GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Leestafel.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leestafel.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

1. RUDOLPH SOHII. D E GESCHIEDEOS DER KEBK IN HARE GRONDTREKKEX GESCHETST. Naar het Duitsch bewerkt door L. H. F. A. Faure. Met een voorrede van Prof. Pr. H. G. Kleyn. Derde druk. Nijkerk—G. F. Callenbach 1917.

Reeds in 1889 gaf Ds. FAURE, predikant te RHEDEN, een vertaling van SOHM'S KJRCHENrtipïscHiCHiE IJl GRU-SBRISS en schreef nu wijlen n ni' Utrechtsche hoogleeraar KXEÏN bij dje veri, .ling een v-oorrede.

Toen later van het Duitsche bock een tweede en belangrijk vermeerderde drak verschenen was, bezorgde Ds. FAURE ook daarvan een bewerking, die in 1904 verscheen.

Het boek schijnt, in Hollandsch gewaad gestoken, nog al aftrek te hebben, althans de Uitgever Callenbach oordeelde, dat een derde - druk noodig was.

Deze, evenzeer door Ds. FAUTIE bewerkt, ligt hier voor mij. Ook DR. KLEYN wees op de verdienste van dit werk van den Duitschen rechtsgeleerde toen hij schreef, dat daarin, meer dan in andere compendia een duidelijke voorstelling van den gang der kerkgeschiedenis werd bijgebracht. Terwijl die andere compendia onze aandacht te veel op tal van bijzonderheden vestigen, of ons slechts bij belangrijke personen en gebeurtenissen bepalen, is dit hier anders.

In het geschrift van SOHM worden", zoo schreef KLEYN, »de lijnen duidelijk en zuiver getrokken, zonder ditt wij een dor geraamte voor ons krijgen. Hier wordt ons de geschiedenis des Christendoms in hare inwendige noodzakelijkheid geschetst, en wel Op zulk een wijze dat daaruit tegelijk de onvergankelijke kracht des Evangelies büjkt. En dit geschiedt in een schoonen vorm, waardoor de lezer van het begin tot het einde geboeid wordt."

Met dit al zijn er voor ons Gereformeerden ook bezwaren tegen SOHM'S kerkhistorische beschonwingen.

Bezwaren die ook door Prof KLEÏ"N werden gedeeld. Hij schreef dan ook in zijn voorrede: »Het ware te wenschen dat ook uit den boezem der Hervormde Kerken iemand opstond, die een dergelijkea arbeid ondernam. Zunder twijfel zouden van het standpunt der Zwitsersche reformatie enkele lijnen anders getrokken, enkele punten (met name het kerkbegrip) anders behandeld worden."

Ik denk hier-ook aan de magistrale rectorale Oratie van PROF. RUTGERS over het KERKRECHT in welke rede SOHJI'S standpunt in zake kerkrecht wordt bestreden.

Niet zonder voorbehoud is de lezing van SOHJI'S boek dan ook aan te bevelen. Ook Ds. FAURE vertelt in zijn voorrede voor den tweeden druk, dat hij niet geacht wil worden met elke opvatting van den geleerden schrijver.in te stemmen ; en dat dit dan voornamelijk geldt zijn KERKBEGRIP EN WAT DAARMEDÈ SAiiENHANOT.

Toch zal men onder de lezing getroffen worden door menig juiste opmerking, die inzicht, ook in wat KLEYN noemde den GANG DER KEBJCGESCHIEDENIS, kan verdiepen.

Voor wie het boek in zijn jongste bewerking niet kennen laat ik hier de partitie volgen.

Het is verdeeld in vijf hoofdstukken.

Hoofdstuk I bevat: HET BEGIN : Inleiding, V crvolgiugen, innerlijke Ontwikkeling, Staatskerk.

Hoofdstuk n DE MIDDELEEÜWEN heeft:

Een Inleiding, Het Frankische Rijk en Het Dnitsch-Middeleeuwsche tijdperk.

Hoofdstuk ni HEX XIJDPERK DER HERVOR-Mü»G in twee onderdeeleh.

Hervorming en Contra-Reformatie.

Hoofdstuk IV. PiÊTisJiE EN VERLICHTING en Hoofdstuk V. DE NEGENIIENTDE EEUTV.

2. D. WOUTERS. NEERLANDIA. Bloemlezing voor het voortgezet onderwijs. P. Noordhoff. vrroningen.

Dit letterkundig leesboek is' bestemd voor gymnasia, H.-B. scholen, Kweek-, Normaal-en M-L'. L. O.-scholen.

Van dit werk NEEBLANDLA ontviigen wij °^^ l—VI in drie gebonden deelen, bestemd voor de eerste drie leerjaren van Kweek-en Normaalscholen, het middelbaar onderwijs en de gymnasia.

Ook deze drie bundels van dus elk twee deelen zijn smaakvol geïllustreerd door TJEERD BoTTEaiA en JAN SLLTTIRS. Bij den heer WOUTERS toch zat, en dat mijns inziens terecht, de gedachte voor, - dat > wil men voortdurend het aesthetLsche element blijven versterken, men dan ook bij het voortgezet onderwijs aan de beeldende kunst naast de woordkunst een goede plaats dient te geven".

