GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Hélène Swarth „Kinderen”.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hélène Swarth „Kinderen”.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Feiiige jaren geleden verscheen bij den uitgever J. H. Kok te Kampen eon verzenbundel van de dichteres Hélène Swarth onder den titel „Avonddauw".

Men herinnert zich de blijde ontroering, die deze bundel wekte.

Van de beginjaren der Tachtigersperiode af kende men Hélène Swarth als de dichteres van het pessimism.c, van de sombere, lichtlooze melancholie, dio de teleurstellingen van haar jeugd nooit vergeten kon en geen hoop of verwachting meer had.

En nu was daar ineens het getuigenis, dat de dauw der genade over haar levensavond was neergezegen, nu was daar uit dat pessimisme de verheffing naar de hoogte van het licht. Tegenover de troosteloosheid van vroeger glansde nu de vreugde, in plaats van het uitzichtlooze doordichte nevels van donkerheid was er nu het opengaan van een wijd en heerlijk verschiet.

Alom is in onzen kring het getuigenis van „Avonddauw" met blijdschap ontvangen: een begin, zeker, maar dat dan toch de verwachting wekte op een eindelijk vinden van den vrede, die alle verstand en ook all© teleurstelling en levensverdriet te boven gaat ;

Sindsdien zijn, voorzoover mij bekend is, twee nieuwe bundels verschenen: „Natuurpoëzie" en kortgeleden „Kinderen" - -maar de vervulling van do gewekte verwachting brachten ze niet. Zelfs vindt men er veelmeer de oude dan de nieiuwe Hélène Swarth in terug en van de stijging uit ©en leven van triestig tobben tot de hoop op eeuwige vreugde bespeurt men niets.

De verklaring van dit bij eersten indruk vreemde verschijnsel is, dat de beide later verschonen bun­

deds vroeger gedichte verzen bevatten. Uit de veelheid van bijdragen aan tijdschriften, die gedurende een arbeidsperiode van bijkans 50 jaar waren ontstaan, verzamelde Hélen© Swarth de verzen over eenzelfde stof. En die rangschikte ze en gaf ze onder een gemeenschappelijken titel uit. De bij en op „Avonddauw" aansluitende verzen moeten dus nog komen, als ze tenminste komen, en „Natuurpoëzie" en „Kinderen" hebben met den ïnhoiud en den geest van „Avonddauw" niets uit te staan.

't Is noodig, dat we dit in het oog houden, als we den bundel „Kinderen" openslaan; anders zoiuden we van een verkeerde praemisse uitgaan en, tot een foutieve conclusie komen.

„Kinderen" i) bevat verzen uit de achterliggende jaren van de dichteres, misschien wel enkele van meer recenten datum, maar toch in hoiofdzaak oudere poëzie, verzen, die alle het kind tot onderwerp hadden en daarom onder één verzameltitel waren te vereenigen.

't Zijn ruim 80 gedichten, veelal sonnetten en dan in de verschillende variaties die deze dichtvorm toelaat, maar ook strophische verzen, terzinen, twee-of meerregeUge versgroepen. En ze reflecteeren ieder voor zich het kinderleven, handelend over kinderstoutheid, kinderverdriet, kindergedachlen, kinderfantasie, kinderspel, kinderverlangen, ook Icindergebed. Op de eenvoudige, sobere manier, die Hélène Swarth kenmerkt, worden vaak fijne gedachten geuit, die van liefdevolle en scherpe waarneming getuigen. Geheel in overeenstemmii^ met de na Tachtig veelvuldige kunstscheppingen die kinder-figuren ver-beelden, zijn ze gericht op psychologische beschouwing en het zich inleven van do ouderen in de wereld van het kind. Wat wei vinden in het proza van Carry van Bruggen, Ina Houdier-Bakker, Anna van Gogh-Kaulbach e.a., zien v/ü hier in de poëzie: het kind in zijn zorgen en, vreugden.

Er is veel moois in deze verzen en dat ze, aldus vorzameld, bewaard zijn uit de verdwijning in tijd-Bchviftbladzijden, is de directe verdienste van deze uitgave.

Maar wel is de geest van deze kinderverzen karakteristiek voor de vroegere Hélène Swarth. Al dadelijk spreekt dat uit het somiet dat den bundel opent. Een moeder heeft haar sluimerend kind op de schoot der dichteres gelegd. En deze ziet neer op „'t blank gelaatje, omblond van glanzend vlassen, aromig haar", op „de rozevoetjes bloot", op de „ontloken lipjes", op het „klein meisje, droomend op de grens van 't leven".

