Volkenrecht - pagina 152
142„Het ligt in den titel van Napoleon III. „Het ligt in de verklaring van den aanstaanden Keizer. „„Le peuple satisfait son juste orgueil, par ce que, relevant avec liberté et avec reflexion ce qu'il y a trente sept ans l'Europe entiere avail renversépar la force des armes, au milieu des ...
Volkenrecht - pagina 142
13266). Over de zaak van den Keurvorst van Trier handelt von Gentz, t. a. p., bl. 95—97. Als de Fransche Regeering bezwaar maakte tegen de houding des Keurvorsten ten opzichte van de op zijn gebied uitgewekenen, waagde hij het aanvankelijk, zonder ooit te erkennen, dat hij tot eene werkeli ...
Volkenrecht - pagina 157
H1 buitengemeene schranderheid aan eene in die dagen voorzeker zeldzame, vrijmoedigheid gepaard i s . . . . Misschien is er nauwelijks een tweede voorbeeld van een dergelijke zoo lang volgehouden betrekking. De verzameling is een schatkamer van staatkundige wijsheid;" enz.. In den aanhef der Nota ...
Volkenrecht - pagina 147
137 beoogde uit de Republiek te halen wat mogelijk was. Om daaraan te ontkomen, werd — o, gansch vrijwillig! — tot de aansluiting besloten. 114) De Broglie, t. a. p., bl. XVI/VII. 115) Zie Pierantoni, t. a. p., bl. 37, waar men leest, dat Napoleon in 1809 verklaarde Toscane met het Keizerrijk ver ...
Volkenrecht - pagina 148
138standnisse entscheiden" zouden. Aldus niet cene dier Mogendheden afzonderlijk. In die overeenkomst lag, merkt von Gerlach, t. a. p., bl. lo, op, geene poging van die Mogendheden om de beslissing aan zich te trekken, met uitsluiting van den Bond. Wat in strijd ware geweest met het recht ...
Volkenrecht - pagina 165
i^S;311) Zur Interventions-Lekre (1879) 312) Zoo schrijft Thorbecke, Over de verandering van het Algemeen Statenstelsel van Europa, bl. 62 en volgg., met betrekking tot de eerste coalitie tegen het revolutionaire Frankrijk: „Wat toch was het, dat Pruissen en Oostenrijk aan de overige Rijke ...
Volkenrecht - pagina 138
128latere tijdperken, zeer ten gunste van de tegenwoordige tijden uitkomen." (Handd. 1856/57, II, bl. 394) De opzet dezer rekening is eeuigszins eigenaardig. Groen van Prinsterer, haar vermeldende, teekent dan ook daarbij aan: „Het zij mij vergund dit te betwijfelen, wanneer ik aan de oorl ...
Volkenrecht - pagina 140
i3Öklaren eiken ambtenaar, elk Franschman, die regtstreeks of middellijk eenig deel mogt nemen... aan zoodanig eene overeenkomst met de onteigende Vorsten, welke zou strekken om hun op het Fransche gebied eenige der door de vorige Nationale Vergadering afgeschafte regten te hergeven." Welk ...
Volkenrecht - pagina 151
Hi „Men zal met omzigtigheid, ter voorbereiding, waar het onvermijdelijk mogt worden, van krachtbetoon, te werk gaan. „Geen oorlog, geen interventie, geen weigering van verstandhouding en bond' genootschap, ook met het Keizerlijke gouvernement. Immers moet op den aard en het wezen van hetgeen pla ...
Volkenrecht - pagina 156
146 202) Zie Groen van Prinsterer, t. a. p., 2de serie, dl. II, bl. if. 203) Zie Groen van Prinsterer, t. a. p., 2de serie, dl. II, bl. 58. 204) Zie Das neue Deutsche Reich, 2de dr., bl. 25. Ook wordt daar gezegd dat, terwijl men in i860 in geheel Duitschland met dwaze opgewondenheid voor de aans ...