Studentenalmanak 1901 - pagina 151
147onder een beduimelde bundel „Sankey's liederen" en een hon-derdtal traktaatjes. Deze zijn behalve den ouden versletenhuisbijbel zijn troosters na den vermoeienden dagelijkschenarbeid. Nooit mogen deze zijne schatten door de schennende ...
Studentenalmanak 1901 - pagina 152
148vierkante tegels, leidt regelrecht van den ingang naar hetdoophek. Och, tien, twaalf schreden is 't maar en ge staatvoor 't hekje, waarbinnen in de rondte een bank is aan-gebracht voor de ambtsdragers, rechts van 't vierkant een e ...
Studentenalmanak 1901 - pagina 153
149kijkt uit den achterzak in de slip van zijn lange zwarte jas.Vlak voor den preekstoel staat hij stil, ontbloot het hoofden met de pet in de gevouwen handen op de borst, metden rug naar de gemeente, diep gebogen bidt hij . . . . ...
Studentenalmanak 1901 - pagina 154
I50 zusters in bijzonderheden, alsof de Heere 't nog niet wist en ingelicht moest worden, geen glimlach plooit er die verweerde trekken, maar diepe ernst zetelt op aller gelaat. Nog een versje, terwijl de zakjes rondgaan en . . . ...
Studentenalmanak 1901 - pagina 155
ï5i is verre van algemeen. De zesdaagsche arbeid, de drukkende hitte in 't kleine gebouwtje en 't eentonige van den sprekerhebben maar al te zeer hun invloed doen gevoelen. Zelfs Kareltje „die nou eens goed zou luisteren voor de lol" is ...
Studentenalmanak 1901 - pagina 156
152't boek weer met moeite wringend in den nauwen zak enmet de handen weer van achteren onder de jas, verlaat hijijlings de broeders, die nog een poosje blijven praten. 't Heeft zijn bijzondere reden dat Kobus zich hede ...
Studentenalmanak 1901 - pagina 157
153niet vervaard. Zijn zondagsschool opgeven, dat nooit, diebezit de liefde zijner ziel, ze is zijn oogappel, kom daarniet aan of 't lam wordt een wolf Kobus heeft, wat zijn zondagsschool betreft „z'n spuUekeswel in order." ...
Studentenalmanak 1901 - pagina 158
154 't Is wel op sommige plaatsen wat uitgegaan en gevlakt,maar toch weer zoo goed mogelijk bijgewerkt en dekinderen kennen 't allen zonder uitzondering en zingen hetzelfs bij hun spelen. Een tiental lage banken op een rij ge ...
Studentenalmanak 1901 - pagina 159
155En op het ontkennend antwoord van den „meneer uut degroote £tad", heeft hij voor goed zijn illusie begraven enin stilte er om getreurd, en het tafeltje bleef leeg. Maar sla nu uw blik eens om u heen, bezie de wandeneens: d ...
Studentenalmanak 1901 - pagina 160
156 Ieder weet zijn plaats en zit spoedig, maar toch is 't nogeen gewremel van de kleine bovenlijfjes heen en weer, eengebrom en gegons zonder einde. Eenige vrouwen en een paar „jongkèrels" zoeken deopengelaten plaatsen achte ...