GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Duitschland. Eene leemte bij de Godsdienstoefeningen?

In de Reformirte Kirchenzeitung klaagt K. M. dat men in de Gereformeerde kerk schier geen liederen heeft, die uitdrukking geven aan den dank, die den Heere moet gebracht worden wanneer Hij het geeft, dat zijne kerk over de macht der vijanden triumfeert. De gezangen van de Evangelische kerk bevatten wel troost voor de verslagene ïielen; er wordt ook wel in gesproken over den inwendigen strijd, dien de geloovigen hebben te strijden als zonde en genade in hunne zielen worstelen, doch dat Gods kracht verheerlijkt wordt in den arbeid van zijne kinderen, zoodat de toon: „met God zullen wij kloeke daden doen", niet wordt aangeslagen is niet te weerspreken. Dat de geloovigen ook de kracht van God ontvangen om het rijk der duisternis aan te vallen in het geloof dat het kind Gods met zijn God springt over een muur en door een bende dringt, is wel in enkele liederen van Luther uitgedrukt, en ook vindt men het in eenige zendingsliederen, maar daar buiten niet. Dit is een leemte bij de godsdienstoefeningen, terwijl daardoor een gebrek in het geestelijke leven der kerk aan den dag treedt. De liederen, die de Evangelische gemeente zingt of niet zingt, geven den maatstaf aan van de Evangelische waarheden die in haar boezem leven. Het blijkt dat de kerk in Duitschland wel leeft in het stuk van het verzoenend lijden en sterven van Christus, maar minder in de gedachte dat Christus dood en graf heeft overwonnen en nu in den hemel als koning over zijn Rijk regeert.

De schrijver weet echter niet den weg aan te wijzen om de leemte aan te vullen. De schrijver gevoelt zich niet in staat om het ware „Evangelische beroepslied", gelijk zij het noemt voor de gemeente te dichten; hij wilde in zijn schrijven alleen wijzen op de leemte en het gebrek.

Jammer dat K. M. niet besluit met de opmerking dat de psalmen niet alleen in de Gereformeerde kerken maar ook in de Evangelische kerk behoorden ingevoerd te worden. Wel geeft de schrijver toe dat de psalmen een rijkere stof geven dan de gezangen, zij laten menigmaal den juichtoon hooren dat de vijanden van Gods volk overwonnen zijn; maar hij vreest dat voor de psalmen geen verdere kringen te veroveren zijn. De psalmen zijn op enkele uitzonderingen na, meer gerijmd als gedicht, zegt de schrijver. Maar waarom dan niet aangedrongen op een betere psalmberijming?

Het is toch een feit dat in Duitschland de enkele berijmde psalmen die men in de gezangboeken vindt, bij voorkeur in de gemeente gezongen worden. Is dit niet een vingerwijzing? Waarom dan niet gearbeid dat de psalmen bij de godsdienstoefeningen tot hun recht komen? De liederen die de kerk bij hare samenkomsten heeft te zingen, zij behoeven niet meer gedicht te \vorden, zij zijn ons geschonken in den Psalmbundel. Mocht deze waarheid ook in de Geref. kerken in Duitschland erkend worden!

— Een Duitsch Gereformeerde over onze toestanden.

Het orgaan van den Gereformeerden bond voor Duitschland de Reformirte Kirchcnzeitung laat zich over onze kerkelijke toestanden aldus uit:

«De schoolquaestie is de zaak, welke de Christenen uit de Herv. kerk en de Gereformeerden zoo nu en dan tot gemeenschappelijk optreden in het openbaar brengt. Overigens schijnt de dag, die de getrouwe belijders in de Staatskerk met de Gereformeerden in broederlijke gemeenschap te zamen brengen zal, nog niet gekomen te zijn; elke partij leeft binnen hare kerkelijke grenzen voort, en wanneer men bij gelegenheid eens met elkander in aanraking komt, is de ontmoeting helaas niet altijd van vriendschappelijken aard. De Gereformeerden in de staatskerk hebben eene moeilijke positie, voorzoover het hun nog niet gelukt is een dam op te werpen tegen de verwoesting die aangericht wordt door-de liberale theologie en door de heerschappij van de meerderheid. • De treurige hulpeloosheid der Hervormde kerk duurt voort; nergens is een zich krachtig verheffen op te merken; protesten genoeg maar geen door­ tastende daden. Als een staaltje van de hopelooze verwarring in deze kerk diene het volgende. Te Leiden was het langzamerhand gelukt, de liberale predikanten te vervangen door mannen, die op den bodem van de Gereformeerde belijdenis staan. Daarop volgde dat een bekend lid van liberale gevoelens weigerde voortaan voor de kerkelijke lasten bij te dragen.

