GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Van Kwakers, tabernakels en strand leven.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van Kwakers, tabernakels en strand leven.

16 minuten leestijd Arcering uitzetten

XII.

Paterson leent zich uitstekend voor uitstapjes door mooi New Jersey. En aan bereidheid om per auto mij de schoonste plekjes te toonen, ontbrak het waarlijk niet. Trouwens, het zou andankbaar zijn, wanneer ik er hier niet even melding van maakte, hoe de broeders zich daai' geen moeite spaarden, om mij te gerieven. Zij' stelden als in wedijver auto's te mijner beschikking en als ik 's avonds een lezing haid gehouden, wilden zij niet, dat ik tnij door den trein zou'laten jagen óï op den trein wachten, maat zij brachten mij', meestal te middernacht, soms door den dikken mist, die nog al dikwijls boven de „meadow" (weiland) bij' Hoboken hangt, naa: r New-York. Dan moesten zij dat heele eind van anderhalf uur of langer weer terug. Daarom is het mij een behoefte hun hier nog eens uitdrukkelijk te verzekeren, dat ik hun welwillendheid niet vergeet.

Een prachtigen toer had men voor mij bedacht. Wij zouden een auto-rit maken over Pirinoeton, Philadelphia, naar ik meen zelfs Atlantic City en zoo' langs de kust van den Atlantischen Oceaan weer naar New-York. Maar zoo'n reis zou een heelen dag, van zeer vroeg in den morgen af in beslag nemen. En mijn leven was te druk, dan dat ik mij dat zou'kunnen veroojloven. Philadelphia moest van het program aï-Dit speet mij wel wat, want gaarne zou ik dit centrum va, n de merkwaardige sekte der Kwakers hebben bezocht. Maax misschien is mij zoo een teleurstelling gespaard gebleven. Niet, dat ik verwachtte, da; t de mannen er zouden rondwandelen in het schilderachtige kostuum, dat de pakjes Havermout te zien geven of de vrouwen, zooals men ze in Engelsche Christelijke romans wel vindt geteekend. (Als een Amerikaan u vraagt of de doorsnee-bevolking in Nederland gekleed gaat als de Markers en de Volendammers op de bekende plaatjes, dan Idoet men het best hem te antwoorden: Zeker, evenals de doorsnee-bevolking in Pensylvania nog altijd de kleederdracht heeft van den kwaker op de doozen van Hornby's Oat-meal). Neen, in dit opzicht zou ik stellig een illusie armer zijn geworden, dat de tegenwoordige Kwakers ver zijn afgeweken van den vromen eenvoud van William Penn. Het is dezen menschen van de wereldwijding gegaan als onzen Doopsgezinden. De verwereldlijking heeft op hen spoediger vat gehad dan op menige andere godsdienstige richting. De leer der algemeene genade wordt nooit straffeloos verloochend! Doch hierover voor het oogenblik genoeg. Later heb ik elders van ter zijde nog een blik op het Kwaker-leven kunnen werp'en. Mogelijk, dat ik dan op dit onderwerp' nog even doorga.

Toen Philadelphia was uitgeschakeld, verviel natuurlijk ook Atlantic City.

Onze eerste pleisterplaats dan was Princeton. Den „vrede en aangename rust", die ik er later zou opmerken, was nu veranderd in doodschheid. Nooit kan men er zich een iDeter denkbeeld van vormen, wat de Universiteit voor Princeton beteekent dan in de zomermaanden. Dan staan de colleges stil, de studenten zijn vertrokken, de professoren vermeien zich in hun zomerkwartieren. Maar dan lijkt Princeton ook uitgestorven. De restaurants rekenen blijkbaar niet op gasten, die schoon niet al te hooge, dan toch wel eenige-aanspraken maken op een beetje gecompliceerd maaJ, dat altijd meewerkt tot het gevoel van „uit" te zijn. Dit aardig gelegen stadje van ongeveer 6.000 inwoaiers, moet grootendeels van zijn Universiteit bestaan. De talrijke en grootsche gebouwen daarvan zijn dan ook de eenige bezienswaardigheid.

