Volkenrecht - pagina 127
Rede, gehouden bij het overdragen van het rectoraat der Vrije Universiteit
i i ;
kunde op dezelfde wijze als vroeger te voorzien, mocht het gewenschte gevolg niet hebben. In de Algemeene Voorwaarden, waarop Hoogleeraren worden aangesteld, werd door Heeren Directeuren, blijkens schrijven van 12 Juli l.L, op voorstel van Heeren Curatoren, deze wijziging gebracht, dat van artikel I de eerste alinea door het volgende is vervangen: „Een hoogleeraar, die zijn /o^'e levensjaar heeft voleindigd of die om redenen van gezondheid zijn ambt niet kan waarnemen, heeft recht op emeritaat. „Het kan hem om diezelfde redenen ook tegen zijnen wensch door Directeuren verleend worden met goedkeuring van Curatoren of van de gecombineerde vergadering van Directeuren en Curatoren, en nadat vooraf, zoowel de Hoogleeraar zelf, alsook de faculteit, waartoe hij behoort, en de Senaat hierover zijn gehoord. „De emeritus verklaarde Hoogleeraar is van elke verplichting tot dienstwerk ontslagen, maar behoudt zijne qualiteit, met dien verstande, dat hij zitting en stem heeft in den Senaat en adviseerende stem in de faculteit waartoe hij behoort, en het recht om, in overeenstemming met de door Curatoren gegeven instructie voor de Hoogleeraren, door het geven van colleges en anderszins als Hoogleeraar werkzaam te zijn. „Wanneer hij minstens vijf dienstjaren vervuld heeft en jaarlijks drie percent zijner jaarwedde gestort heeft, heeft hij aanspraak op pensioen." En blijkens hetzelfde schrijven is op gelijke wijze aan Art. 35 van het Reglement voor de Vrije Universiteit de volgende alinea toegevoegd: „In de vakken, die behooren tot de faculteit der geneeskunde en tot die der wis- en natuurkunde, wordt onderwijs gegeven, voorzooveel dit door de benoeming van Hoogleeraren en van Docenten mogelijk zal zijn." Met blijdschap mag worden vermeld, dat de aangename verhouding met Heeren Deputaten der Gereformeerde Kerken voor het toezicht op het onderwijs in de theologische faculteit, en dat met de Commissie, ingesteld krachtens art. 201 van de wet op het Hooger Onderwijs voor de andere faculteiten, ook dit jaar niet verstoord werd. Zoowel colleges als examens van de theologische, de juridische, en de litterarische faculteit werden door de daartoe aangewezene autoriteiten bijgewoond. Ook mochten openbare zittingen van den Senaat in de tegenwoordig-
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1907
Rectorale redes | 174 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1907
Rectorale redes | 174 Pagina's