Doch deze wederstand baatte niets. De kerkeraad der gemeente deinsde, in plaats van den man uit te sluiten, er niet voor terug, om den professor door een rechterlijk vonnis tot betalen te dwingen; de Christelijke wereld in Leiden beleefde het verheffend schouwspel, dat een gemeente, die zich naar den naam van Jezus Christus noemt, door een gerechtelijk vonnis haar eisch wist door te drijven.

Niet tevreden met het heldenstuk van de weigering der belasting ging de liberale meerderheid nog een stap verder. In een gehuurde zaal laat zij godsdienstoefeningen houden naar haar lust, die geleid worden door een predikant uit eene andere gemeente der staatskerk. Daar men bij de door de kerk beroepene predikanten niet eens de kinderen wil laten doopen, bedient de predikant uit de andere gemeente in deze klubvergadering zelfs het sacrament van den doop, zonder dat de synodale besturen tot hiertoe opgetreden zijn. Het spreekt wel van zelf dat het liberalisme te Leiden jammert over onderdrukking, maar vraagt er niet naar, waar zij in de meerderheid is, of het niet recht is dat men met de belijdenis der kerk rekening houdt. Kenmerkend is een geval dat juist tegenwoordig in Holland veel stof doet opstuiven. De gemeente te Beilen had onlangs den rechtzinnigen Dr. Slotemaker de Bruine als prediker beroepen. Bij zijn komst in de gemeente vond deze een liberalen godsdienstonderwijzer in de gemeente werkzaam. De nieuwe predikant besloot met den| kerkeraad den godsdienstonderwijzer niet meer in de gemeente te laten werken, zonder hem evenwel zijn tractement te ontnemen. Bij het hoogere bestuur aangeklaagd, ontving Dr. Slotemaker het bevel, den onderwijzer zijn arbeid te laten, en toen hij op grond van conscientie-bezwaar zich tegen de beslissing verzette, volgde kortweg de schorsing wegens ongehoorzaamheid. Tegen dit besluit van het z. g. class, bestuur kwam Dr. Slotemaker bij het Provinciaal bestuur in appèl. Dit bestuur zag wel het netelige van het geval in, maar wilde toch het class, bestuur niet geheel afvallen en veranderde de schorsing in eene berisping. Ook hiertegen protesteerde de veroordeelde. Zeer benieuwt het ons welke de einduitspraak over deze zaak zijn zal. Het geeft een zonderlingen indruk, wanneer een jiredikant voor de handhaving van het goede recht zijner gemeente bestraft wordt; eene nieuwe bijdrage voor de geschiedenis van de liberaliteit van het liberalisme.

Op de Hervormde kerk drukt het chronisch gebrek aan predikanten; gemeenten, die in tien jaren geen predikant hadden, uit gebrek aan candidaten zijn niet zeldzaam. Bedroevend voor de kerk was het ook, toen uit de rijen van hare predikanten voor niet langen tijd een viertal heenging; één om tot de Roomsche kerk over te gaan ; de drie anderen om zich aan de sociahstische propaganda te wijden. Tegenover al de misstanden zoeken de positieven getrouwelijk hunne geestverwanten te vergaderen en te sterken; het is alleen maar jammer dat hun streven aan een betreurenswaardige onhelderheid lijdt; zij weten de fouten, maar zij weten niet welke middelen moeten aangewend om uit de kerkelijke verwarring te geraken; het ontbreekt bij hen aan de bezielende gedachte. Uit hun orgaan „de Gereformeerde kerk" krijgt men soms den indruk, als bestond de hoofdwerkzaamheid der confessioneele partij in de bestrijding van Dr. Kuyper, ofschoon het blad sedert het heengaan van den vroegeren leider Dr. Hoedeiïiaker, dank zij den nieuwen redacteur, veel edeler en zakelijker van toon geworden is en de kleinzielige, persoonlijke hatelijkheden uit zijne kolommen heeft laten ver-dwijnen.

Als curiosum wordt nog vermeld dat de remonstrantsche gemeente te Rotterdam besloten heeft het vieren van den hemelvaartsdag af te schaffen. De'lieden wandelen zeer zuiver in het spoor dat Arminius, Uytenbogaert en Episcopius hun voor 300 jaren geteekend hebben, ofschoon deze mannen waarschijnlijk van ontzetting in de handen zouden slaan wanneer zij konden zien met welk eene consequentie de Epigonen hunne sporen volgen.

Wacht aldus in de Herv. kerk eene menigte vragen op antwoord, zonder dat tothiertoe een uitweg te vinden is, zoo zijn ook de Gereformeerde kerken voor moeilijke vraagstukken geplaatst, al zijn deze ook van een anderen aard. Quaestiën de leer en de praktijk betreffende brengen de gemoederen en de pennen in beweging.