Een magnifieke auto-weg verbindt het met de zee. We reden recht op Ocean G-rO've en Asbury Park aan. Twee kustplaatsen, naast elkander gelegen, slechts door een smal water va.n èlka-or gescheiden. Doch het verschil tusschen beide is enorm. Ocean Grove heeft een Puriteinsch aspekt, in Asbury Park vindt men het op en top mondaine leven. Ocean Grove is weer ©en van de typisch Amerikaansche uitvindingen. Het is eigendom van de Methodisten. Geen gebouw van vermakelijkheid kan daa.r worden opgericht. Alleen zekere gewijde stilte mag er heerschen. Ook aa, n leden van andere gezindten, worden wel perceelen in erfpacht gegeven. Doch steeds onder beding, dat het karakter van de plaats gaaf gehouden moet worden. Stemmige villa's met even stemmige terrasvormige gazons vangen koelen zeewind op. Een duizende zitplaatsen tellende ta.bernacle of auditorium (vergaderzaal) opent herhaaldelijk zijn deuren voor hen, die stichting zoeken. Vooral 's avonds als aan 'de wijde boogen de talloozeelecitrische lichten gloeien moet het interieur in een-gedempt gouden sfeer leiden. Het gebouw beroemt er zich op „the largest organ in the world" (het grootste orgel van da wereld) te bezitten. Als men echter een poosje in Amerika vertoefd heeft, vat men zulk een aankondiging met een korreltje zout op. Want ook andere dergelijke vergaderplaatsen voeren eenzelfde pretentie. En de toerist, die geen duimstok onder zijn uitrusting telt, laat dit kalm over zijn hoofd gaan. Hij beveiligt zich door een dosis scepticisme in te nemen, al is hij daarvan overigens ook nog zoo afkeerig.

Ik noemde Ocean Grove een typisch Amerikaansche uitvinding. Want zij is niet de eenige van dien aard. Ook andere kerkelijke groepen hebben zulk een zomeroord. Vooral boschrijke streken aan een of ander meer worden daarvoor uitgekozen. ET gaat bekoring van uit gedurende die maanden de wellusten van het buitenleven te smaken en tegelijk de broederschap met geloofsgenooten te beoefenen, wat in het drukke bussiness-leven nog al wat te wenschen overlaat. Men noodigt sprekers uit om referaten te houden, belegt zendingsbijeenkomsten en wenscht zoo zijn Vakantie voor een deel ook dienstbaar te maken aan de verheffing van zijn geestelijk leven. Dat velen dezen tijd beschouwen als een paar „groote verzoenings"-ma: andein, is daarbij na.tuurlijk niet uitgesloten. In elk geval toont het, dat de Amerikaan ook in die rustperiode behoefte heeft aan aktiviteit. En zelfs, dat hij in menig opzicht bijzonder godsdienstig of wil men: „alleszins godsdienstig" is. Ook de Presbyterianen bezitten zulk een stichting. En de laatste jaren gaat eveneens het verlangen van vele Gereformeerden en Christelijke Gereformeerden (men versta deze onderscheiding niet op, z'n Hollandsch) daarnaar uit. Onder ons ZO'U zulk een idee zeker niet veel bijval vinden. Nederlanders zijn daarvoor te zeer met individualisme besmet. Maar de gemeenschapsgedachte, welke in Amerika; tot zooveel rijker ontplooiing is gekomen, wil zich blijkbaar ook op deze manier uiten. Men stelt zich daairbij echter Ocean Grove gewoonlijk niet tot model. Dat zou trouwens te veel vorderen van de beurzen. Want onder zijn strenge lijnen verbergt Ocean Grove het luxueuse. Gewoonlijk geeft men aan het meer eenvoudige, meer landelijke en het vrijere de voorkeur.

Doch nu Asbury Park!

Daar schettert de muziek u van ver al tegen. Op den strandboulevaid en langs de winkelgalerij schuifelen de zeelievenden in soms dichte massa. Geen echtgenoote heeft daar-eenige moeite haiar man te verliezen. Ook echter niet al te veel moeite hem weer terug te vinden. Want het vrouwelijk geslacht is daar ver in de meerderheid, zoodat een man betrekkelijk spoedig in het OiOg loopt. Wanneer het tegenovergestelde plaats had, zon het in moeilijker parket brengen. 'De p'aviljoens zijn op het strand en in de zee gebouwd. In de restaurantgedeelten zijn alle tafeltjes bezet. Daar kan men het best zien, hoeveel bonter het strandleven is dan in Scheveningen of Zandvoort. Geen enkele kleur wordt er gemist. AVelke kleur overheerscht, is niet uit te maken, maar zeker niet het wit.

Begeeft men zich op het strand, daar doet de eerste aanblik nog verder a, an. Geen glooiende, blonde duinen op den achtergrond, maa, r onaa, n-^ zienlijke winkeltjes, eldorado' voor de dagjesmenschen. Geen basaltmuren met stevige ijzeren ballustraden op den raaid vpn den bo'ulevard, geen hooge trappen met leuningen. Een kippensprongetje van den witten zerkzoom doet uw voeten glijcïen in het mulle zand. Breed is het strand niet. De kustglooiïng daalt langzaam af. Vandaar, dat het wateroppervlak, waarin men zwemmen en baden kan, aanzienlijk ruimer is dan bij ons. , 01 daarmee ^eg ik misschien te veel. Men moet al een heel eindje in zee gaan, om werkelijk te kunnen zwemmen. Dicht bij het strand blijft het maar plassen. Wie zwemmen wil, doet beter gebruik te maken van de swimming-pool (het zwera-baissin).

Tevergeefs zoekt men naar badkoietsjes, badtentjes en badstoelen. Waar kleeden die menschen zich dan uit voor de worsteling met het woeste element? Waar kleeden ze zich weer aan? Men maakt daar al heel weinig omslag mee. Bij de swimming-pool heeft men natuurlijk kamertjes, maar overigens doet men het zonder. De meesten komen vanzelf per auto. Welnu, deze doet tegelijk als badkoets dienst. Het eene na het a.ndere familielid verdwijnt er in en komt er zeewaardig uit. Ook behelpt men zich met een groote^, liefst roode p: arapluie, waaromheen men jassen en mantels spant. Zelfs is het geen zeldzaamheid, dat men in de straten dames tegenkomt, die-in .haar pension of

woning het badkostuum hebben aangetrokken en daaxover een zwierigen mantel. Als deze meerminnen wat in het zilte sop hebben gesparteld, leggen ze zich zonder zich om iemand te bekommeren in het zand te drogen met baidpak en al en wanneer' ze dan half gebraden zijn, gaan ze heen gelijk ze gekomen zijn.

Uit een en ander blijkt, dat het strandleven in Amerika — want ook ajndere badplaatsen vertoonden een zelfde beeld — veel ongegeneerder is dan bij ons. De zedelij kheidspolitie hier zou veel van wat daai gezien wordt, stellig niet gedo-ogen. Gelukkig komt men ook in Amerika zelf tegen excessen op. In bianta Cruz, , aan de kust van de Stille Zuidzee, las ik b.v., dat het dames niet geoorloofd is in badkostuum het hoiel te verlaten. Het zal echter noodig zijn, dat de conscientie van het publiek nog meer wakker woTdt geschud.

Aan den anderen kant mag echter ook niet verzwegen, dat het strandleven er minder geraffineerd is dan bij ons. De flirt, die in Europeesche zeebadplaa, tsen het strandleven verpest, , schijnt mij daar veel minder voor te komen. Het viel mij op, dat de heeren veel minder notitie namen van de dames, ook van die, die zich gewaagd gekleed hadden, dan ten onzent.

Blijft het strandleven, zooals zich dat de laatste kwarteeuw in de voorname zeebadea van Europa ontwikkeld heeft, een haard van ongerechtigheid, ook in Amerika dreigen er gevaren, al mag het publiek, naar ik van bevoegde hand las, er sexueel sterker zijn.

Ocean Grove en Asbury Park zijn bijna twee uitersten vlak bij elkaar.

Maar de ingetogenheid van Ocean Grove is niet bij machte tegenwicht aan te brengen tegenover het mondaine van Asbury Pjark.

De lichtzinnigheid van een café-chantant wordt niet geneutraliseerd, doordat het tegen een kerk is aangebouwd.

Dan — Amerika is vol uitersten.

Overgangen, middenschakels worden heel vaak gemist.

En om nu nog iets van de terugreis te vertellen.

De weg slingerde zich om de paleizen van den geldadel. xVristokraten willen de bewoners niet heeten. Toch zwaaien ze binnenshuis den scepter over een kleine hofhouding en regeeren ze buitenshuis niet zelden de markt. Hun ©eretitel „demokraat" en hun werkelijke positie vormen vaak weer uitersten.

Waarmee ik echter niet wil beweren, dat de Araerikaansche demokra.tie slechts schijn is.

Langs den Hudson.

Een tocht langs den Hudson mocht natuurlijk op het program niet ontbreken.

De Amerikaan is trotsch op deze rivier.

En niet ten onrechte.

Waar in Europa vindt men haar wedergade?

Van honderd kanten tegelijk zal men mij antwoorden: en de Rijn dan? Da, ar kan toch de Hudson niet tegen op?

