GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een sociaal werkplan.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een sociaal werkplan.

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

I.

Heeft Patrimonium nog reden van bestaan?

Is er naast de vako'rgani salie nog plaats voor dit verboind?

Kan on'ze, door Kater en P& esiat met zooveel liefde gestiöhte, , werkliedenvereenig.lng nog vruchtbaren arbeid veirichbe'n, of is het uur geslagen, dat zij haar taak volbracht heeft, en moet liquideeren? Deze vragen houden onze mannen, die in de christelijk-sociale beweging' staan, telkens bezig, en hier en daar beluister ik meermalen stemmen, die meenen, dat het einde voor. Patrimonium gekom'en, en dit verbö'nd onnóiodig en onnut geworden

Alzöio oordeelt echter niet de heer' Huizinga.

Dit O'ud-hoofdbestuurslid van patrimonium, die, ook nu Mji 't burgenieestersam'bt bekleedt, belangstelling blijft betOiOnen in de arbeidersbeweging, heeft reeds in 1906 ee'U werkje samengesteld, waarin de werkzaaniheden, die de af deelingen ter hand kunnen neimen, oipi eenvoudige wijize zijn omschreven. Dit boekje is thans door hem' geheel omgewerkt en belangrijk a, angevuld, en ik heb voor dezen eenvoudigen arbeid zooveel waardeering, dat ik gaarne aan dit werkplan in schema een paar artikelen wijd.

Laat me den inhoud Ofp den voet mogen volgen.

De schrijver begint met een werkplan voor de afdeelingen, waarin, als eerste regel, het advies wordt gegeven, dat Patrimonium moe't omgebouwd worden in overeenstemming met de besluiten der laatste Bondsverigaderingen, en de aansluiting ook oipengesteld worde voor vrouwen. Die laatste besluiten zijh wellicht niet aan al onze lezers bekend, en daaro'm' wil ik hier even mededeelen, dat het instituut van 'gewone e-n buitengewone leden, zooals dit vroe'ger bestond, om n.l. het verbond het karaktet van werklieden-organisatie te doen behouden, is prijs giegeven. Ik heb deze beslissing zeer toegejuicht. Nu onze vakve'reenigingen de verbijzonderingen in het sociale leven weergeven, en in deze ol'!gianisaties p'atroon en arbeider elk zijh e'igen kring vinden, wa.s er alle reden oto Patrimonium om te zetten in een meer algemfeene sO'Ciale vereeniging, en het is verblijdend, dat het verbond zelf deze tij-kentering z, oo duidelijk begrepen, en de deuren voor allen opengezet heeft.

Wanneer nu ook miaar allen binneng'aan!

Ieder, die in het sociale leven belangstelt, - voorde lid van Patrimonium'.

Of, laat ik het nog sterker zfeggen, wat zou htet kostelijk wezen, wanneer we elkander uit verschillende standen en kringen in dit verbond konden ontmoeten, O'm met elkaar de maatschappelijke vragen te bespreken, en te zoeken meerdere toenadering en overeenstemming te verkrijlgen.

En dan kom'en de vrouwen mee!

Ook op haar lidmiaatschap rekenen we.

Maar dat, op! deze wij'ze Patrimonium toch een werklieden-organisatie blijft, gploof ik niet. 't Is m.i. AOicdk, ni^t imoè

VervoJgtens bespiteekt de heer Huizinga de actie der afdeelingfe'n.

