GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

„KERK EN WERELD”.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„KERK EN WERELD”.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zoo heet de brochure, waarmee: prof. Ridderbos de synode en haar „getuigenis" tegen den dusgenaamden j, aanval" van Dr. Geelkerken in bescherming heeft genomen.

Kerk èn wereld!

Toen ik deze brochure las en ook dactó aan hetgeeai onze kerkelijke pers tot dusver over deze zaak in het midden (o^ er naast) heeft gebracht, kwam de vraag , in mij; op: Ja, wat moet de wereld wel oordeelen over zulk ©on strijd in de kerk?

In het j, getuig©nis" heeft de synode op ernstige wijze gewaarschuwd tegen besmetting der wereld, en vereenzelviging miet de ^vereld. Dat was de hoofdzakelijke inhoud.

Dr. Geelkerken geeft een, naar zijln gedachte noodzakelijke, aanvulling van dit „getuigenis", door op zijn beurt te getuigen: Gij, kerk, hebt ook een roeping tegenover die wereld!

Schrijver de^es, die dezelfde leemte in het „getuigenis" heeft gevoeld, prijst Dr. Geelkerken om den moed eai de eerlijkheid, waarmee hij zijn persoonlijk (uit de Schrift gedocumenteerd) „getuigenis" plaatste naast hel synodaal „getuigenis.".

En zie, of liever hoor, nu eens wat het gevolg is vaal deze betrekkelijk' eenvoudige gebeurtenis!

Heel de kerkelijk© pers (één kerkbode zelfs met drie vervolgartikelen) maakt zich op", om niet alleen den stouten prediker, maar ook den medeplichtigen recensent (die in Ds. Waterink van Zutphen een lotgenoot kreeg), te signaleeren.

In „De Standaard" verscheen een siukske, waaruit niet onduidelijk te lezen viel, dat er wellicht eenige geestesgemeenschap bestond tusschen den anti-getuigenis-prediker (en natuurlijk ook den recensent) en ©en geheimzinnig troepje in de kerk verscholen Netelenbos-vrienden.

De brochure van Dr. Ridderbos beteekent zoo ongeveer de terechtstelling van d© gevaarlijke ga& fcen.

Waarlijk, indien Dr. Geelkerken een p'i-eek had uitgegeven, waarin hij aan de kerk den raad gaf de hand te reiken aan de wereld, of de poorten wijd open te zetten voor de wereld, zou dé onrust en het strijdrumoer nauwelijks grooler hébben kunnen zijn, dan nu deze dienaar des Woords' de kerken vermaant toch vooral bedacht te zijn op de roeping der ontferming te^nover de kranke wereld.

Ik iiieen zelfs te moeten geloovén, 'dat niet de preek, noch de recensie, op zichzelve genomen, deze ernstige perscampagne hebben verwekt, maar dat bij sommige broederen bijzondei», bijkomstige, draiigredenen de pen hebhen bestuurd.

Ik waag het vermoeden (en daarin is niets beleedigends voor de bestrijders), dat het o.a. méér dien vorm geldt, waarin Dr. Geelkerken zijh aanvulling van het „getuigenis" heeft gegeven^ dan de toevoeging zelve.

Schrijver dezes heeft, geheel onafhankelijk van Dr. Geelkerken, en toen hij ncf niets van déze predikatie had gehoord, op den kansel ook de verklaring afgelegd, dat hijf in' het pynodale „getuigenis" een zeer belangrijk© zaak heeft gemist, n.l. een krachtig© en duidelijke opwekking om toch' diep de schuld van plichtsverzaking tegenover de wereld te voelen en tot getrouwer aötie van evangelische bearbeiding der diiep-gezonken wereld t© ontwaken, maar hij hééft over dez0 preek van niemand ook maai-een schijhseltje van kriti©k, veeleer wel instemming, veïnomén. En het is toch bekend, dat de Amstefdantóche Kerk een zeer trouwe, en, ook op het punt der leer, waakzame gemeente is.

