GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Professor Dr HERMAN BAVINCK.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Professor Dr HERMAN BAVINCK.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zoo brengt dan onze Bavinok', iriaar nu uit de volheid van volkomen gereinigd hart, ^ijn Offerande des Lofs voor den tro het Lam.

Nu ervaart hij met al de verloste zielen De Katholiciteit der Kerk en verheugt hij ziioh met de gekoiditen ; uit alle geslacht en volk en taal en inatie in D'© Zekerheid des Geloofs, die daar van ooigeinblik tot oogenblik! harmonieert met de zekerheid des gevoels en nooit kam'pi heeft te voeren met den twijfel.

Nu verfrbndigt hij de Magnalia Dei, gelijk hij het in zijn bekend bioiek niet kon.

Nu neemt hij een standpunt in, oneindig hooger dan hij in zijn Gereformeerde D'ogmatiek vermocht, want dogmatiek, hoe uitnemend en onmisbaar oip aarde, is altijd kennis ten deele, maar nu kent hij, gelijk hij' ook gekend is.

Nu wordt hij niet gepijnigd door angstige kWesties als van Blijven oif Heengaan, want hij wenscht altoos bij zijn Heiland te blijVen en eerst heen te gaan, wanneer zijn Jezius oioki heengaat, hieengaat om te oordeelen de levenden en de dooden.

Nu leeft hij .erikel uit partiouliere genade en deze is voor hem en de gezaligden tegelijk ook' een Algemeene Genade.

Nu is de .last van het raadsel, waaronder hij' hier zoo gebukt kon gaan, vo-or eeuwig van hem afgewenteld, w, ant hfl' heeft een Priester, die het •al hem verklaart.

Wie Bavincik! in den laatsten tijd van zijn ziekte bezochten, hoorden het steeds weer van zijn lippen, dat er bij' hem een verlangen was om ont­ bonden-te worden en met Christus te zijn.

Die uitspraak van den apostel was hem tot stereoitiepe uitdrukking, neen m'eer, tot een refrein van het lied des verwachtens geworden.

Bijl Christus té zijn!

Hij is nu bij Christus. De triumfeerende kerk is rijker, de strijdende armer geworden.

Hoeveel armer wij geworden zijn, wie zal het uitmaken?

AVie kan met juistheid bepalen, wat Bavinck voor het Gereformeerde volk in ons land is geweest ?

Het verlies is zwaar. Wij missen in hem een onzer machtigste denkers, een onzer gevierdste sprekers, een onzer vruchtbaarste schrijvers.

Zijn hoofd — izelfs wie hiem voor het eerst ontmoiette kon dit zien — was op diep denken gebouwd.

Het starende oog was zijn natuurlijke pose.

Hij scheen, naar^ toen uit zijn blik lezen moest, altijd ver weg te zijn.

Dat was hij ook.

Maar tevens was hij. dichtbiji.

Hij haalde dan uit de wereld van het ideëele lijnen en zwom met kra.Ghtigen slag naar de wereld van het reëele terug en bracht zoo verbindinigen tot stand.

Want het ietwat droomerige oog kon ook sprankelen.

Dian zaagf gij. als hetS^ptfAugustinus voor u, die naar hij in zijn „Bekentenissen" sclirijlft door hai-tstodht naar •^waarheid werd verteerd.

Maar op ende , op realitcltsmensch.

Dat bewezen misschien wel het meest zijn redevoeringen.

Geen vergadering van eenlg aanbelang koner worden gehouden, of Bavinck werd uitgenoodigd.

Als hij' spralfc, dan leefde hij het meest.

Dian ontsloten de schatlcameren zich. De schatk'aniieren niet alleen van zijn njken geest, maar ook van zijn warm gemoed.

Vooral in het begin van zijn loopbaan liet hij zich meermalen gaan.

Later spaarde hij' ziclh meer. Maar in zijn woord bleef, in navolging van Christus, altijd iets van een machthebbende.

Op zeldzaam gelujddge wijze Ciojnbineerde hij aan önorme denkÈraciht en gez, ocht redenaarstalent ook een rustelooze pen.

Hij was een werker van den eersten rang.

Stapels boeken wierp hij op de markt.

Vele beleefden menigen herdruk'.

Zij vormen een kostelijke nalatenschap'.

Hij heeft niet alleen voor onzen tijd, maar voor eeuwen gewerkt.

Inzonderheid door zijn dogmatiek'.

Men versta mij wel. Het dogmatisch onderzoek sluit me; t Bavinck niet af.

Men zou eer kunnen zeggen: met Kuyp'er en hem begint het voor de periode, welke wij' zijn ingetreden.

Het zal niet zoo lang meer duren of men zal ook van onze zijde vragen om een nieuwe dog­ matiek'.

Eigenlijk is die vraag er nu al reeds.

Velen hebben het met mij bejammerd, dat de derde druk van zijn dogmatiek geheel, aan den tweeden gelijk' was en geenerlei verandering en uitbreiding onderging.

Ook heeft het mij gespeten — en ik heb het niet voor hem verzwegen — dat hij; op zijn doginatiek niet verschillende dogmatische monographieën liet volgen.