Hij dringt er ojp! aan, dat de contributie zoodanig verhoogd worde, dat ujt de imkomsten de actie kan bekostigd worden, wat een wij^e raad is, en verbindt aan deze raadgeving het advies, dat iedere afdeeling zich begVere, haar secretaris tot vrijgestelde te m'aken. Hierbij zet ik een gl^ootvraagteekfen. Ik word ietwat huiverig voor zooveel rajgesteldC'n. Het leidt er zoo licht toe, dat men uit de sociale actie een baantje gaat slaan, en wanneer de afdeelingen van Patrimonium ook al dit stelsel toepassen, stijft het aantal vrijge-stelden onrustbarend. Is het bovendien noodig? Blijft er bij den tegenwoordigen arbeidsduur niet voldoende tijd over om zich aan de chïistelijk-sociale beweging te wijden? Hebben niet tal van leden meerdere vrijte avonden beschikbaar om Patrimonium vooruit te helpen, en secretariaats-werk te verrichten? Onzfe mannen zijn toch niet bang om door zulkeh arbeid de 'maat van - ; }2 ^5 uur te O'verschrijden, want ik kan hun verzekeren, dat zelfs een arbeidsweek van meer dan anderhalf maal zooveel uren in den dienst van Gods Koininkrijk 'een lust is om te leven.

Dus geen vrijgestelde.

Alle man moet aan 't werk.

'En dan, gehjfc de heer Huizinga voorstelt, aan 'tzlaajen in buurtvergaderingen en geschriftverspreidinig-i, in bibliotheek en ledensamenkomsten, in openbare meetings en cursusavonden, (waarvoor hij Z& er geschikt© onderwerpen aangeeft), en deze laatste wil hij uitbreiden tot cursussen voor bestuursleden, gemeenteraadsleden en zij', die in andere oipeinbare betrekkingen werkzaam' zijh. Alles zeer kostelijk, maar waar wil de ijverige schrijVer de leiders van dezie avonden vandaan halen, en krijgen we oipi die tólanieir van het goede niet te veel?

Want we zijn 'mei de Vergaderingen noig niet klaar.

Ook stelt de'lieer H. voor te vergaderen met de kinderen der leden, en met deputaties uit kerkeradem, kiesvereenigingen etc, om langs dezen weg meer samenwerking te verkrij'gen. Over deze beide piilnten wil ik iets zaggen. (Wat het eerste .aangaat dit, dat het zeer zeker goed is, wanneeer Patrimonium reeds vroeg beslag op de jeugd legge, mits zij er geen eigen jeugd-organisatie op' na ga houden. Diaar zijïi onze J. V. en K. V. eto. voor, en van dit werk blijVe Patrimonium en ook elke vakvereeniging af. En ten tweede is het coaitaot Itusschen Kerk en sociale actie, tusschen kiesvereeniging en Patrimonium zeer toe te juichen, mits bijl deze samenwerking streng in 'toog worde gehouden, dat de taak der Kerk niet in de eerste plaats 0'p sociaal terrein ligt, en ook politiek en maatschappelijke beweging niet hetzelfde zijn.

Zoo licht ziet men over de grenzen heen, en vraaigt imen te veel.

En dan werkt het ciontact niet heilzaam, maar drukkend.

Een belangrijk punt is dat der beroepskeuze.

Ook hieraan wij'de Patrimonium z'n aandacht.

De heer H. geeft zelfs in Bijlage II een conceptinstructie voor een commissie-inzake voorlichting bij de beroepskeuze, waarin heel veel goeds is, maar waartegen ik dit bezwaar heb, dat de leden der commissie benoemd worden door de af deeling van Patrimonium. Hi< irin is m.i. de voorsteller met zichzelf in strijd, want in de bespreking van het vraagstuk der beroepskeuze heeft hiji voorgesteld, dat alleen het 'initiatief tot het stichten van een vereeniging voor advies inzake de beroepskeuze van Patrimonium uitga. En dat komt mij' vcJor veel juister te zij'n. Ik geloof, dat het niet aanbevelenswaardig is, dat Patrimonium zelf deze zaak ter hand neme, doc, h zij' zoeke aansluiting en samenwerking met andene, b.v. schoolvereenigingen, en geve alleen den stoot tot het tot stand komen van een dertgelijke qommissie van advies. Ik verwijs hierbij naar het referaat van den heer Berkouwer Jr. op de algemeene vergadering van den Schoolraad, gehouden 7 Aptil 1920, over School en Beroepskeuze, en tevens naar het daarop gevolgde debat, waaruit blijken kan, dat zulke bureaux in de praktijk lop tal van bezwaren stuiten.

