Gemengd Nieuws.

In het laatst van Augustus 1806 was een vijftal studenten van Williams College in den staat Massasuchets in N. Amerika bijeen. Zij hadden het dichte lommer van een bosch opgezocht om een uur in gemeenschappelijk gebed door te brengen.

De geest des ongeloofs en de invloed der Fransche vrijdenkers was in het begin der negentiende eeuw zoo machtig en overweldigend, dat er aan het houden van een ure des gebeds in het College niet te denken viel.

Op dien namiddag van een der heetste hondsdagen brak er onverwachts een hevig onweder los. De vijf jongelieden zochten een schuilplaats in een weide onder een hooiberg. Door het saampakken der wolken werd het duister en dit gaf aanleiding om te spreken over den stik donkeren nacht waarin het heidendom verkeerde. De jongelieden werden overtuigd dat zij geroepen waren om den Heidenen het Evangelie te brengen. Het biduur werd gedurende den zomer in de weide voortgezet; tegen den v/inter verhuisde men naar de tenten eener oud Christin, die hare deur op een kier hield om de gebeden af te luisteren. Uit dit studentenbiduur ontsproot de eerste Foreign Missionary Society. Zeven leden van deze zendingsvereeniging onder de studenten van genoemd college werden zendelingen onder de Heidenen. De uitwendige zending kreeg daardoor een machtigen stoot. Geen wonder, dat men dit jaar het heeft herdacht hoe voor een eeuw de zendingsijver in de kerken opnieuw is ontwaakt. In sommige steden van N.­ Amerika heeft men daarom sHaystock Memorial Meetings' georganieerd, om te herdenken hoe voor een eeuw, onder een hooiberg, het zendingsvuur, dat smeulde, opnieuw is ontvlamd.

Das Reich deelt het een en ander mede omtrent het Christelijk karakter van den gestorven Prins Albrecht van Pruissen. Toen het keizerlijke huis onder den invloed tan den bekenden Von Stumm geen bijdrage meer gaf voor de Berlijnsche Stadszending onder leiding van Dr. S'.öcker, tastte Prins Albrecht in zijn beurs en gaf jaren lang hetgeen de kas dier stichting moest missen. Hij bleef Dr. Stöcker, ook nadat hij bij den Keizer in ongenade was gevallen, steeds finantieel en moreel steunen. Zij, die er naar streefden om de Evangelische landskerk meer zelfstandigheid te geven, ontvingen van hem den raad hunne pogingen voorloopig op te geven. Die beweging leidde tot niets dan krachtsverspilling, be'oogde de prins, daar de opperste bisschop der Evangelische landskerk, de tegenwoordig regeerende Keizer van Duitschland en Koning van Pruissen, er toch niet voor te vinden zou zijn.

WINCKEL,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen