GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Verdienste of genade? - pagina 15

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verdienste of genade? - pagina 15

Rede ter gelegenheid van de achtenzeventigste herdenking van de stichting der Vrije Universiteit

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

zelf roemt en niet in God, wiens goedheid zo groot is, dat Hij wil, dat verdienste is, wat zijn gave is ^^). Trente herinnert in verband met de verdienste aan Jacobus' woord over ons struikelen in vele dingen, zodat ieder zowel de barmhartigheid en de goedheid als ook de ernst en het oordeel voor ogen moet houden en niemand dus zichzelf mag richten — al was hij zichzelf van niets bewust — want wij worden niet door een menseÜjk, maar door een goddelijk oordeel getoetst'^). En 2X)als bekend, doet men in R. K. kring telkens een beroep op het bekende woord van Augustinus, dat God zijn eigen gaven kroont, zodat de geoompHceerdheid der ganse controvers duidelijk uitkomt, als we bedenken, dat ook van reformatorische zijde — en dan tegenover Rome! — meermalen op dit woord van Augustinus werd gewezen ^^). Zo wijst Trente dan alle zelfroem af en het is op zichzelf zeker niet illegitiem, wanneer men daarop in de controvers telkens weer wijst en reeds Kuyper heeft er tegen gewaarschuwd „aanstonds de ernst dezer welgewlkte formu-

^ ) „Absit tarnen, ut Christianus homo in se ipso vel confidat vel glorietur et non in Domino, cuius tanta est ergo omnes homines bonitas, ut eorum veUit esse merita, quae sunt ipsius dona." (Denz. 810). 24) Denz. 810. 2^) Het gaat om Augustinus' woord: „Cxmi Deus coronat merita nostra, nihü aliud coronat quam munera sua" (Epist. 194, 5, 19). Een woord, dat zelfs als motto voorkomt, in het genoemde boek van Pesch. Vgl. voorts Diekamps herinnering aan Augustinus' woord: „Reddat coronam debitam his meritis tuis, sed ut reddatur tibi corona tua, Dei dona sunt merita tua" (Sermo, 297, 46; Diekamp, Dogmatik II, pag. 543). Vooral zie men echter Augustinus' „De gratia et libero arbitrio" (Augustinus' Schriften gegen die Semipelagianer, 1955), waar Aug. handelt over de kroon der rechtvaardigheid in 2 Tim. 4 : 7 en dan schrijft: „Zou de rechtvaardige rechter hen de kroon bereiden, als de barmhartige Vader hen niet de genade had geschonken?" (De gratia et lib. arb. 14; a. w. pag. 99 v.). Vgl. nog idem: „Si ergo Dei dona sunt bona merita tua, non Deus coronat merita tua tanquam merita tua, sed tanquam dona sua" (15; a. w. 100) en Augustinus' bestrijding van de Pelagianen (15; a. w. 101). Voor het reformatorisch beroep op Augustinus' woorden zie men N.G.B. art. 24: „Intussen willen wij niet loochenen, dat God de goede werken beloont, maar het is door zijn genade, dat Hij zijn gaven kroont". Vgl. de Coirf. Helv. posterior (Muller, 195) met het beroep op het „kronen" van Gods eigen gaven tegenover hen, „qui merita hominum sic defendunt, ut evacuent gratiam Dei". 13 (

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1958

Rectorale redes | 92 Pagina's

Verdienste of genade? - pagina 15

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1958

Rectorale redes | 92 Pagina's