GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

HET BOEK VAN DE WEEK.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HET BOEK VAN DE WEEK.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Roep der Velden. Uitg. A. G. Schoonderbeek, Laren.

Onder de vele boekensoorten, die O'uze tijd kent, vormen een belangrijke en over 't algemeen zeer verdienstelijke groep de uitgaven, welke we met den naam van natuur-boeken kunnen bestempelen. Ze teekenen alle het leven der natuur, van dierenen plantenwereld, soms beschrijvend, veelal ook in verbalenden vorm, maar altijd zóó, dat de lezer niet een toeschouwer-van-verre is, maar midden in een schoone en immer verrassende werkelijkheid staat. In zekeren zin zijn deze natuur-boeken jachtverhalen, maar dan gaat het niet om een jacht-

buit van gedooid wild of geplulcte planten, doch van waarneming, kennis, bestudeering van de levensgewoonten en levensvormen van dieren en planten en liet jachtwapeu is niet een geweer, maai' een fototoestel, dat zorgvuldig wordt opgesteld en van een goedgekozen schuilplaats uit wordt bediend. Zelfs op het terrein van de groote jacht, de oerbosschen der tropische streken, begint meer en meer deze ' vorm van jagen in zwang te komen. Nog onlangs verscheen in Engeland een prachtwerk over het dierenleven in den jungle, resultaat van een zeer gevaarlijke maar welgeislaagde expeditie, die als buit opleverde een serie zeldzame foto's van tijgers, olifanten en rhinocerossen in hun natuurstaat.

Deze natuurboeken zijn de vrucht van opwakende belangstelling in het natuurleven en ze bedoelen den rijkdom te doen zien, die in de schattieir der natuur verborgen ligt en genoten kan worden door ieder, die voor het zoeken naar zulke schoonheid den tijd en de moeite nemen wil.

Behalve de vertaalde werken van dit soort (die van William Long, Hermann Löns, Schillings „Met flitslicht en buks", Wiele's ^, Voor Hagenbeck naar de Himalaja", e.d., bestaan ook tal van oorspronkelijk-Nederlandsche natuurboeken. We noemen de serie van Heimans en Thysse, het „Vogeiboek" van Kerst Zwart, de „Vogelidyllen" van Vijverberg, „Snelvoet" van Kuylman, „Met zes zintuigen de natuur in" doo> r Prof. Dr A. v. Veldhuizen, „Vogelleven in Nederland" door A. B. Wigman, „Door zon en wind" en „Zon op de golven" van li. J. de Stoppelaar als bekende proeven, die ook'voor den niet-bioloog interessant zijn en hun beteekenis hebben.

In 't bijzonder beijvert zich de Uitgever A. G. ychoonderbeek te Laren in het verzorgen van zulke natuurboeken. De Löns-serie, die nu reeds 9 deel en telt, en de zoo juist genoemde boeken van D© ytoppelaar zijn uitgaven van hem, door rijke illustratie met foto's en. teekeningen werken, die alom de aandacht getrokken hebben. En aan deze uitgaven heeft hij nu' onlangs een nieuwe toegevoegd, die de vorige overtreft en op dit gebied een .standaard-werk heeten mag: „De R o e p' der Velden".

In dubbelen zin is dit boiek een uitgave van den hefer Schoonderbeek: niet slechts de technische bewerking, maar ook de samenstelling is aan zijn zorg toevertrouwd geweest, zooals hij aan 't slot van het boek meedeelt. Rinke Tolman, de bekende journalist-natuurhistoricus, bracht hem op het denkbeeld van. verschillende menschen, die zich bewegen op het terrein van natuur-onderzoek, een of meer bijdragen te vragen voor een verzamelwerk en uit die „zelfkeur" weer een keuzfe tretten, zijn toegevoegd, stellen ons in staat dit plan te werk, vroeg en. verkreeg de gewenschte keur-collectie en deed daaruit zijn keuze, door tweeërlei overweging geleid: „de inhoud van het boek moest afwisselend zijn, de opgenomen bijdragen typeerend voor het werk van den Auteur"; hij verzekerde zich de medewerking van kunstfotografen en den penteekenaar Staring, verzocht de Auteurs zich bij de lezers te introducieeren door een korte auto-biografische schets en deed zoo, einde 1927 zijn boek verschijnen, , in quarto^-formaat, 328 bladzijden groot, verlucht met tal van schitterende, welgekozen foto's.

Een prachtwerk dus, dat zeker waard is als „Boek van de Week" onder de aandacht van onze lezers gebracht te worden. Want, laat ik het dadelijk zeggen, de Uitgever is in zijn opzet volkomen geslaagd: hij heeft inderdaad een boek van rijke afwisseling gebracht en bijdragen samengevoegd, die typeerend zijn VOOT het werk van de Auteurs; do auto-biografische schetsen, die, bij hun .portretten, zijn toegevoegd, stellen ons in staat, dit laatste te eonstateeren. En de toon, versoheidon uiteraard, omdat velen aan 'het woord komen, is, heel het boek door, boeiend, frisch, levendig, zóó, dat men blijft lezen, al verandert ook telkens het aspect en zwer^-en we met de Schrijvers heel het land door.

