GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Uii de Bpoedepgemeente.

Zij, die de Broedergemeente als zendingsgeaeente liefhebben, zullen zich er wel over bedroeven dat zij in hare jongste Synodale vergadering met meerderheid van stemmen, beslist partij gekozen heeft voor de moderne theologie.

De volgende verklaring werd afgelegd, die wel vroom in den aanvang klinkt, maar waarbij een adder onder het gras schuilt. De verklaring luidt aldus: »Als eene getuigenis en als eene belofte spreekt de Synode het in naam van de Duitsche Unie der Broeders uit, dat zij niets weet en niets weten wil als alleen Christus, de gekruisigde, die ons van God gemaakt is tot wijsheid, gerechtigheid, heiligmaking en verlossing, gelijk Hem de Heilige schrift ons voor oogen stelt. De Christus der schrift is en blijft ons de weg, de waarheid en het leven, en ons is geen anderen naam gegeven waardoor wij kunnen zalig worden. Hij alleen is onze Heer en herder en meester; geen anderen willen wij behooren, en juist de persoonlijke toeeigening van het ons in Christus gegeven heil is het, waarop wij den nadruk leggen. Bij Hem, in Hem en in zijn Woord, waarin wij het leven vinden, willen wij onbewogen blijven. Op Hem, op zijn Woord en op zijn genade is onze gemeente gegrond. Deze rotsgrond willen wij ons door niets laten ontnemen, wij zijn ook met het oog op de trouw van onzen Heüand hiervan zeker, dat dezen rotsgrond ook in de toekomst niet zal wankelen en verloren gaan, welke ook de wisselende tijdstroomingen ooit in Theologie en in kerk thans of in de toekomst de heerschende moge zijn of worden, gelijk de getrouwe Herder reeds in het verleden aan onze gemeenten gegeven heeft haar kleinood ook in die tijden te bewaren toen een ledig rationalisme de protestantsche kansels en leerstoelen beheerschte.

2. Tegenover de menigvuldige wisselende tijdstroomingen in de Theologie der school staat de Broedergemeente reeds van vroeger in zooverre onafhankelijk en vrijer, als zij ten allen tijde den nadruk er op legt, dat alle verkondiging van het Evangelie niet alleen is de voordracht van eene leer, waar in de eerste plaats een getuigenis zijn moet, — een getuigenis, welke uit de innigste persoonlijke ervaring des harten van den spreker voortvloeit, waarbij het zuiver leerend element eerst de tweede plaats moet innemen.

3. Desniettegenstaande houden wij de leer, al korat zij bij onze evangelie-verkondiging pas in de tweede plaats in aanraerking, niet voor een nevenzaak of voor iets onverschilligs, allerrainst met het oog op ons Seminarium, in hetwelk de aanstaande dienaars en predikers der gemeente voorbereid worden voor hun ambt. Een onveranderlijke grens is hier door datgene getrokken, wat wij onder i als de diepste grond der gemeente in overeenstemming met de uitspraak van de Generale Synode beleden hebben en wat haar onaantastbaar kleinood blijven moet. Met korte woorden kunnen wij dit »het Christendom des harten en van den Heiland der Broedergemeente" noemen. In hem staande, belijden wij het met blijdschap, dat het kostelijk geloof aan den gekruisigden en opgewekten Heiland den zondaar rechtvaardig en heilig, en de gemeenschap met hem het menschelijk hart zalig raaakt en met krachten des eeuwigen levens vervult, en erkennen in dien gekruisigden en opgewekten Heiland het middelpunt der geheele Heilige Schrift, die daarom waimeer men haar van Hem uit verstaat, ons de hoogste maatstaf van onze geloofserkenning, van onze geloofsbelijdenis en van onze theologische leer is.

Op grond van een ingrijpend onderzoek heeft de Synode de overtuiging verkregen, dat het Theologisch onderzoek en de leermethode, gelijk tegenwoordig in ons seminarium gedreven en gevolgd wordt, wel nieuwe wegen voor het Theologisch denken ingeslagen heeft, maar dat het zich toch beweegt binnen de grenzen die in 3. als onomstootelijk zijn aangewezen, daar het ook den gekruisigden en opgewekten Heiland Jezus Christus, welken wij in leven en in sterven noodig hebben, in het middelpunt van alle geloofskennis en den heilsleer stelt. Daarbij geeft de synode echter uitdrukkelijk te kennen, dat er bij deze verklaring slechts ons Seminarium en de wijze waarop thans de Theologie daar beroepen wordt op het oog heeft, met de zoogenaamde smoderne Theologie" gelijk zij zich, als een geheel beschouwd, vertoont met ai hare menigvuldige schakeeringen. Tegenover deze heeft de Synode volstrekt geen positie genomen evenmin als tegenover eenig andere Theologische school of partij in onze dagen, wijl zij het er voor houdt, dat dit buiten hare roeping en bevoegdheid gaat".

