GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Leestafel.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leestafel.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

H. S. S. KuYPER. IN HET LAND VAN Gumo GEZELLE. Met portretten van Guido Gezelle, Steyn Strèuvels, Hugo Verriest — La Rivière en Voorhoeve.

Het land van GUIDO GEZELLE, den in 1899 gestorven priester-dichter en taalgeleerde, zijn vaderland, dat is Vlaamsch België.

’n Lezing, door Ds. J. CHRISPEELS te MARIA HdOREBEKE, eenige jaren geleden in DEN HAAG gehouden, had Mej. KUYPER »voor het eerst bezield met de gedachte het Land van Guido Gezelle te ^aan zien”.

In den zomer van het vorige jaar is het daartoe gekomen.

Zij heeft toen Vlaamsch België bezocht en bezien, en mee daaruit is dit haar jongste werk ontstaan, waarin zij met de sVlaamsche beweging" en de «Herleving der Vlaamsche Letteren", als • omlijsting, een beeld teekent van GUIDO GEZELLE.

Het is mij een genoegen van deze literaire prestatie der geachte schrijfster veel goeds te kunnen zeggen.

Aan het schrijven van dit haar boek is niet alleen een met eigen oogen en ooren waarnemen, maar blijkbaar oók veel studie van het Vlaamsche land in zijn verleden en heden en van " GEZELLE'S leven en streven, arbeiden en lijden voorafgegaan. Wat dit betreft, is zoowè' van zijn werken als van de litteratuur over hem met zorg kennis genomen.

Daarbij heeft MEJ. KUYPER in de gelukkige omstandigheid verkeerd van, toen zij eenmaal in België was, te worden opgenomen in den kring der twee broeders VERRIEST en hun zuster GABRIELLE, de beste vrienden van GEZELLE. Bij GABRIELLE, die gedurende bijna geheel haar Vlaamsche reis, naar zij schrijft, »mijn goede engel is geweest", heeft ze te KORTRIJK, ook GtriDo's neef en geesteskind CAESAR GEZELLE ontmoet.

’n Bedenkelijk gevolg van deze omstandigheid is wel, dat het boek, als bijdrage tot de kennis van de Vlaamsche beweging op literair gebied, inzonderheid wat GEZELLE aangaat, — op p. 72 heet het: »Hij werd erkend te zijn de grootste dichter, dien Nederland, na Vondel, heeft voortgebracht*, — wat eenzijdig is uitgevallen. Maar daar tegenover staat, dat het, óok als gevolg van die omstandigheid, een ware schatkamer van intieme, van elders minder of heel niet bekende bijzonderheden omtrent GEZELLE is geworden. Z^ker, uit dit boek spreekt; naast krachtige geestdrift vóór, wat ik zou willen noenien, ., gemis^yaiu, , kritischen blik op het onderwerp.

Maar een boek' als dit reken ik dat juist als een deugd aan.

Men dient toch hier rekening te houden met de bedoeling, die de schrijfster er mee heeft.

IN HET-LAND VAN GUIDO GEZELLE is vrouwenwerk.

Het werk eener nog jonge vrouw van temperament, die bezield voor haar onderwerp, dat haar 'n harte-zaak is geworden, als voor »de goede zaak«, haar lezers zoekt te »winnen«.

Ware het geschreven door een man van rijpen leeftijd, die er het «weten» van zijne medeménschen mee bedoelde te verhelderen en te verrijken, het gemis van kritischen blik op zijn onderwerp, zou bij hem zeker meer dan een «bloot gemis« zijn; het ware een gebrek, dat hern' zijn doel deerlijk zou doen missen.

Maar een vrouw, die met haar boek wil «winnen" —en, naar het mij voorkomt ligt dit, naast schoonheids-ontroering geven, meer op den weg der vrouw dan te willen »leeren«, — kan dien kritischen blik missen als alle andere haar geestdrift bekoelende dingen. En zoo zij hem, wat "de vrouw vrij zeldzaam. overkomt, al bezit, zal zij, om met haar werk het doer niet deerlijk te missen, wèl doen met dien kritischen blik toch niet te gebruiken.