De kritiek op het „getuigenis" alléén kan dus niet de oorzaak zijn van de verontwaardiging der kerkelijk© pei's.

Trouwens, al heeft de gemeente zich niet in het openbaar uitgesproken, kritiek is' er gemaakt door velen in ondejrlinge gesptokken. D^ één vond, het stuk t© lang; de ander niet duidelijk genoeg voor de eenvoudigen; eén derldé oordeelde, dat h©t niet noodig was de Mormonen biji name t© noetaen; een vierde, dat een stuk', hetwelk van den kansel wordt voorgelezen, niet tot de ambts; dragéte^ maar rechtstreeks tot de gemieente, had moeten worden gericht.

Er was alleriweg© ^-itiek.

Ik kan zelfs, met d© hand op het hart, verklaren, dat ik niemand, noch van de'ambtsdragers, noch van de gemeenteleden, héb ontmoet, die onv©id, ©eld m©t het „getuigenis" was' ingenomen.

Dat één onzer pïredikanten openlijk zijn kritiek op den kansel uitsprak, kan dus op zichfzelf niet 'de reden zijh der ve'ronti'usting.

Het moét hoofdzakelijk d© vorm zijn gewees^t, waarin de kritiek zich heeft geuit.

Welnu, laat men dan zijü tegenk'ritiek op! d^ vorm richten, en d© kritiek zelve! zoovcol mogelijk erkennen en aanvaai; den. D; an: is er mogelijkheid, dat de storm' bedaart, en de strijldete elkander als broeders wedervinden.

Het komt mijl voor, dat eï thans in het persoorlogje een onzuiver element is ingeslopen, hetwelk de rechtvaardigheid en j-iddetlijkheid van den strijd in gevaai^ brenglt.

Ik ontleen deze gedachte inzonderheid aau het strijdschrift van Pi-of. Ridderbos, waar hij meent te moeten constateeren, „dat de daad van Dr. Geelkerken niet, uitsluitend e©n persoonlijk karakter draagt, maar uiting is van eene geestesgesteldheid, ; die, misschien slechts in zeer kleinen krin^, maar toch ergens in onze Gereformeerde Kerken leeft, en die ook door optreden in publiek geschrift zicli invloed op de geesten zoekt te verzekeren".

Nu is het niet mijn taak Dr. Geelkerken tegen dergelijke vermoedens te verdedig©n, ik kan dat niet, ik wil dat! niet, ik spreek alleen voor mijzelf (omdat Dr. Ridderbos mijj ook in dez© aangeleg«iheid betrekt), en zeg: Zie, , dat iS'nu hét Ijewijs van holgeeii ik boven zeidé: Het gaat niet oni de voorwerpelijke dingen alleen: de preek en de recensie, maar er wordt iets achter gezodil, een zekere geestesgesteldheid, die in onze kerken, als een goort ziektekiem, huist.

Het is zeker niet te gewaagd .hier te denken aan een vermoeden op Netelenbossiaansche laesmetting.

In „De Standaard" kon men uit het genoemd© stukje niet onduidelijk het bestaan van een dergelijk vermoeden afleiden.

Tegen het constateeren van dergelijke; ^estesgesteldheden meen ik nu in allen eenvouid, maar met allen ernst, te moeten waarschuwen.

Wanneer wij' strijdenj moeten we niet strijden tegen verondersteld© g © e s t e s g e s t e 1 d h e d , e n, maar tegen objectieve dingeai.

Wie het anders doet, loopt gevaar, dat bij vei"dachtmakingen in de hand werkt, en tot achterdocht aanleiding geeft.

Dat mag niet tusschen broeders van hetzelfde huis. Dat mag niet in de kerk des' Heeren. Dat keurt zelfs de wereld af naar den maatstaf van de algemeene moraal.

