„Aèsthetisch” of „Puriteinsch”, door Dr J. Wille. Amsterdam — H. A. van Bottenburg.

Bij de aanvaarding van zijn hoogleeraarschap in de Nederlandsche Taal en Letterkunde aan de Vrije Universiteit, oreerde Dr J. Wille over bovenstaand belangrijk ondeiTverp, belangrijk, omdat de quaestie, waar het hier om gaat, tegenwoordig weer algemeene belangstelling heeft en omdat een wetenschappelijke èn principiëelo voorlichting dienaangaande alleszins noodig is. Nu kon Dr Wille in den beperkten tijd, dien hij voor het uitspreken van zijn oratie beschikbaar had, natuurlijk niet de quaestie in haar vollen omvang behandelen. Daarom bepaalde hij zich tot een kritisch onderzoek van de historische bijzonderheden daarbij betrokken, en tot een onderling verbinden van het desbetreffend feitenmateriaal. Dat de taak, die hij zich stelde, ook bij deze beperking groot en moeilijk was, zal ieder verstaan, die met dit vraagstuk zich heeft beziggehouden. De wijze echter waarop Dr WiUe zich van die taak gekweten heeft, verdient aJle lof. Kort en zakelijk, maar vooral principieel, geeft hij de resultaten, die een historisch onderzoek van de quaestie oplevert, in de bespreking eerst van eenige moderne Duitsche theorieën, daarna van de toepassing daarvan op Engelsche literaire toestanden der 17e en 18e eeuw, vervolgjens van het ontstaan en het daeu'mee samenJiangend karakter van onze Nederlandsche literatuurgeschiedenis en eindelijk van de wezenlijke verhouding der Nederlandsche Gere formeerden tot de letteren, inzonderheid in onze gouden eeuw.

We zijn Dr Wille dankbaar voor deze studie, die niet slechts inzicht geeft in historische ontwikkeling, maar ook allerlei dwaalbegrip omtrent puritanistischa „kulturfeindlichkeit" met de feiten weerlegt en daartegenover de juiste verhoudingen aangeeft. En, waar hij met het geven van voorlichting op dit gewichtige punt een aanvang heeft gemaakt, hebben we goede hoop, dat we daarover meerdere publicaties van zijn hand zullen mogen ontvangen.

Ter aankondiging ontvingen we een prospectus van Gezelle Meerburg's Scheurkalender, dat, naar een teekening van Harold Copping, als schild weergeeft de ontmoeting van Jezus met de Samaritaansche vrouw, en als premieboek in uitzicht stelt „Het Eene Noodige" door A. L. Laiitzberg.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen