1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 31
23 dat er een zeker verband zou bestaan tusschen bepaalde aardformaties en bepaalde dierengroepen, maar hij meent, dat dergelijke dierengroepen veel meer naast elkaar dan na elkaar geleefd hebben. Zoo zegt hij b.v. dat niemand kan bewijzen, waarom met tegelijkertijd de tribolieten in de zee en de ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 32
24 zijn te eng dan dat men zou kunnen aannemen, dat de specialisatie na de catastrophe zich binnen die grenzen zou hebbed afgespeeld. Daarom neemt hij aan dat de families geschapen zijn en daarbinnen nog nieuwe soorten door adaptatie aan veranderde leefwijze en klimatologische toestanden ontstaan ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 33
Waar begint het immaterieele bij dier en mensch? door Dr, G, F. GEZELLE MEERBURG. Onder invloed van het werk van Kepler, Galileï, Newton in de ]6e en 17e eeuw was de filosofie na de renaissance niet ontsnapt aan de greep der mathematische wereldbeschouwing. Astronomische en physische problemen wa ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 34
26 Het bestaan van een ziel werd niet ontkend, maar deze kon niet anders gedacht worden, dan naast den gesloten keten van veranderingen, welke ons lichaam ondergaat. Zoo is in de natuurfilosofie de diepe oorzaak te zoeken van het parallelisme tusschen de physische en de psychische verschijnselen, ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 35
27 stel hangt af van mij; het objekt wordt door het voorstellende subject gezien, gehoord, getast, maar deze kwaliteiten zijn afkomstig van het subjekt; het objekt zelf blijft dus aan het subjekt onbekend. Zoo benadert de realist den idealist, beiden kenmerken zich daardoor, dat zij het objekt lo ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 36
28 omringt. Het heeft dus voor den realist geene beteekenis een parallelisme te vooronderstellen. Toch zijn beiden, én de idealist én de realist voldoende praktisch realist om ziel en lichaam te onderscheiden, om beide te erkennen, in de psychische processen aequivalent te denken aan de beweging ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 37
29 bewaard. Het is wel moeilijk denkbaar, want dan zou ook het anatomisch substraat van de geheele garderobe van mijn vriend in mijn schorscellen te vinden zijn. De parallelist kan het zich toch niet anders denken, die herinneringsbeelden liggen daar als het phonogram op de phonographische plaat, ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 38
30 Hier was immers keus, keus om al of niet te doen, terwijl bij da physische verschijnselen geen keus is, geen keus kan zijn, en ook geen wanorde kan wezen. Wij moeten dus wel een plaats opeischen voor het ingrijpen van de wil, voor de handelingen van dier en mensch; er blijft voor den mensch ee ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 39
31 waarvan de eigenschappen zijn, voelen, tasten, zien, hooren, begeeren, vreezen, denken. (Spruyt). Beide werelden bestaan naast elkander. Het is duidelijk, dat met het inhalen van het mechanistisch principe in de wereld der verschijnselen, van de levende natuur de prikkel tot onderzoelc is gege ...
1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 40
32 tische handelingen, toch ook van de handelingen van den mensch, welke voor ons geheel het cachet van vrije wils-handelingen dragen. Wij zullen daarom eerst eens enkele gecompliceerde handelinge bekijken, welke zeker automatisch verloopen, dus waarbij het bewustzijn geen rol speelt. Zou dit wel ...