Op de algemeene synode zal menig verschil van meening openbaren, en zulk een tweespalt is voor vrije kerken altijd gevaarlijker dan voor staatskerken. In de eerste plaats zal het gaan over de opleiding van aanstaande dienaren des Woords. Tot hiertoe werden de predikanten deels aan de Vrije Universiteit te Amsterdam, deels te Kampen door de Theologische school gevormd. Het doel is om eenheid in deze opleiding te brengen; eene niet onaanzienlijke partij stelt voor, de theologische faculteit te Amsterdam geheel op te heffen, haar met de theologische school te Kampen te verbinden en het laatste instituut naar eene grootere stad bijv. Haarlem over te brengen. Dr. Kuyper met de overige vrienden der Vrije Universiteit verzetten zich tegen dat plan; hij zou liever het omgekeerde zien; hij houdt echter aan den toestand gelijk die tot dusver geweest is om practische redenen vast, wil slechts den aard der werkzaamheid en de taak van beide instellingen door eene overeengekomen vereeniging nauwkeuriger omschreven zien en verlangt ook hare verhouding tot de kerk te regelen. Verder zal de Synode moeten handelen over de veel besproken herziening van art. 36 der Ned. Geloofsbelijdenis. Of het daarover thans reeds tot eene beslissing komen zal, is niet waarschijnlijk omdat de meeningen te zeer verdeeld zijn. Dr. Kuijper en zijn vrienden willen het artikel zoo veranderd hebben, dat duidelijk uitgesproken wordt, dat de overheid als zoodanig eene neutrale positie tegenover de kerk inneemt en niet eene bepaalde kerk voor de overige in bescherming neemt. Ons komt deze revisie zoo bijbelsch protestantsch voor, dat wij de gedachte |van de tegenstanders der revisie: de staat heeft de plicht, de ware kerk van Christus, nl. die zij als zoodanig erkent, te beschermen, voor een onmogelijk anachronisme houden.

Een groot deel van haar tijd zal de aanstaande Synode hebben te besteden aan de beraadslagingen van de zendigzaak op Java. Volgens de besluiten op de vorige Synode ie Middelburg heeft men ijverig in de gemeente gearbeid om den zendingsijver te doen ontwaken.

Het voorbeeld van de kerk van Utrecht volgend hebben sedert onderscheidene kerken zich barcid verklaard, op hare kosten een predikant naar de Heidenen te zenden. Ook dit werk dat nog in zijn aanvang is, behoeft zeer de aanmoediging en leiding der Synode, opdat er iets duurzaams uit geboren worde en wel hebben wij oorzaak, den broederen aan gene zijde der grenzen eendrachtiger zin en wijsheid van boven toe te wenschen.

Vrije kerken zoeken haar roem meest in energiek voorwaarts dringen, de wetenschappelijke geleerde arbeid treedt meest naast de practische wat op den achtergrond, vooral in den jeugd van zulk een kerk. Dat leert ons de geschiedenis van de groote door het Methodisme en Baptisme gestichte vrije kerken en de geschiedenis der Oude kerk.

In Holland heeft men het verblijdend verschijnsel, dat behalve den ijver dien men in gemeentelijken arbeid ten toon spreidt, de ernstige wetenschappelijke zin in de kringen der Gereformeerde predikanten in het licht treedt. Daarvoor getuigt niet alleen de goede aftrek dien de geleerde werken van. Dr. Kuyper, Dr. Bavinck en anderen bij hen vinden, maar ook dat het jongere geslacht zich vlijtig aan zelfstandige theoiogischen arbeid geeft. De onvermoeide Dr. Kuyper weet zijnen leerlingen en vrienden tot degelijke studiën aan te sporen."

Daarop geeft de schrijver een zeer waardeerend oordeel over de dissertatie van Dr. Wyminga. De schrijver in de ReformirtcKrtg. verheugt zich over de biografie van Festus Hommius omdat daaruit blijkt dat de voorstelling van Heppe en van Dr. Rogge in Hauck's Realencyclopaedie, alsof de Arminianen slachtoffers waren van conscientie dwang, geheel valsch is. Dr. W. toont uit de bronnen aan dat de Arminianen geen schuldelooze i; ilammeren waren, maar met behulp der overheid alle kerkelijke ordeningen hebben veracht en hunne macht aanwendden tot onderdrukking van hunne tegenstanders, zoodat de Armenianen in dit opzicht de twcelingbroeders zijn van het liberalisme van dezen tijd, en daarin verblijdt zich de Duitsche schrijver, omdat in de kringen waarin hij verkeert, zoo geheel andere opvattingen gangbaar zijn.

Wij verblijden er ons in dat men van Gereformeerde zijde den gang van zaken ten onzent zoozeer met belangstelling volgt. Men kan het opmerken dat de schrijver goed is ingelicht, onpartijdig zoekt te zijn en over het algemeen ceu juisten blik op onze toestanden heeft. Voorts verheugt het ons dat men in Duitschland de Gereformeerde theologie gelijk die thans in Nederland beoefend wordt zoekt te volgen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 juni 1899

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 juni 1899

De Heraut | 4 Pagina's