GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

UIT DE SCHRIFT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

UIT DE SCHRIFT

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hooren is meer en eer dan zien.

En hunne oogen werden gehouden, dat zij Hem niet kenden. Lucas 24 : 16. Als een moeder voor haar kinderen een groot geschenk heeft, en de dag, om 't aan te bieden is gekomen, en zij verhindert de kiaderen, het geschenk te zien en in ontvangst te nemen, terwijl ze toch al maar door erover spreekt, en nog eens spreekt, — wat zegt ge van zoo'n moeder? Vooral, wanneer ge zelf een kind zijt, en geen pose van paedagoge aanneemt?

Misschien durft ge niet antwoorden, omdat ge voelt, waar de vraag heen wil. Ge overlegt bij u zelf, dat Christus, die oogen der „Emmaüsgangers" „houdt", dat ze Hem, het groote ? Paaschgeschenk, niet zien, terwijl Hij toch maar al door over dat Paaschgeschenk spreekt, op die moeder erg veel lijkt. En omdat ge van Hem geen kwaad wilt spreken, daarom laat ge de strikvraag over die vreemde moeder maar liefst onbeantwoord. Maar in uw hart

•* * * 't Is goed, dat ge uw critifek inhoudt. Maar ge moet nog één stap verder. Ge moet onder Z ij n critiek door. Ge moet ervan uitgaan, dat Hij gehjk heeft, dat Hij Uefheeft, dat Hij het groote Paaschgeschenk niet weerhoudt, maar het met volle hand aan komt dragen, en dit met haast.

Want het groote Paaschgeschenk is niet de geziene Jezus, doch de gehoorde Jezus Christus.

Als de geziene Jezus het eigenlijke Paaschgeschenk was, wel, wat waren w ij, de achtergeblevenen van 1946, dan arm. Dan hadden wij nog nimmer Paschen gevierd: niemand onzer zag Hem ooit met deze onze oogen.

Maar nu de iiit het Woord gehoorde boodschap van Jezus als den Christus het eigenlijke Paaschgeschenk is, wel, nu blijkt ons, dat Jezus Christus zich haast, om aan de verlegen kinderen het groote Paaschgeschenk te kunnen toebedeelen.

Hij houdt de oogen van de reizigers naar Emmaus vast. Dat ze den vertrouwden Je2nis-van-VToeger niet voortijdig, en niet doelloos zien. Want het is nu de dag van HQOREN. Alle kinderen van Gods kerk zullen'voortaan'hebben te HOOREN. Te hooren naar het WOORD. En, opdat de een onder die kerkekinderen den ander niet zou vóór-komen, daarom sluit de hoogste Profeet en Leeraar bij deze kiaderen van Emmaus de lichamelijke oogen toe, net zoo' lang, totdat het HOOREN naar het WOORD vol-eind is naar de eischen van dit kerkbouwend oogenblik. Had Hij zich aan hen vertoond als de Jezus-van-eertijds, vóórdat het WOORD was aangehoord ia hun discursieve denken en overdenken naar de analogie des geloofs, d.i. naar de analogie van den eenen geloofsinhoud met den anderen, van de ééne profetie met de andere, dan zou het zaad des Woords verstikt zijn ia de doornen, d.w.z. in de verleiding van den rijkdom van beneden, den rijkdom van een weiden-van-de-oogen-van-hetvleesch-aan-eenen-schoonen-Ujfelijken-Jezus. Maar zalig zijn heden immers al degenen, en alleen degenen, die niet zullen gezien, en nochtans tullen geloofd hebben? Dies maakt Hij zijn reisgenooten aanstonds zalig; hij laat hen gelooven, wat de Schriften schreven, en eerst als dat hooren, oftewel gelooven, zijn voltooiing vond, eerst dan laat hij hen even zien; héél even maar. Want dat zien isnu geen lust op en in eichzelf meer, doch een last, d.i. een opdracht. Het is alleen maar documentatie, als Hij laat zien. Het is het leveren van een bewijs ten overvloede, opdat zij, als oogen van de kerki ons zouden betuiggn, dat Jezus waarlflk is de Christus, dat Hij echt dood geweest is, en nu leeft.

Wie naar de fihn gaat „zien" omhetzien, die wil'geen preek-vooraf; die wil visueel genieten. Komt er een moraal-impressie na het verglijden van de laatste beelden, hij neemt ze op den koop toe; — als hij capabel er voor is. En doet dit naar z ij n believen.

Maar wie gesommeerd wordt een documentatiefilm te komen zien, die moet eerst de boodschap „hooren", die moet goed weten, waar het over gaat en moet het van te voren weten. En daar n a móet hij ten overvloede zien. Dat is dan geen zwelgen in een visueel genot, maar arbeiden van den bevnjzen-incasseerenden geest: bewijzen, die de tevoren aangehoorde boodschap verifieeren als waarachtig.

Het beeld, dat wij gebruiken, was den Emmaüsgangers vreemd. Maar de zaak, die vwj onder dit beeld vwUen 'plaatsen voor de aandacht, die zaak was hun niet vreemd. Ze hebben het HOOREN geleerd, en het ZIEN verdragen; — en wie ook aan zoo'n vreemde moeder zich stooten mocht, aan onzen Paaschpaedagoog zal ik me niet meer stooten in der eeuwigheid. Ik, als ik Hem HOOR.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 27 april 1946

De Reformatie | 8 Pagina's

UIT DE SCHRIFT

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 27 april 1946

De Reformatie | 8 Pagina's