Geen plaats,
(Kerstmis); 't. Is zoo vol in Bethlehem.Zelfs de herberg heeft geen voet grond vrij.In het open middenvak staan de rijdieren aan palen gebonden.Onder de overdekte galerijen, langs de Kanten, slapen de moede vreemdelingen, dicht o^pj elkaar, de eene slaapmat vlak' tegen ...
Looft den HEERE.
Deze Psalm werd gezongen als afsoheidslied, wanneer de pelgrims, na de groote feesten, Jerusalem verlieten.Zij waren nog getuigen geweest bij het laatste. avondoffer.Niet zonder weemoed maakten zij' zich gereed om te scheiden van de heilige plaatsen.Groepen feestgangers tretó ...
Geene verfloemenis — voor wie ?
Rora. 8:1.Er is geene verdoemenis voor degenen, die in Christus Jezus zijn.Dat heeft Paulus met klefin betoogd.Maar hij voegt er nog 'iets bij.En daarvan mogen we ons wel ernstig rekenschap, geven, opdat we niet v^alschelijk gerust zouden zijn en op een droggrond ons z ...
Geene Verdoemenis — voor wie?
1. De apos-tel Paulus juicht roemend: Zoo is erdan nu geene verdoemenis. Hij roemt aldus echter niet alleen voor zichzelf, hij sluit ook anderen daarbij in.Wie zijn dat? Paulus noemt tweeërlei kenmerk van 'degenen, die in zoo groot voorrecht mo ...
Geene Verdoemenis
Rom. 8:1. - Romeinen acht is een bergtop. Daar ademt een verloste ziel in de hoogere sferen der Godsgemeenschap en der liefde van Christus.Nabij den hemel gekomen roemt Paulus in de zaligheid der verzekering vaai het eeuwige leven.Zijn roemtaal is een ...
Reiniging.
Deze hope.Dat is de geloofsverwachting van den Christen eenmaal God te zullen zien gelijk Hiji is, en Hem dan gelijk te zullen wezen; het uitzien van Gods kind naar den dag der eeuwigheid, waarin der Heere al Zijne deugden op het rijkst zal te aanschouwen geven, en in den verlosten mensch ...
Wij zullen Hem zien:
„Wij zullen Hem gelijk wezen; want wij zullen Hem zien"....Eigenaardige gedachte.Het aanschouwen van God zal tot gevolg hebben, dat wij Gode gaan gelijken. Door het zien van , 'God' woTden Zijne trekk«n op ons overgebracht. , , Wij zullen Hem gelijk wezen; want wij zullen Hem zien." ...
Wat het voornaamste is.
, , Wat wij zijn zullen."De apostel doelt met deze woorden op de toekomstige heerlijkheid van de kinderen Gods; het volle hemelleven in den staat der volmaaktheid; de zaligheid, die Goid bereid heeft dien die Hem liefhebben; wanneer de dood volkomen zal verslonden zijn tot overwinning, en ...
Onkunde der wereld.
Hem niet kent. 1 - Joh. 3: Ib. „Cmdat zij Hem niet kent".Men neme dit woord niet maar iti 't alge-meen.•^doch in die eigenaardige beteekenis, die het verkrijgt in samenhang met het onmiddellijk voorafgaande: „Ziet hoe groote liefde"De apostel heeft gesproken over de gadelooze ...
De oorsprong van het kindschap Gods.
„Dat wij kinderen Gods genaamd worden" — welk een rijk voorrecht wordt in dit woord aangegeven.Kinderen des toorns zijn wij van nature; aan allerhande ellendigheid, ja aan de verdo'emenis zelve onderworpen. Van den hemelschen Vader maakten wij door moedwillige ongehoorzaamheid ons los, en ...