De ethiek in de gereformeerde theologie - pagina 58
56 mochten besteden, dan ze uit te putten voor minder noodzakelijke dingen, i) Deze klacht teekent den stand van de beoefening der practische ethiek ten onzent in 1698; zij was in haar schoone ontwikkeling gestoord. Het eenige belangrijke werk op ons gebied in Voetiaanschen geest, hoewel door zij ...
De ethiek in de gereformeerde theologie - pagina 60
58 affecten doortoe.denterwijlIneenouderenzelfdengeest werd ten onzent de ethiek beoefendVITRINGA ^), SALOMONde irenische WITSIUS,VAN T I L L -), DRIESSEN '^),die tusschen Voetianen en Coccejanen hadtrachte ...