GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

„Geschiedenis der Philosophie", door Dr T. Hoekstra. Eerste Deel. Oude Philosophie. J. H. Kok, 1921, Kampen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Geschiedenis der Philosophie", door Dr T. Hoekstra. Eerste Deel. Oude Philosophie. J. H. Kok, 1921, Kampen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

BOEKBESPREKING.

I.

Dit is geen boek om het in éé^J^S.^sio-artikeltje te bespreken.

Het beeft er recht op, dat er v^^^^^feï^^J? ? ? ^ aandacht aan wordt geschonken.

En ik meen daarmee in den geest van véle lezers te handelen. Immers bleek sinds het korte .bestaan van ons blad reeds op overtuigende wijze hoe wijsgeerige voorlichting op prijs werd gesteld.

Voor den ernstigen recensent blijft het „Woord Vooraf", de , , Voorrede" of boe men de introductie, waarin de schiijver met de lazers voorloopig kennis maakt, ook noemen wil, een der belangrijkste deelen van 8, en.boek.

Als een auteur van te voren.-meedeelt het lezend publiek slechts aangenaam en leerzaam te willen bezighouden, maar volstrekt geen literair werk te mllen leveren, dan ware het onbillijk zijn kritiek ^hierop to baseeren-, dat het ons literair niet verder brengt.

De voorrede trekt de grenzen, waarbinnen de beoordeeling izich bewegen mag.

En nu omigrenst prof. Hoekstra.zijn arbeid in dit L. S.:

„Van de Geschiedenis der Philosophie; die naar het plan in drie deelen , zal verschijnen, ziet thans het eerste deel het licht.

Dit boek - .stelt zich ten doel ben, die in lie goschiedenis der philosophie belang stellen, te oriëiiteoren en den weg 'tot verdere stadie te wijzen.

Er is getracht de stof 'in , zulk een vorm te gieten, dat het boek niet alleen dienen ka.n tot philosopbie-propaedeuse voor de studenten aan on.ze Hoogescbolen, maar ook genietbaar is voor hen, die niet aan een inrichthrg voor boogor onderwijiS hebben gestudeerd."

Dit boeli is dus niet bestemd voor vak-philosofen. Men kan hierover , zijn leedwezen uitspreken. Men kan vau oordeel izijn, dat juist aan een handboek vnor voortgozette. studie .de grootste behoefte bestaat. Men kari betoogen, dat op ons vaderlandsch erf nog geen enkel boek verschenen is, dat met de diepgaande studieworken der Duitschers , zïch ook maar eenigiazins kan nieten. Men kan dit tot schade achten van ons volk, dat onmiskenbaar Avijsgeerige talenten te .zijner beschik-Idng beeft, ma< ar ize niet tot ontwikkeling komen laat. Dit alles moge .zoo wezen.

Niettemin heeft men het inzicht 'van den auteur te eerbiedigen.

En veel pleit er „pro".

Binnen ons betrekkelijk kleine taalgebied is het twijfelachtig of er voor izoo'n uitgebreid werk debiet kan worden gevonden.

Ook is er voor een boek, dat zich' zooveel 'lager oischen stelt, nog altijd ruime plaats. , Zeker, boeken die hetzelfde of ongeveer hetzelfde beoogen als dat van prof. Hoekstra bezitten vi^ij in onzo taal wel.

En dan denk ik allereerst aan een boek, dat ik onder de literatuuropgave bij prof. Hoelvstra niet vomi vermeld: Geschiedenis der Godsdienst en Wijsbegeerte, ten gèbriiike bij de aoadeniiscbe lessen van S. H. Sc hol ten. Misschien ligt het aan mij, dat ik dit werk van ouderen datum liever niet geheel achter de nieuwere weggestopt .zag. , , Bij geval" kwam ik daardoor voor het eerst met de geschiedenis der wijsbegeerte in aanraking. Vóór mijn academischen tijd neusde ik er reeds in en dacht af en toe, dat ik er al een beetje van begreep. Later heeft bet mij tot nadere Bestudeering' gelokt. Is het enkel piëteit, dat ik er nqg altoos eenige waarde aan hecht? Ifc gelüof hét niet. Het is natuurlijk in menig, opzicht verouderd. Ook beeft Scholten over hét geheel het gebrek, dat hij bet „, zoo weet". Hij heeft vo'or alles zoo gauw do oplos; sing bij de band. Overigens wil ik er wel een goed woord voor doen om hem niet beelemaal te vergeten. Maar hij kan tegen prof. Hoekstra toch niet meer op. Deze werkte .zijn boek bij tot den laatsten tijd. Of liever: het staat midden in onzen tijd.