De kerk zi© toe, dat zij aan de wereld hierin geen oorzaak tot lastering geeft

Indien wij ons aan vermoedens en veronderstellingen aangaande geestesgesteldheden wagen, laat ons hei dan doen naar den regel der ware liefde, naar het woord! der Schift: de liefde denkt geen kwaad.

Het zou mij niet moeilijk vallen, indien ik dit wilde, uit de brochui'© van Pl-of. Ridderbos ook een oordeel over zekere geestesgesteldheid bij den schrijver af te leiden, dat voor hém minder vleiend was.

Zoo lees ik in het werkelijk welsprekende en indrukwekkende slot iijer brochure de bewering, dat Dr. Geelkerken „in plaats van het hoofd t© buigen, voor het oor v, an zijh Gemeente en van heel Nederland e © n grooten mond heeft o p-gezet".

De woorden, die ik spatieëerde, zijh niet fatsoenlijk, ook niet christelijk', evenmin professoraal.

Maar wat moet Ut nu doen? Uit deze woorden besluiten tot een verkeerd© geestesgesteldheid bij den schrijver?

Neen, het eerste w, at ik doen moet is, veronderstellen, dat w© hier met een drukfout te doen hebben. Het is immers nauwelijks te denken, dat een bezadigd, 'hoogst beschaafd, christen, die een ander de les leest om zijh vergrijp tegen de kerkelijke zeden, qp; een dergelijk© wijiz© zichzelf aan een grofheid zou schuldig maken. Het eerste duiveltje, waarop ik hier vermoeden moet hebl.ien, is het bekende drukfoutehduiveltj©.

En Indien het u te wonderlijk voorkomt, dat zulk een drukfout is blijven staan, dan nog mag ik niet besluiten tot een verkeerde geestesgesteldheid. Het is alsdan mijn eerste plicht aan professorale yerstroo idheid i© denken.

'En mocht ook dit argument der bedekkend© liefde mij ontvallen, welnu, dan blijft mij' nog over te denken, dat Dr. Ridderbos op het oogenblik dat hij söhreef, welbewust deze wooi'den heeft gedacht, maar dat hij) er, nu reeds waarlijk berouw over heeft, en zichl voorneemt bij de ïomende herdrukken dez© woorden te schrappen.

Ik moet dus onderstellen, dat deze woorden juist in af'svijking van de gewon© geestesgesteldheid van Prof. Ridderbos zijn geboren. Zijn geestesgesteldheid is en blijft voor mij '^Itijd die van den ridderlijken christ©n, dien ik in elk opzicht hoogacht en liefheb als een vriend.

Maar laat ons dan nu den strijd beëindigen, die reeds veel te grooten omvang aamiam en dreigt de kerk in oj)spi-; aak! t© brengen bij d© wereld.

Het is nu zoover gekomen, dat er publieke verklaring van rechtzinnigheid noodig werd, omdat het verdenkCi van' geheime verkeerd© „geestesg©st©ldheden" ontwaakte!.

Ik wil daarom hetgeen ik reeds in „De Standaard" uitsprak, ook hier nog eens nadndckelijk verzekeren, 'dat bij mij', toen ik de recensie schnetef, en ook vóór en na dezen, geen andere geestesgesteldheid aanwezig was en is, als di©. van een goed gereformeerd .christen, die in gieem enkel opzicht onder wil doen, n'odhl voor d© syn< ^e, noch voor prof. Ridderbos, in liefde voor ons beginsel en trouw aan dat beginsel.

Wij mogen een weinig varieeiien in sommige bijkomstige beschouwingen, en ook in de manier van voorstellen, — in d©ze variatie isy mits de broederlijke liefde bMjve, geen vloek, maar een-zegen.

- En in deze harmonie moet de kerk zijn esn voorbeeld voor de wereld.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 december 1920

De Reformatie | 8 Pagina's

„KERK EN WERELD”.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 december 1920

De Reformatie | 8 Pagina's