De heer H. hieeft ïiog, , mteer werk' voor Patrimonium'.

Hij' wil de af deelingen ook aan 't wérk zetten, iotn de opleiding van meisjes tot goede huisvrouwen te bevordeiren, en biedt reeds een program voior een eenvoudigen avond-en middagciu'rsus aan. Im'mers, „Patrimonium heeft er groot belang bij', dat de toekomstige vrouwen van onze werklieden en klieine bux'gBtrs, berekend zijh voor hun taak' ïils huisvrouw, .en al wat nien wint tot verbetering der sociale positie van de werklieden gaat verlorren, wanneer de vrouwen geen gioed inzicht hebben voor het gezin, en de noodige toewij'ding missen om' zich daarvoor te geven". En Tiiermede •raakt de heer H. een gevoelige plek. Inderdaad is in veel gezinnen alle loonsverhooging teveïgeefs geweest, omdat men water schepte in een bademloozeii pnt, en op de vorming' van de meisjes ds te weinig gelet. En opi dit terrein ligt een taak voior Patrimonium. Het verbond heeft im'mers 6ok öp toeer dan een plaats vakciursussen voor jongens opgericht, en waarom zou het eenzelfden arbeid Iniet mogen verrichten vobr meisjes? Ik juich dit plain zeer toe, en wil giaame alle aideelinigen van Patrimonium', die daarvoor de gelegenheid hebben, opwekken, öm het dringend advies vatn haax loud-hoof dbestuurder Huizinga op te volgen. Men proheere een commissie, hoofdzakelijk uit dames bestaande, in het leven te roepen; en wanneer voor dit doel ijverige en warm-meevoelende personen te krijigen zijn, durf ik te voorspellen, dat zulk een school gaat bloeien. Onze meisjes hebben het noodig, en ai moet de eerste en beste opleiding in het gezin worden gezociht, voor zulk een cursus, die de leervakken: Nuttige Handwerken, Liïigierienaaien, Teekenen, Huishoudkunde, Koken etc. omvat, is er zeker wel plaats.

Van de meisjesauïsussen zlwaaien we met een grooten sprong naar een ander terrein.

De geachte schrijver brengt ons hi| den strij'd tegen de volkszonden.

Hij! wil dat Patrimonium ook meehelpe in de actie tegen Alcoholisme en Neo-Malthusianisme, en ik kan best begrijipen dat de heer H. zijn verbond hiertoe opwekt. Maar laten de afdeelingen zelve geen geheel-onthoudings-propaganda ondernemen, doch deze actie overlaten aan de desbetreffende vereenigingen, want anders zouden ze eigen grenzen overschrijden. Van meer belang acht ik, hetgeen gezegd wordt over de sociale positie van de politie. De opsteller van dit werkprogram meent, dat de afd. van iPatrimonium voor de politie in de bres 'moeten springen, omdat deze, krachtens haar positie, niet kan optreden, doch van deze tedeneering begrijp ik niet alles.

Zeker, de politie-mannen staan in een andere verhouding.

Hun sociale positie is niet gelijk aan die van timmerlui en metselaars.

Maar ze hebben toch 'hun eigen organisatie, en oinze christelijke bond breidt zich prachtig ijü, en doi3t uitnemend werk. zoodat Patrimonium deze taak niet behoeft over te nemen. Het eenige wat P. doen kan, is op een plaats, waar slechts een poliieman is, voor dezenoptekomen, of een kleine af deeling te stichten, tnaar algemeene woordvoerder voor onze agenten en-veldwachters behoef t - zij'niet te fcijn. En tegen het gevaar, waarover de heer H. tenslotte schrijft, dat de politie gedreven wordt in de armen der revolutiebeweging, is de christelijke poli; ie organisatie voortdurend op' haar hoede, en wij' kunnen haar dienen, door iederen politieman van christelijk beginsel op te wekken, zich zoo spoedig mogelijk bij haar aan te sluiten.