Uit dit relaas blijkt dat de Synode met de richting die in het Theologisch Seminarium der Broedergemeente gevolgd wordt volkomen vrede heeft. En toch is er tegen die richting telkens en telkens geprotesteerd. Het jaarbericht van het Seminarium voor het jaar 1895 gaf aanleiding aan Th. Weisz om te protesteeren tegen de bedenkelijke positie die het Seminarium tegenover de broedergemeente inneemt. In het jaar 1896 traden drie Theologen der broedergemeenten op met hun vraag aangaande het leven en sterven der broedergemeente. Met welk een ophef er in het Seminarium gesproken is over de triumfen die door de Ritschliaansche Theologie behaald zijn, is bekend geworden, In een vergadering van gemeenteleden werd over de richting die in de kringen der Theologen werd ingeslagen, getuigd, dat wanneer deze nog dieper de gemeente indrong, zij daardoor moesten te gronde gaan. Wel gaven de leeraren van het Seminarium een verklaring stot geruststelling" af, doch deze was zoo nietszeggend, dat de ongerustheid er eer door vermeerderde dan er door afnam. Dr. Plitt eischte dat de Synode zich zou uitspreken over de grondstukken der Christelijke belijdenis, het Zoonschap van Christus, zijn werkelijke opstanding, de opstanding der dooden; bisschop Heinrich Muller sprak zelfs uit dat het wenschelijk was om het Seminarium niet langer te laten bestaan, wanneer de vrees, die hij koesterde, bewaarheid werd. De Synode heeft echter die bezwaren niet geduld en de moderne gevoelens der leeraren van het Seminarium als het ware geijkt. Dat wij dit hebben te betreuren, behoeft nauwelijks gezegd.

Duitschland.

De nationaal-socialen en de sociaal-democraten.

en de sociaal-democraten. Het is bekend dat zich in Duitschland een snationaal-sociale" partij heeft gevormd, uit die elementen die zich vroeger tot de conservatieven of anti-revolutionairen rekenden, doch die omdat de conservatieve partij zich niet in sociale richting bewoog, een afzonderlijke partij zijn gaan vormen. De nationaal-sociale partij, ondei leiding van den predikant Nauraann, toonde groote neiging tot de sociaal-democratische beginselen hetgeen professor Sohm uit Leipzig aanleiding gaf om met een vijftal heeren op den partijdag te Erfurt op 27 en 28 September gehouden, voor te stellen, dat de vergadering zou uitspreken, dat een richting waarin de Nationaalsociale partij zich bewoog, niet moest bepaald worden door een strijd tegen de conservatieve of een ander nationaal gezinde partij, maar door het tegenstaan van de sociaal-democratie.

Voor nog Nauraann zijne stem kon verheffen, hadden reeds de Berlijnsche nationaal-socialen hun vonnis over dit voorstel gestreken. Op dezelfde vergadering van nationaal-socialen te Berlijn waren er slechts drie mannen te vinden die zich tegen de uitspraak van Göhre verzet hadden, welke te kennen gegeven had dat het in de eerste plaats voor de nationaal-socialen er op aankomt om den strijd op leven en dood tegen de groot-grondbezitters aan te binden.

Nu ging het er te Erfurt heet toe. De hoogleeraar Sohm sprak over algemeen stemrecht, dat hij wenschelijk achtte. Daarin was men het eens. Doch als men nu in de verkiezingen voor de keuze stond om èf een sociaal-democraat óf een conservatief te kiezen, wat dan ? Max Lorenz, die vroeger tot de sociaal-democraten behoord heeft, verklaarde er zich beslist tegen dat men sociaaldemocratische candidaten steunen zou, terwijl de predikant Eerland uit Meiningen van oordeel was, dat de sociaal-democratische partg een steun moest genoemd worden voor den staat en voor den koning.

De hoogleeraar Sohm sprak hierop in eene redevoering uit, dat de nationaal-sociale partij in het conservatisme haar vader gehad had. Men kon niet met recht beweren dat de conservatieve partij wel bewust anti-sociaal is. Ook betoogde de hoogleeraar dat het vergeefsche moeite was om te trachten de werklieden voor de nationaal-sociale beginselen te winnen, die waren reeds door de sociaal-democraten ingepakt. Men moest zich liever wenden tot de midden en hoogere standen. _ En hoe zou dit gelukken als men de conservatieven bestreed?

Spreker betoogde, dat de sociaal-democraten nog nooit eenige christelijke godsdienstige of zedelijke gedachten hebben voorgestaan. De sociaal-democratie houdt haren aanhangers slechts de aardsche goederen voor oogen om begeerigheid op te wekken, maar de eeuwige goederen ontneemt zij hun. Zij is de geest die steeds ontkent, zij zuigt uit het lichaam des volks het merg weg. De sociaal-democratie is de vijand.

Daartegen sprak nu Göhre die het groote woord deed hooren dat niet bestrijding van »veredeling" van de sociaal-democraten het streven en de strijd zijn moest van de nationaal-socialen. Ten slotte werd een bemiddelend voorstel van Nauraann aangenomen, waarin werd uitgesproken dat men tegenover het socialisme van een Max positie nam, dat men echter niet gewenscht achte dat men politie-maatregelen tegen haar nam; dat men de conservatieve partij of nationale partijen zou bestrijden voorzoover zij_»egoistische Massenbelangen" voorstonden, terwijl men het in het belang van vaderland en maatschappij achtte om de overmacht van het vlottend kapitaal en van het groot grondbezit te breken.

Voor het oogenblik werd de eendracht dus bewaard. Maar op den duur gaat men uiteen en zal het blijken dat er bij de nationaal-socialen elementen zijn, die tot de sociaal-democratie, welke op den bodem van de revolutie staat, zich meer getrokken gevoelen dan tot eene christelijke staatspartij.

Het zij tot eene waarschuwing in Nederland. De predikanten die de nationaal-socialen leiden zijn Ritschlianen!

WiNCKEL.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 19 december 1897

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 19 december 1897

De Heraut | 4 Pagina's