GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De invloed van het christendom op het Romeinsche recht - pagina 28

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De invloed van het christendom op het Romeinsche recht - pagina 28

Rede ter gelegenheid van de 60e herdenking van de stichting der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

aan, hoe men zich dat doorwerken voorstelt. Het rechtsbewustzijn is tenslotte niet een autonome bron van recht, evenmin als het geweten van moraal. Het rechtsbewustzijn zegt den mensch juist, dat er inderdaad recht bestaat, dat er plichten zijn en rechten waaraan hij onderworpen is. Wie in het rechtsbewustzijn de laatste bron van recht ziet, verklaart eigenlijk daardoor dat het recht berust op een illusie. Wat nu voorts het rechtsbewustzijn als recht erkennen zal, hangt af van velerlei factoren, van aanleg en opvoeding en omgeving; meer nog van levenskeus en wereldbeschouwing; van een ontelbaar aantal gegevens die een mensch maken tot wat hij is. Aldus moet een beginsel, om werkelijk rechtsvormend te werken, eerst in de geesten leven, het rechtsbewustzyn omzetten en zoo het reohtsleven gaan beheerschen. Zoo is het ook gegaan met den invloed van het christendom op het recht. Eerst is het in de geesten tot heerschappy gekomen, heeft het op de zeden ingewerkt, en eerst daardoor heeft het op het privaatrecht invloed gekregen. Dat is gegaan van stap tot stap, ten deele schier onmerkbaar. Tegelijk bleven en gingen allerlei andere factoren op de rechtsvorming inwerken, zoodat de draden van het geistesgeschichtliche imbroglio onontwarbaar dooreen liggen. Het worde herhaald, dit geldt voor het privaatrecht. Op het gebied van het publiek recht is de verhouding tusschen opzettelijke en onopzettelijke rechtsvorming een geheel andere. Dit geldt ook ten aanzien van een in omvang niet zoo gering deel van het corpus iuris, waar de invloed van het christendom evident is, namelyk al wat het publiek recht der kerken en harer ambtsdragers raakt. Ten aanzien van de verheffing van het christendom tot staatsgodsdienst en van al wat daarmee rechtstreeks samenhangt — het is heel wat — is het natuurlijk geen vraag of het christendom invloed heeft geoefend. Wel doet zich daarbij de andere vraag voor, die ik aanroerde, namelijk of wij hier te doen hebben met den invloed van de beginselen van het evangelie dan wel met den invloed van de opvattingen die in Constantijns en in Theodosius' en in Justinianus' dagen in de christenheid aanvaard werden, met dwalingen die in de

26

*

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1940

Rectorale redes | 40 Pagina's

De invloed van het christendom op het Romeinsche recht - pagina 28

Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1940

Rectorale redes | 40 Pagina's