En dan volgt deze ontboezeming:

„Bij 't vreemde kind, mijn hart geleend voor even, Voorvoelde ik toen met felle zekerheid Dat nooit mijn hart van moedervreugd zou beven, Dat nooit mij liefde een eigen kind zou geven Maar enkel droomen, smart en eenzaamheid? "

Indien laatsten regel, gesteld in den vragenden vorm, Tslinkt de grondtoon door van gansch de poëzie van Hélène Swarth, de herinnciring aan de bedrogen liefde, die haar smart en eenzaamheid heeft gebracht.

En telkens dringt uit de beschouwing van het kinderleven en de waarneming der kinderziel die desillusie naar voren.

Als ze een blij en zonnig kind ziet glimlachen, barst ze uit in een hartstochtelijk:

„Kind, zegen mij, dat eens, van de aard gereten Mijn heimweeziel den Hemel wedervind"!

En als ze een kind opgetogen hoort roepen, dat het van zijn leven nog niets heeft gezien dat zóó mooi was, (als de lichtjes rondom een vijver), klaagt ze:

„Kind, voel je al nü den tijd gesplitst in deelen? Is heel je leven niet meer Nu en Hier? "

Voorts trekt het met heimwee terugdenken aan vroeger, toen het leven zoo vol van beloften en rijk aan verwachting was, als een donkere draad door heel dezen bundel heen. Ik wijs op verzen als „Lentemargen", de heriim.ering aan blijde, zorgenlooze jeugd, „Zomeravond", „In Avondgoud", „De Legkaart", dat eindigt in de pessimistische wooi'den: ' / ' •'•

„O kinderen, kruipende aan den grond verbonden! Zoekt langer niet! — 'kHeb 'took niet weergevonden, 't Verloren dak, dat mij bescherming bood";

„De kleine Kroonprins", „Vereenzaamd", „Zomerdroom", waarvan de laatste regels luiden:

En het droombeeld verdween En het leven werd arm weer: Ik bleef alleen.

Opmerkelijk is ook het naar verhouding groote aantal verzen over kindersmart en kindersterven, b.v. „Het doode kindje in April", „Stervend kindje", „Hemelheimwee", „Laatste dag", „Verlaten", „Na moeders dood", „Die vreemde vrouw" ('n tweede moeder), „Vereenzaamd", „Miskend", e.d.

Dit zijn alle de typische trekken van het beeld, dat we uit de poëzie van Hélène Swarth die vóór „Avonddauw" ligt, kennen: heimwee, somberheid, dood, verlangen.

En al staan daar nu wel andere verzen tegenover („St. Nicolaas", „Sneeuw", „Bouwen", „Luchtballonnen", „Wondertol", „Lezen en platen kleuren" e.d.), de geest van dezen "bundel is die van het pessimisme, dat Hélène Swarths poëzie altijd heeft gestempeld.

En daarom, al erkennen we gaarne de verdienste van deze verzen uit artistiek oogpunt en achten we hun vereeniging tot een bundel een goede daad — bevredigen kan „Kinderen" ons niet.

Na „Avonddauw" hoopten we op èmdere verzen, verzen van de veranderde Hélène Swarth, die van dat neerdrukkend verleden zich heeft bevrijd en opziet naar een verheffende toiekomst. Al bewaren „Natuurpoëzie" en „Kinderen" veel^ dat het bewaren waard is, omdat Hélène Swarth een kunstenares is, die de harp der poëzie met groot talent bespeelde, op grond van , , Avonddauw" hopen we op een rijker erfenis, dan die van goede literaire kunst alleen, op een einde van haar levenslied in een overnemen van de accoorden, die Jacqueline

van der Waals heeft aangeslagen, toen ze in haar „Die mijns harten vrede zijt" als de slotsom van haar levenservaring aangaï: „Buiten U is niets dan strijd, niets dan moeite, niets dan zorgen..." Want zulk een ©inde zou beteekenen dat ze, na aJ haar levensstrijd, in Christus den stervensvrede gevonden heeft.


C. T.

") Uitg. van J. H. Kok te Kampen, 1932.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 februari 1933

De Reformatie | 8 Pagina's

Hélène Swarth „Kinderen”.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 februari 1933

De Reformatie | 8 Pagina's