Is mijn onderstelling, in mijn brocihure „De waarde van bet Dogma" geopperd, juist, en zal het getij allerwege^ ten gunste van het dogma kenteren, dan zal men om meerdere dogmatische voorlichting roiep^en, dan Bavincks dogimatiek geeft.

Maar evenmin als Kuypers dogmatische werken, aal de dogmatisohe arbeid van Bavinck door voortgezette dogmatische studie zijn waarde ver­liezen.

Men zal ze gedurig weer raadplegen. Ook voor de Geremormeerde eeuwen zullen hun werken onmiddellijk na die der Hervormers komen.

Dank moet ons haii vervullen, : dat Christus.aan onze kerken in dit land en in dezen tijd twee van zulke eminente voorlichters schonk.

Ho© één en onderscheiden waren .ze!

Men heeft in Bavinok weïeens. een .anderen Euy-: per willen zien.

Langen tijd leefde menigeen'In'.'^è; verwachting, dat als Kuyper eenmaal het hoofd neérlei, Bavincklzdjn plaats geheel zou • innemen.

En had de Heero het in zijn wonder bestel niet zóó beschikt, dat Bavinck reeds o^nher^telbaar krank neerlag toen Kuyper stierf, zoo zouden gewis sommigen aan die , ver-nraahting hebben vastgehouden.

Maar dit zoiu ö^p teleurstelling zijn .uitgelo.open.

Men zou het eigenaardige in Baviiick' totaalheb-, ben miskend.

typeeren: Kuyper w, ac.'\!r; j'vpe.r ea Bavincik aldus^ Kuyper, groot geworden fn tfen StrTja, "we'es.üiXwijls alleen met uitgestrekte hand: „daarheen" en zijn getrouwen volgden. De kriiitdamp was de rechte atmosfeer niet tot welberedeneerde uitlegging. Die gaf hij soitns later pas.

Bavinck daarentegen had allen tijd om) ^ijn meening uiteen te zeliten, soms liet hij zijn leerlingen tusschen verschillende meeningen kiezen, op principiëele punten trok' [hij voor eigen opinie het harnas aan, maar altijd in den weg van rustig betoogi. En nu vormt gij: ©en gids nooit tot een bevel­ hebber om.

De persoonlijkj^id van Bavinok ^eren wij h'et best, wanneer wij. waardeeren de tarakterisliekb gaven, waarmee God [hfem sierde.

En die gaven waren zieer, ; geer vele.

De invloed van BavincK oip ons kerkelijk leven was dan ook' geen geringe.

Een geheel andere dan die van Kuypier.

Maar toch een belangrijkie.

Forsche grepen, waardoor een Kuyper het kerkelijke leven in andere banen stuurde, deed hij'nitet.

Maar er ging een geleidelijke kraoh't van hem uit.

Vooral de kerken, die uit de actie van '34 zijn voortgekomen, ondergangen vóór de vereeniging zijh inwerking.

De General© Synodes kozen hem telkens wpeï in deputaatschappen.

Zijn adviezen stonden hoog aanglesch'reven.

Op Menig rapport zette zijn geest het stempel.

Woonde hiji in de laatste jaren niet alle Synodes bij', naar de Leeu^warder Synode trok ook hij op.

In dienst der kerken werd hij' ziek.

Ons blad verloor in hem' een zijner vaste medewerkers.

Helaas!

Hij heeft er geen letter ia kunnen scjhrijven.

Toen ons blad verscheen, kon hij' de pen j-eeds niet meer voeren.

We meenen eqhter in dit verband even te móeten oipkomen tegen de voorstelling, welke wij' ergens lazen, als zon onz© „Reformatie" alleen den geest van Bavinck, ademen.

Van meetaf werd door ons uitgespïok'en, dat wij Kuyper niet minder dan Bavinck' als onzen relormatorischen meester eeren.

En wanneer dan nu, ons blad als rouwnummer verscbijnt en bij (het sterven van Kuyper niet, dan ti^eikke men daaruit geen averecjhtsche conclusie.

De enige reden is dezfe, dat toien-de tijd tot

voorbereiding van een speoiaal nummer ontbrak en nu gelukkig niet.

Het spreött vanzelf, dat in één of enkele artikelen geen levensbeeld van Bavinck kan worden ointworpen.

Had ik op mij genomen Bavinck te sohetsen in zijn beteekenis voor ons kerkelijk leven, zoo kon ik . daarover slechts een enkele opmerking maken.

Laait mij daarom mogen verwijzien naar wat ik later over Bavinck p.ublioeeren zal.

Voor den aandrang van den uitgever ten Have ben ik gezwieht om onzen Bavinck meer ten voete uit te teelkenen en tevens naar mijn vermogen anderen in zijn gedacihtenwereld rond te leiden.

Dit stukske dient alleen , om uiting te geven aan de overtuiging, die bij ons allen leeft: er is een igroote in Israël gevallen.

Spreekt dit artütel van mensahbewondering, de Heere verbiedt dit niet. Het zou niet oorbaar zijii, staande aan het graf van dezen leidsman des volks, reeds aaa kritiek het woord te geven.

Zij er dan rouw in ons hart, wijl God ons Gerelormeerde volk opnieuw zoo zwaar beproefde.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 augustus 1921

De Reformatie | 6 Pagina's

Professor Dr HERMAN BAVINCK.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 5 augustus 1921

De Reformatie | 6 Pagina's