Het is dan ook op grond mijner vaste overtuiging, dat dit boek het 'm doen zal; dat het met zijn bekoorlijkheid van echt vrouwelijk en voor alle propaganda-maken zoo onmisbaar, ongebreideld enthousiasme, zal «winnen«, dat ik het juist omdat het zoo onkritisch is, zoo goed vind.

Ik ben Mej. KUYPER dankbaar voor dit haar boek.

Dankbaar voor wat zij er mee door heeft laten genieten, van al dat heel intieme uit GEZELLE'S leven.

Dankbaar ook voor dat zinnetje op p. 115: «Ik voor mij begrijp nooit, dat men altijd antithesen zoekt, en zoo weinig de mogelijkheid van synthesen aanneemt.” ,

En voor dit zinnetje óok daarom dankbaar, wijl zij in dit haar werk toont de mogelijkheid eener synthese niet alleen aan te nemen, maar ook te willen bevorderen tusschen «het oudere* en «nieuwere* op het gebied der Nederlandsche belletrie.

Om wat ik hier op het oog heb duidelijk te maken, zal ik mij gaarne de moeite getroosten even af te schrijven wat IN HET LAND VAN GUIDO GEZELLE op p. 72 te lezen geeft: Zij heeft het daar over het eerste bekend worden van GEZELLE ten onzent in het jaar 1901 en dan zegt zij:

«Toen Gezelle in Holland verscheen, stond hét letter-lievend HoUandsch publiek in twee vijandige, kampen tegenover elkander. Het eene deel klemde zich krampachtig, vast aan de oude verzen in den trant van Beets en Da Costa, vooral omdat de inhoud dier verzen christelijk was, en bekampte het andere deel, dat die verzen afkeurde om den vorm, en zelf verzen voortbracht, die, hoe schoon van vorm dan ook soms, niet uit het Evangelie, maar üit de Revolutie, waren. Dié klove tusschen het conservatieve Qiristelijke deel, en het vooruitstrevende anti-Christelijke deel, scheen onoverbrugbaar. «Uw-verzen.-zijn geen verzen, de vormen zijn. leglijk, ge . weet niet wat schoonheid is«, .riep hgt anti-Christelijke deel. «Uw gedachten zijn onchristelijk, uw vormen zijn pantheïstisch. Ge verkracht de taal, ge vergiftigt, de ziel van ons Volk*, riep het Christelijk deeh.

Achter dit: «pantheïstische vormen* zou ik, wijl het mij geen gedachte aanbiedt, geneigd zijn een ? te zetten. Maar Mej. Kuyper zegt het zelf niet, doch zegt alleen, dat anderen het riepen.

Zij gaat dan aldus voort:

«In het heetst van dien strijd kwam als een openbaring, Guido Gezelle. Hij was èn kunstenaar, een kinderhjk geloovige èn dichter bij de gratie Gods. Hij vereenigde zuiver-Nederlandsche schoonheid van vorm met Christelijke zuiverheid van inhoud. En de elkander bekampende Hollanders staakten een wijle «hun wild geraas* en luisterden naar de wondere schoonheid van de ; zangen van den Vlaamschen priester-dichter Guido Gezelle*.

Van harte wensch ik, dat wat de geachte schrijfster in dit opzicht met IN HET LAND VAN GUIDO GEZELLE wil, haar ook zal mogen gelukken ; dat zij door dézen «christelijk-nieuwere* ook onder óns publiek meer bekend te maken, de tegenstelhng tusschen «ouderen* en «nieuweren* op het gebied der fraaie letteren, die voor velen onder ons nog altijd eene is^ als van «goed en slecht* of «wit en zwart*, zooal niet opheffen, dan toch verzachten zal.

Laat mij aan deze bespreking van MEJ. KUYPER'S boek nog toevoegen, dat zij veel minder dan in vroegere werken, er zich in te buiten gaat aan dogmatiseerend betoog; dat zij er in toont de kunst te verstaan van prettig te vertellen, en ook, ik denk hier onder meer aan haar beschrijving van het Guldensporen-feest, de vaardigheid om het door haar geziene levendig weer te geven.

Ik kan dit over het geheel frissche, bezielde en bezielende werk met een oprecht gemoed

ter lezing aanbevelen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 november 1913

De Heraut | 4 Pagina's

Leestafel.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 november 1913

De Heraut | 4 Pagina's