Ook heeft m-en het bekende .werkje van prof. Dr B. J. H. O vink: Overzicht der Griefcsobe Wijsbegeei-te. Dit dient .zich eveneens aan als een wegwijzer voor eei'stbeginnenden. Ik acht het veelazins gelukkig geslaiagd. Alaa.r hij baalt bij de oude philosofie te veel van de nieuw.ere overhoop. Hij meent daardoor te verduidelijken, maar bet wil mij voorkomen, dat bij daardt)or bij ben, die nog maar aan bet begin staan van den wijsgeerigen weg, weleens verwarring sticht. Vergelijk ik «.iju werk met dat van prof. Hoekstra, dan is bet mijn eerlijke meening, dat de laatste eenvoudiger de-systemen riteen, z.et dan de eerste.

Een uitstekend ..schema' van de Geschiedenis der Wijsbegeerte biedt J. D. J. Aeng.enent, h'oogjeeraar aan bet groot-seminarie ite Warmond. jilaa.r bet blijft te veel schema. Zoo behandelt hij'de oude philosofie in iets meer "dan ö'O bladzijden.

Prettiger leest de Beknopte Geschiedenis der Wijs-, begeerte van R. C a s i m i r, waarvan ten vorlgen jare de-derde druk verscheen. .Evenwiel drijft hij de populariseering der wijsgeerige w.etensclrap zóó ver, dat hij niet van oppervlakkigheid is vrij te pleiten. Vooral voior ben, die geen academische vorming genieten, schuilt daarin' zoo'n groot gevaar.' Zij meenen zoo licM, dat zij dooir zoio'n .onderhoudend boek geheel op de hoogte zijn gebracht van de wijsbe'geerte en er nu met volle bevoegdheid over ktmnen meespreken.

Van anderen aard is weer de bewerking der CoUegedicfateii van €. Be!l.aa, r Spr.uijt, bewerkt door Prof. Pb. IviO'hns tamm; 'uiteraard kan die slechts alleen voor studenten dienen.

En o.m van enkele werkjes, die noig niet voltooid zijn niet te sp'reken, de Geschiederüs der Wijsbegeerte van W. Jansen, hoeveel deugden het oiok'beeft, toont slag .op slag een gebrek aan klassieke vorming.

Dit aile.s bijeengenomen, ma, g aan Prof. Hoekstra zonder aarzelmg de eorepalm worden ' toegekend.

Hij heeft een gelukkigen, Idaren stijl. Zijn zinnen 47 zijn niet, gelijk bij do fheeste dergelijke werken, , zwaar gebouwd, maar korf on pittig. Hij vervalt niet in oppéivlakkigheid en stijgt .ook weer niet zóóver boven den beganen grond, dat de •wij'sgeerigigeïnteresseerden, voor wie hij schreef, hem in nevelen zien verdwijnen. De indeeling-van zijn stof "rnaakt jhlet overzicht gemakkelijk.

Ik stel mij voo; r, '5pP!TOéö*381ï*fe)iïSi''%^ met dit werk ingenomen zal zijn.

Niet uit voorliefde voior een man van eigen richting, maa: r .om. de werkelijke waarde, kan ik met een gerust hart verklaren, dat , het het beslte is van de boeken van dat gen're, die in onze taail den studeerenden •-in de Geschiedenis der Wijsbegeer1; e ten dienste staan.

En het is zeer zeker een eere vooir de Tlieodogische School, dat een barer boo.gleeraren dit boek onzen „intellectueelen" mocht aanbieden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 november 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

„Geschiedenis der Philosophie

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 11 november 1921

De Reformatie | 8 Pagina's