GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

In de Opperzaal.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In de Opperzaal.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zij gingen op in de opperzaal, waar zij bleven.... eeudrachtiglijfc volhardende in het bidden en smeeken... . Hand. 1:13a en 14a.

Hoe groot zal onze Pinksterzegen zijn dit jaar?

Hier is iemand, die antwoordt: „dat zal Zondag worden beslist, op' het feest.

Het zal er van afhangen of ik' een bezielende preek mag hooren, wa, aruit mij' verkwikkende geestelijke warmte toestraajt. Ik hoop dat onze predikant er eens goed „bij" zal zijn, er eens echt „in" mag komen, zoodat er iets van Pinkstervuur brandt in zijn woord als hij ons vertelt van de groote werken Gods. Als hij nu maar een nieuwen gezichtshoek gevonden heeft, vanwaar uit hij ons de oude feiten kan laten zien.

Want ach, wij kunnen wel met luider stem zingen: „dit is de dag, de roem der dagen", maar , als ge, zooals ik, alle dageai volop in de zorgen en wereldsche beslommeringen zit, dan .sleept ge uw zware ketenen mee de Kerk in, zelfs op Pinksteren, en ge voelt onder dat zingen uw boeien Icn ellen.

Ik hoop maar dat .het waar mag worden:

Laat ons verheugd, van zorg ontslagen,

Hem roemen, die ons blijdschap geeft.

En anders weet ik wel vooruit hoe 't gaat: dan hoor ik met een verwarden geest iets va.n Parthers en Elamieten, van Cretenzen en Arabieren, maar ifc kom weer even koud uit de Kerk, ' lals ik er in kwam. Zelfs de groote dingen van den Pinksterdag, de geweldig gedreven wind, de tongen van vuur en het wonder der talen zijn dan niet in staat mijn ziel te ontroeren.

Ongetroost keer ik terug tot mijn kleine, zwoegende leven, naar mijn moeite, mjjn arbeid, mijn zorgen, mijn zonde...

Ik hoop', dat het dit jaar eens anders zal zijn".

Hoe groot zal uw Pinksterzegen zijn?

Maak het uzelf niet gemaldcelijk met die vraag door vage hoop te koesteren op één rustdag, op een feest, dat u als bij tooverslag midden uit de aardsche in de eeuwige geestelijke dingen over moet plaatsen.

Want die hoop bedriegt.

Ge misleidt er uzelf mee.

Over den Pinksterzegen wordt grootendeels vooruit beslist, niet opi het hoogtij', maar tevoren, niet Zondag, maar nu.

Over uw zegen wordt allereerst beslist niet in den tempiel, maar in de opperzaal, • niet in de Kerk', maar in de binnenkamer.

Daar wil de Heere in de dorre harten een bedding graven, waardoor de stroom des G-eestes bruist.

O zeker. God is zóó machtig, dat Hij met een overstelpend wonder alles op eens k!an geven; den tempel tot opperzaal, de Kerk' tot binnenkamer kian maken en tegelijk werken het dorsten en het drinken.

Maar het gaat er niet over wat God k'an, doch in welken weg Hij Zijn zegen belooft.

En dan weten wij, 'dat de innige en innerlijke praeparatie van het hart de baan bereidt voor den Koning, der eere.

Daarvan heeft de Heiland Zijn discipelen onderwezen.

Eer de deur naar de schatkamer des Geestes voor hen openging, werden zij eerst in de wacihtklamer der genaide gelaten.

Dat was de opp'erzaal te Jerusalem, waarin zij getoefd hebben gedurende de dagen tusschen Christus' hemelvaart en de uitstorting des H. Geestes.

Daar heeft hun ziel gezocht de geestelij'kte spijze. Daar, is verlangen gevoed. Daar is heimwee waikker geroepen. Daar is de Schrift onderzocht. Daaj is de belofte aanvaard.

Daar hebben ze gewacht, stil en lijdzaam.

Daar fiebben ze gebeden, lang, veel en innig.

Daar hebben ze aangehouden in hun worstelen voor den troon.

Daar is hun bidden smeek'en geworden en ze hebben er saam het Koninkrijk der hemelen geweld aangedaan.

Zonder dat rustig toeven in de opiperzaaI']cÖ"h het geen Pinksteren voor hen worden.

In de opperzaal heeft God Zijn Kerk' bereid voor de uitstorting des Geestes.

De discipelen waren er allen, met de vrouwen en Maria, de moeder van Jezus, en met Zijne broederen — een kleine huisgemeente, waarvan alle leden, hoe onderscheiden in gave en tafènt, in aanleg en ontwikkeling, den Heere Jezus liefhadden in onverderfelijklheid. Wat is daar een schoone gemeenschap der liefde gezocht en beoefend!

Daar was het nu wel echt: waar liefde woont, gebiedt de Heer den zegen, en 't leven tot in eeuwigheid. • .

Samen hebben ze er opgezien naar de dingen, die boven zijn, waar Christus is, gezeten aan Gods rechterhand.

Hun wachten, hun bidden is er niet beschaamd.

Door de opperzaal heen zijn ze in de feestzaal gekomen.

Een andere weg was er niet.

En is er ook nu nog niet.

Wel worden in de opperzaal slechts de eerstelingen genoten. De feestzaal brengt den rijk'en vollen oogst.

Maar pok de eerstelingen zijn vruchten' van dên Geest.

De opperzaal is eerst met den Geest vervuld. Die was er in het stil verbeiden van de vervulling der belofte. Die was er in de godvruchtige gesprekken. Die was er in het vurig smeekgebed.

Zoo zijn daar de armen uitgestrekt naar den komenden TroosteT.

Hoe groot zal uw Pinksterzegen zijn?

Dat zal ook nu in de opperziaal worden beslist, waar ge hoopt en wacht in gehoorzaamheidi aan Christus' bevel.

Waar ge gemeenschap der heiligen zoekt.

Met Christus allereerst.

Daarna ook met zijne leden op aarde.

Waar ge bidt en smeekt in Jezus' naam.

Waar ge worstelt om de komst van den Trooster.'

Zoo daalt zijn kracht op u in zwakheid neer.

Wacht dan. Ja wacht, verlaat u' op^ den Heer."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 juni 1924

De Reformatie | 8 Pagina's

In de Opperzaal.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 juni 1924

De Reformatie | 8 Pagina's