Voor een ander punt vraagt de heer H. onze aandacht.'

Hij meent, dat het'ook op den weg van Patrimonium ligt, mede te werken tot het vormen van bureaux van voorlichting bij werkvoorziening, voor gezinsgemeenschap, emigratie e.a., en dringt er vooral op aan dat de arbeid der' volkshuisvesting ter hand zal genomen worden. Dit laatste is wel uiterst noodzakelijk. Waar het even kan, trede Patrimonium op als vereeniging ter. voorziening in de volkshuisvesting. Van het gemeentebestuur kan bo'uwsubsidie worden verkregen, en op: deze wijze kunnen onze afdeelingen menig lid uit de woningmisère helpen, en aan onze vakmenschen, van wie er zeer velen zonder geregelde verdiensten zijh, werk verschaffen.

Van niet 'minder belang is het volgend onderwerp.

Zooals bekend is, opent de z.g.n. Landarbeiderswet de mogelijkheid, dat aan een landarbeider leen „plaatsje" gegeven wordt met een stukje land, en dat een aantal arbeiders te zamen, eenige roeden los land kan worden verstrekt voor eigen groenten-verbouw. Op dit terrein is er, volgens den heer H. ook arbeid voor Patrimonium. Ik geloof het met hem', doch zöu er ten sterkste op" willen aandringen, dat Patrimonium in dezen contact zoeke met den christelijken landarbeidersbond. Greschiedt dit niet, dan loopen we gevaar, dat deze organisaties naast of misschien tegen elkaar inwerken, en zulk, een concurrentie moet tot allen prijs voorkomen worden.

Eindeüjk spreekt dit. werkplan nog over algemeene werkzaamheden.

En wel over tweeërlei werkzaamheden.

Ten eerste over die, welke met behulp' van anderen, en met name van de overheid verricht kunnen worden, en hierbij! doelt de heer H. op, versohillende bedrijven en de taak, die ten opzichte vam die bedrijiven, doioï de gemeentelijke overheid 'moet verricht worden. , Als ik den schrij'ver goed begrepen heb, voelt Üiij' voor deze gemeentebedrijven veel, n.l. wannjeer zulk een genïeentelijk bedrijf uit hygiënisch, organisatorisch, financieel en eoonomisch oogpunt noodzakelijk en geoorloofd is. Nu stem 5k' hem toe, dat in het partiteulier bedrijf dikwerf een w; inst is gemaakt, die niet door den beugel kan, maar ik wil toch, wat de gemeentebedrijven aangaat, tot voorzichtigheid manen. De crisisellendë heeft ons veel geleerd, en ik 'kan niet inzien, ' dat het op den weg der overheid ligt, om allerlei bedrijven ter hand te nemen, al hebben die bedrijven een sociale functie. Het is 'mij! niet duidelijk, dat God de overheid roept 0m linnengoedwasscher en bakker etc. te zijh, doch z'iji heeft in het bedrijfsleven regelend en beschermend op' te treden, en een schild te zijh voOT de zwaüdaen.

Ten tweede noemt dè heer H. de werk'zlaam'heden, die Patrimonium zelf onderneemt, n.l. het inkoopen van aardappelen en brandstoffen; het huren van land voior schapenweide eto. etc. Ook hierbiji zij tot voorzichtigheid gemaand, en ik ben bhj', dat de sanxenstellet van dit werkplan erkent: Een (te ver gedreven ciolleotief handelen brengt gevaren 'mee voor ons belijdend leven. Wanneer dit slechts in 'toqg wordt giehouden, kan een gezamenlijk optreden, als boven omschreven, heilzaam werken.

Een volgend triaal hoop] jk piijh bespreking voort te zetten.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 juni 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

Een sociaal werkplan.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 juni 1921

De Reformatie | 8 Pagina's