AANTEEKENINGEN. 1) Wageningen, Nederbragt & Co., voorheen „Vada", 1904. 2) B o n a v e n t u r a daica,tamCorneliusBertramus,De Politia Ju-civili quam ecclesiastica, secunda editio. Genevae,apud Eustathium Vignon, 1580. — Aangaande R h o a l d u s zie ...
Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 27
Tegenover hen, die zich hierover bezwaard mochten gevoelen, beroept hij zich op het voorbeeld van C a l v i j n ,waarbij hijvermoedelijk op diens evangeliën-harmonie het oog heeft. 8) B. C. B e r t r a m u s , commentarioque ab O p p i j c k .De República Ebraeorum,ill ...
Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 28
Leipzig,BaumgärtnerscheBuchhandlung,1823- 1831.ZieEinleitung I V . 17) J. M. A u g u s t i n S c h o l z , Handbuch der bibl. Archäologie; Bonn, Adolphe Marcus; Wien, Carl Gerold, 1884. Zie § 4—8. 18) Jo. H e n r . P a r e a u , Antiquitas hebraicabreviter discr ...
Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 29
28) De W e t t e - R e a b i g e r , Arch. bl. 1. 29) Zoo las in 1571 A z a r j a de R o s s i , Meor Enajim, cap. 56, geciteerd door M. A . L e v y op bl. 4 van zijne „Geschichte der Jüdischen Münzen", Leipzig, Nies'sche Buchdr. 1862. 30) Dat de afkortingen zijn op te vatten,2V, W, IV, n; ...
Israëlitische Oudheidkunde en Archaeologia Sacra - pagina 30
31 zijn heele en halve sikkelen, terwijl in den Perzischen tijd de sikkel in drieën werd gedeeld. Zie Neh. 10:33 (St. Vert. vers 32). 36) Het komt hiervoornamelijk aan op de quaestie, welkeaera bedoeld is met de bovenvermelde aanduidingen2Vienz. Plaatst men de sikkelen ...