GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Landbouw.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Landbouw.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In 't algemeen neemt in de laatste jaren de welvaart van ons volk belangrijk toe. Ondanks werkloosheid en uitvoerbelemmeringen bloeien industrie en handel, en de aan de arbeiders betaalde loonen weerspiegelen den goeden gang van zaken.

In de landbouw is het echter groaidig mis en ondanks de goede technische positie laten de economische resultaten zeer veel te wensöhen.

Niet enkel de winsten der bedrijfsleiders maar ook de loonen der arbeiders bevindeai zich over 't algemeen beneden een redelijk pieil. Een bijzoiider kras staaltje geeft wel een publicatie in , , Het Volk" waatvan hier een stukje volgt.

Op Walcheren zijn als regel de loonen der fandarbeiders des zomers i lï^ per week, van losse arbeiders soms f 2.50 por dag, 's winters zijn de weekloonen f9. De wesktijd is 's zomers 10 en II en 's winters 9 uur per dag. Bij aardbeien-en bessenplukken komt veel kinder-arbeid voor, deze verdienen 50—75 cent per dag. Vrouwen werken mee voor bieten-en aardappelrooien en verdienen f 6—f 8 per week.

Op Scliouwen-Duiveland zijn de loonen te Burgh en Haamstede het beste, ze zijn 's zomers i 2.25— f2.60 per dag, 's winters f2; elders op het eiland zijn ze f 2.25 en f 1.75 per dag. De werktijd is des zomers 11 uur en 's winters 8 a 9 uur per dag. In het westen van Schouwen komt vrouwen-en kinderarbeid weinig voor; zlj verdienen fl—f 1.25'per dag. Bij het bessen-plukken stijgt dit tot f 1.75; elders, waar meer vrouwen-en kinderarbeid wordt ve: Ticlit, verdienen deze hoogstens f 1.50 per dag.

Op Tholen is liet loon van een landarbsider 25 cent per uur, bij aangenomen werk in de bieten, enz. is het wat hooger. 's Zomers wordt 10 uur por dag gewerkt, 's winters een paar uur korter, bij slecht weer in het geheel niet, zoodat de losss arbeiders dan zonder verdiensten zijn. Hier komt buitengewoon veel kinderarbeid voor, vooral „in de uien"; wie „Onnoozele kinderen" van A. M. de Jong heeft gelezen, weet wat dit voor de kinderen beteefeent.

Van St. Maartensdijk deelt men nog mede, dat daar de loonen van vaste arbeiders f550—1650 en van losse arbeiders f 500 per jaar zijn. üolc Iiier komt, evenals elders, vrouwenarbeid veel voor, waardoor de loonen der mannen gedrulrt v/orden, terwijl juist weer door de lage loonen der mannen, vrouwen en kinderen mee naar het land moeten, om het te lage loon van den man aan te vullen. Vrouwen verdienen hier tot f 1.75 per dag.

In andere streken van ons land zijn misschien niet zulke wanverhondingen aan te wijzen doch wel zijn er streken waar de toestanden slechts weinig beter zijn.

Tegenover de scherpe en veelzins verblijdende stijging van het levenspeil in de steden en de industrie is de landbonv^r jammerlijk achter gebleven.

Zelfs zijia door de daling van de geldwaarde hier en daar de toestanden verslechterd, omdat de nominale loonen niet in verhouding daarmee zijn gestegen.

Blijkens de bovena'angehaalde cijfers moet er van een noodstand gesproken worden.

Ook de regeering heeft dat ingezien en zooals in dergelijke gevallen tï doen gebruikelijk is, een commissie benoemd om een onderzoek in te .stellen naar het levenspeil der landarbeiders en zoo ncüdig maatregelen tot verbetering vooir te stellen. Gemakkelijk is de taak dezer commissie', vooral wat het laatste betreft, niet.

Wel bestaat ten behoeve dezer groep de , , Landarbeiderswet" waardoor sommigen, een klein plaatsje op afbetaling in eigendom kiumen krijgen, doch hoe nuttig deze wet ook moge zijn, nimmer kan er een middel in gezien wo-rden, waardoor de toestand van het gros der landarbeiders verbeterd wordt. Steeds zallen het verhoudingsgewijze slechts enkelen zijn die hiervan profiteeren, zooals trouwens de practijk bewijst.

Indien aldus vaststaat dat niet dooT gedeeltelijke zelfstandigmaking de toestand der landarbeiders te verbeteren valt, komt aan de orde een verhoogin.g der veel te lage loionen.

Ongetwijfeld is dit dan ook de weg en hier en daar zal zeker, zender schade voor het bedrijf, het loon der arbeiders verbeterd kunnen worden.

Maar niet in 't algemeen kan deze maatregel toepassing vinden. De toestand van vele pachters is, thans reeds slechter dan van de slechtst betaalde arbeiders.

Ee verslagen der coöperatieve landbouwboekhoudingen dcen zien dat vele bedrijven met verlies werken en andere met een zocdanige winst dat nauwelijks van een locn voor den bedrijfsleider gespreken kan worden.

. Zco zit hier aan. de loonkwestie het geheele agrarische vraagstuk vast en dit is zeker niet eenvoudig.

Allereerst is daar het feit dat de boeren door onderlinge concurrentie de pachten doen stijgen tot boven een redelijk peil.'Verder is door het feit dat de landbcnwprcd'ucten een wereldmarkt hebben en dus de boeren in ons land moeten concurreeren met hun vakgenooten over de geheele wereld, die dikwijls veel goiedlc'oopi3r grond en lager looncijfer hebben. %

Dan is er de kwestie van den vrijhandel of laten we liever zeggen, - van de proiteetie. De nabij gelegen landen weten dooir allerlei tariefbepalingen onze producten, handig te weren en onze regeering doet niets.

Het is de oude geschiedenis van een „pot de verre" en een „pot de f er" die samen uitgaan.-Eén komt gebroken thuis en dat zijn wij.

Ook de afzet der landbouwproducten binnen onze grenzen Iaat te wenschen. Verleden jaar is in September te Baarn het 79ste Landhuishoiudkundig congres gehouden en daar werd door den heer L. Westerdijk de vraag bespirofen oiE de verhouding tusscheai den prijs dien de consument betaalt en de producent ontvangt, ©en juiste is. Het antwoord was ontkennend.

Voor de vleeschsoorten berekende de inleider een verschil van 100 piCt, voor tuinbouwvoortbrengselen verschillen van 300—400 pCt, voor kaas was de winstmarge 100 pCt.

Deze cijfers zijn cntstellend en maken duidelijk hoe het komt dat de consument vrij goed betaalt en toch de producent een zorgelijk bestaan heeft.

Wat de oorzaken ook mogen zijn, de verdeeling van ons volksinkomen laat nog veel te wenschen en het zijn niet in de laatste p'laats de werkers in den landbouw die daar de dupe van zijn.

Zeer wen schelijk zou zijn dat de regeering ten dezen eenige maatregelen tot verbetering koai voorstellen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 juni 1928

De Reformatie | 8 Pagina's

De Landbouw.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 juni 1928

De Reformatie | 8 Pagina's