De proza-en poëzie-stukken zijn ontnomen, gelyk te verwachten was, aan de werken van Nederlandsche schrijvers en schrijfsters, waarbij men dit »Nederlandsche" in den ruimsten zin moet nemen. Een keuze is gedaan zoowel uit oudere als nieuwere. Bij deze keuze greep de heer Wouters vooral naar de prestaties van Christelijke auteurs en, waar hij, voor den bouquet, dien hij hier onze rijpere jeugd biedt, naar bloemen ook uit de niet-christeltjke gaarde uitzag, ia, doordat hij de giftbloemen het staan, zijn greep steeds gelukkig geweest.

Van harte kan ik dan ook onderschrijven wat de heer P. VAN OOSTERLEE in zijn geestig WOORD VOORAF van déze zes deeltjes van NEER-LANDLA ze: gt: > 0aze scholen zijn weer eenige bundels frissche, met groote zorg gekozen, aan alle sferen van denken en voelen ondeende, niet naast het leven staande lectuur werkehjk rijker geworden."

5. Dr. B. WIELENGA, DE GROOTSTE DWAAS. Een woord aan de Christenen van dezen tijd, J. H. Kok — 1918 — Kampen.

Aan dit ons toegezonden geschriftje van den Amsterdamschen predikant herinnerde mij de rake kritiek van den KERKNtEUWS-schrijver in de N. R. CoüTiANT op een artikel van den heer J. F. ANKERSMT, redacteur van HEI VOLK over DE(N) ARBEIDER EN DE(N) GODSDIENST. De heer ANKERSMT heeft het in dat artikel, hetwelk hij in het NLEUTVE LEVEN plaatste, over een hem bekend «bewust en emsrig arbeider". Deze arbeider zou hem hebben gezegd, dat hij heeiemaal niét > over den godsdienst of zoo" denkt; dat »het nu eenmaal buiten (zijn) dagelijksche gedachtenleven staat" en dat hij > probeer'de maar een zoo goed mogelijk mensch te zijn" en daarmede uit.

Volgens den heer Ankersmit js deze man een tyfe van den > emstigen arbeider".

Dit komt mij nogai voor tegenspraak vatbaar. Maar daar wil ik het hier en nu niet over hebben.

Terecht nu vraagt de bovengenoemde KERK-NiEUTVs-schrijver: Wat doet men met menschen, die van eigen onberispelijkheid overtuigd zijn, en het goede nastreven in dier voege, dat zij geen gelegenheid overhouden om te denken over den godsdienst of zoo" ?

Hij noemt dit de lastigste vraag.

Ik zou zoo zeggen er zijn lastiger vragen dan deze.

Wat men met zulke in > morale indépendante" of van de religie «onafhankelijke zedeUjkheidt doende, met deze beproevers > een zoo goed mogelijk mensch te zijn en daarmee uitt, moet doen, is allereerst ze een hoogere norm of maatstaf van »den goeden mensch" bij te brengen, dan die zij er op nahouden en waaraan zij als de PARIZEER uit JEZUS' dagen, bij hun zelf beoordeeling, vrijwel beantwoorden.

Men zou, om iets te noemen, met zoo'n zegger, die »van eigen onberispelijkheid overtuigd" is, kunnen doen wat men ook zou kunnen doen met 'n BUDDHIST, hem zeggen, dat »niet-vijandschap" nog geen sliefde" is.

Dat is nog al logisch, en al licht zal zoo'n mensch het ook wel toestemmen, en daarmee schiet ge dan al, vast een bres in zijn hoogopdoen van > onberispelijkheid".

Ik geef echter toe, dat zal die mensch ook tot schuldgevoel en daarmee tot behoefte aan verlossing komen, er meer noodig is. En dat »meer" is dan, dat hij van zijn dwaas atheïsme terug komt; dat hij zich, om zijn niet-gelooven aan God, als > den grootsten dwaast leert kennen.

En daartoe kan dan het uitnemend geschreven boekje van WIELENGA over den 14en psalm: aDe dwaas zegt in zyn hart: Er is geen God", dienst doen.

Vooral in - onzen tijd.

In onzen tijd, nu het materialisme of de leer dat er niets is dan »atomen in de ledige ruimte en daarmee uit", heeft uitgediend. In onzen tijd, nu onder «bewuste en ernstige" menschen, weer een zoeken en tasten is naar God, zij het dan ook nog niet naar den eenigen Waarachtige en Jezus Christus, dien Hij gezonden heeft.

Het boekje van WIELENGA, dat ook rake dingen tot de christenen zegt, kan ik, ook ter verspreiding onder niet-christenen, ten zeerste aanbevelen.

4. Bij E. J. BOSCH JBZN. te Baarn verschijnt binnenkort een nieuw Maandblad voorde rijpere vrouwelijke jeugd : MEISJESROEPING. Redactrice JOHANNA VAN BREEVOORT, Medewerksters de dames: H. S. S. KU-YPER, J. H. KurvpFR, J. L. F. DE LIEPDE, H. W. VAN MARLE, J. RIEMENS, MARION VEEE, J. M. WESTENBRINK—Wmiz en als Medewerkers de heeren Dr. A. DITPONT, C. SMEENK en Dr. J. v. D. VALK.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 april 1918

De Heraut | 4 Pagina's

Leestafel.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 april 1918

De Heraut | 4 Pagina's