De natuun'rienden, die ons op hun waarnemingen en eiTaringen vergasten, zijn 15 in getal, te weten: J. B. Bemink, A. L. Broer, J. Drijver, J. J. Hof, Herman de Man, M. H. A. Staring, R. J. de Stoppelaar, J. P. Strijbos, Dr Jac. P. Thijsse, Rinke Tolman, Prof. Dr A. van Veldhuizen, J. Vijverberg, A. B. Wigman en Kerst Zwart, allen bekenden dus, van wie vrijwel allen als Auteur op dit geliied zich een goeden naam verworven hebben. Van de meesten dezer Schrijvers is meer dan één bijdrage opgenomen, zoodat het aantal artikelen van het boek ongeveer 60 bedraagt en, gezien de namen van deze medewerkers, zijn we gewaarborgd, dat de inhoud van het boek zakelijkgoed en natuurwetenschappelijk-betrouwbaar is,

't Is natuurlijk niet mogelijk van dezen rijken inhoud een samenvattend overzicht te geven .'en een cm somming van titels zou eentonig en ten slotte ook nog wéinig-zeggend zijn. Ik volsta dus met korte aanduidingen, niet het minst ook, omdat alleen zelflezen tot een ten volle genieten van dit mooie boek leiden kan: zelf-lezen èn zelfzien de zeer illustratieve foto's, die zonder meer reeds het werk tot epn waardevol bezit maken.

Bemink dan leidt den lezer rond in Twente \ en vertelt van zijn Museum in Denekamp. Met Ds Broer gaat men naar het Noorden, naar de omgeving van' Hindeloopen. Drijver doet den vogelrijkdom van Texel zien. Hof, een plantkundige, beschrijft de lythrum salicaria (kattestaart) en haar wonder bevruchtingssysteem, de vliegenzwam en de vlinderblcemen in wintertijd. Herman de M'an, die immers bekend is als de Schrijver van onderscheiden romans uit 't boerenleven van Zuid-Hollands waarden, teekent hier de natuur van die streek. Staring, die zich in 't bijzender voor het dierenleven interesseert, geeft artikelen over den Klauwier en den Muizenbuizerd. Ds de 'Stoppelaar voert den lezer natuurlijk naar zijn specifiek jachtterrein: de plassen en velden van Friesland, waarvan hij in zijn boek „Zon opi de golven" zco enthousiast heeft verteld. Strijbos heeft weer een ander doel. .Hij wil de levensgewoonten der vogels doen kennen en voor hem is vooral het fototoestel een-onmisbaar (en met groote virtuositeit gebruikt) jachtwapen. Met hem is de lezer werkelijk op jacht, tusschen de wadden, bij Texels vuurtoren, in de duinen. Dr Thijsse, een van de pioniers op het terrein van de studie der levende natuui', schrijft een zeer leerzaam artikel over den doornappel, echt een Thijsse-stuk, dat ook voor den niet vakkundige smakelijk is. Rinke Tolman vestigt weer van het détail de aandacht op het geheel en beschrijft landschappen in hun Meifleur. Prof, van Veldhuizen zwerft met ons rond op zijn terrein: Noord-Drente en hij geeft weer enkele van zijn mooie natuurstudiën, zooals we die uit zijn boek en tijdscliriften-bijdragen kennen: natuurbewondering in het licht van scheppdngsschoioaheid en Scheppers-heerlijkheid. Vijverberg en Wigman en Kerst Zwart, vogelkenners en - liefhebbers, teekenen de vogelwereld op Schouwen, de Veluwe en in de Crraafschap, telkens weer anders, en altijd levendig en interessant.

Uit deze korte aanwijzingen kan men ziien, wat dit boek te genieten geeft: veelvuldige en veel-• vormige natuiu-schoonheid, werkelijkheid van planten en» dieren, van 't Hollandsche land en het Hollandsche water, levendig en rijk, altijd en overal. En het kan, ook zonder een afdalen tot in bijzonderheden, duidelijk zijn, dat het boek een schatkamer is, waarin op zeer smakelijke wijze de schatten der natuur liggen uitgestald. Het altijd-veranderende, de variatie van stijl en toon, van onderwerp en milieu doen het boivendieaa frisch blijven, zocdat de lezer tot het einde toe geboeid is.

Veel en rijk kan men in dit boek genieten), vooral ook omdat de roep der velden, zoioals die opklinkt uit wat beschreven wordt, is een juichtoon ter eere van den.Schepper, die al deze schoonheid tot aanzijn riep. Niet altijd is die lofverheffing de getoonzette symphonie der stukken zelf (we voelen dat bij bepaalde beschrijvingen zelfs als een gemis; maar het is wel altijd de resonans van de lectuur in onze eigen ziel. En dat maakt dit boek zoo aantrekkelijk, maakt het tot een bezit voor iedereen, waardevol, omdat het de kennis verrijkt, de liefde tot de natuur verlevendigt en het schocnheidsbesef veredelt. Den Uitgever komt voor dit prachtwerk een Avoord van dankbare waardeering toe.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 maart 1928

De Reformatie | 8 Pagina's

HET BOEK VAN DE WEEK.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 maart 1928

De Reformatie | 8 Pagina's