't Is waar ook, men heeft den Hudson the American Rhine genoemd. Ongelukkiger kwalifikaiie had men wél niet kunnen bedenken. Waarschijnlijk heeft de reklame dien naam verzonnen. In ieder geval heeft ze hem geëxploiteerd en hem gesuggereerd. De Amerikaan, die nooit „den plas" overstak denkt nu: zoo ziet de beroemde Rijn er ongeveer uit. En de Europeaan, die in Duitschland heeft gereisd, zoekt naar punten van overeenkomst en verschil.

Wil men per se Rijn en Hudson in één adem noemen, dan moet men naar Katwijk gaan, waar de eerste zich ontlast in de Noordzee. Daar zit haast geen stuwing meer in het water. De klaterende bergstroom is een moe riviertje geworden. Maar vergelijk daarmee, hoe de Hudson in zee valt. Hij heeft in zijn loop zijn fierheid en waardigheid bewaard.

Het gaat toch waarlijk niet aan het stukje Rijn van Bingen tot Bonn voor den Rijn uit te geven! De jmieke schoonheid van dat deel te betwisten zou blijk geven gaarne in de contramine te willen zijn. Maar de Hudson is over heel zijn lengte met majesteit bekleed. Men bazele niet over den Rijn als over „den grootvorst van Europa, 's stroomen". Dan kan men beter vertrouwelijker benaming voor hem uitdenken. Daarbij dringt zicla vanzelf het oude „vader" Rijn aan u op. Vader Rijn! Ja, zoo is 't goed. Maar dan daartegenover: koning Hudson!

Men kan ook per passagierschip den Hudson opvaren. Prachtige booten, in den trant van de mooiste schepen der Alkmaarder Pakket, inaar dan veel grootscher van afmeting en weelderiger van inrichting, staan u daarvoor ten dienste en gij kunt b.v. tot Albany, het onde fort Orange meevaren. Of naar men mij vertelde, is de tocht in omgekeerde richting nog meer aan te bevelen.

Maar dan loopt ge weer gevaar, dat gij-u een boottochtje op den Rijn in de nabijheid van Remagen herinnert en ge zoekt naar ruïnes, naar een Loreley, naar een Muizento-ren en vindt die na, tuurlijk niet. Tien tegen een, dat ge dan zegt: 't valt me toch tegen. Daaienboven maakt de Hudson niet zulke knusse kronkelingetjes, maar is overal breed in zijn gebaar. Hij sluit het doorzicht niet telkens af; maakt van de plaats, waar ge u bevindt, geen ruime kamer, welke u den uitroep ontlokt: wat is het hier toch gezellig. Doch hij opent voor u echt op z'n Amerikaansch mijlenlange vergezichten.

Ik geloof dan ook, dat de Hudson in harmonie hiermee, op z'n Amerikaansch bereisd moet worden Niet met de langzame salonboot, maar met den mijlenvreter, de auto. Een der vrienden uit de omgeving van Paterson had voor mij dit tochtje georganiseerd. Zelf zat hij aan het stuurrad. En ondanks zijn zeventig jaren, toonde hij zich een meester in het automobielrijden. Hij hield van een vaartje. Maar alle wendingen voerde hij met vaste hand uit. De snelheid (die vanzelf daax niet het gevaar oplevert als in ons dichtbevolkte Nederland) belette niet de schitterende rotspartijen, die door het aanleggen van den beroemden Storm King Highway zijn onthuld, gretig in zich op te nemen. De dichtbeboschte heuvelenrij aan den anderen oever met afwisselende loovertinten, de groene Hudson, de blauwe hemel, de roodgeplekte grijze rotsen .gaven een zeldzaanen kleurenrijkdom te genieten.

Bij den Mount Beacon werd gestopt. Hoog is deze berg niet. Slechts 1400 voet. Daarenboven maakte een kabelspoor de bestijging gemakkelijk. Men had trouwens geen keus. Want noch voetpad noch autoweg viel te ontdekken om naax boven te komen. De 09vers van den Hudson zijn nog niet in kuituur gebracht. Op vele plaatsen rijdt men langs echte wildernissen, wat voor den onvervalschten natuurliefhebbers geen geringe attractie uitmaakt. Bovenop den Moimt Beacon staat een restaurant en een monument. Deze „berg" heeft in den Vrijheidsoorlog een groote rol gespeeld. Daar werden de signaalvuren ontstoken, die tot bij New-York werden gezien.

Heel de Hudson is vol historische herinneringen. Alleen op weinige plaatsen, w.o. dan de Mount Beacon, werd die herinnering in steen vastgelegd. De t\merikaan gum 'zich blijkbaar nog niet den tijd historische punten tegen de vergetelheid te beschermen. Hij leeft meer in het heden en de toekomst, dan in het verleden. Wanneer echter zijn land meer bevolkt zal zijn, dan zal hij den drang om het verleden op te graven, niet kunnen weerstaan. En ({axi... wie weet, zal ook de Hudson worden het middelpunt van sagen. Of zouden onder de Indianen geen vertellingen voortleven van het mysterieuse, dat hmi voorvaderen eens aan den Hudson waarnamen?

Een andere plaats, waarvan de historie hewaard bleef, ligt aan den overkant. Het is Westpoint. Thans verrijzen daar de gebouwen van de Mihtaire Akademie. Toen wij over de exercitievelden reden werden er 'juist mannetjes in flatteerende uniformen gedrild. Maar nu de historische gedenkwaardigheid. Te Lintum verhaalt in zijn „Geschiedenis van het Amerikaansche Volk": „Plotseling, in den zomer van 1780, kwam hierbij nog het schandelijke verraad van den generaal Arnold, den Amerikaanschen Rennenberg. Arnold, een der meest vertrouwde vrienden van Washington, had het commando verkregen over het fort West Point, even boven het nog steeds door de Britten bezette New-York. In de buurt daarvan bij Stony Point hald hij op zekeren avond in September een geheime samenkomst met den Engelschen officier André. Deze werd echter op den terugweg gevangen genomen en bij hem vond men de bewijzen van het beraamde verraad. West Point bleef behouden, André werd opgehangen, maar Arnold wist naar New-York te ontvluchten. Wat fde oorzaak van z'ijn treurige daad aangaat, moet men blijkbaar vragen: „oü est la femme? " Hij was kort tevoren getrouwd met een koningsgezinde Amerikaansche.”

Wij kunnen nog dieper in het verleden terugtreden. Onze oude Hollandsche kolonisten liebben den Hudson "druk bevaren, hebben aart zijn oevers menigen voetstap staan. Die voetstappen zijn echter veelszins uitgewischt.

Wanneer zal er een volledige geschiedenis van de Nederlanders in Noord-Amerika worden geschreven?

Dan zou de Hudson voor ons nog blijder stroomen.

Doch ook nu reeds voelt gij den band met het verleden trekken.

Er hangt een Hollandsche lucht over den Hudson,

Het Lange Eiland.

Ook daarover maakte ik een autotocht.

Ik geloof niet, dat vele bezoekers uit den vreemde dit doen. Maar voor onze landgenooten, die onder de bekoring der historie leven, is het bijzonder interessant.

Ook hier komt ge onze voorvaderen op het spoor. Brooklyn, het oude Breukelen, geeft reeds een eerste aanwijzing. En wanneer men langs de dooT boomenarmen overwelfde lanen het binnenland indringt, leest ge in de dorpen menigen Hollandschen naam. Bijbelsche dorpsnamen als Jericho en Babyion doen ten deze ook iets vermoeden. Long Island, tegen New-York aangedrukt, dicht bevolkt, gaat ten laatste in een wildernis van struikgewas over. Het draagt de rijk gestoffeerde villa.'s vankapitalisten, maar op Jericho en Babyion aan heeft het ook plaats voor sobere, soms schaanele woning.

Het heeft overvloed van zuivere lucht, overvloed van visch en vischgelegenheid in de sierlijke g? kromde bays (baaien), overvloed van klein wild.

Aan een van die bays, Oysterbay, had Roosevelf een geliefkoosd buitenverblijf.

Niet ver vandaar ligt hij ook begraven.

Ik bracht, gelijk gebruikelijk is, een korte pelgrimage a, an zijn graf.

En ik vernam, hoe het laatst van zijn leven al meer uit de volksheugenis uitslijt.

Hoe men hem thans onder de miskenden telt.

Hoe men hem in vele kringen op deze wijze wil rehabiliteeren: De groofste president der Vereenigde Staten was Lincoln, maar onmiddellijk na hem komt Roosevelt.

Hoe men in Roosevelt steeds meer ontdekt het zuivere type van den modernen Amerikaan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 maart 1925

De Reformatie | 8 Pagina's

Van Kwakers, tabernakels en strand leven.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 maart 1925

De Reformatie | 8 Pagina's